VNG hekelt wet voor ‘niet bestaand probleem’
De wet Markt en Overheid wordt mogelijk permanent en dat is een slechte zaak voor gemeenten, betoogt de VNG.
De VNG is niet uitgenodigd voor een rondetafelgesprek van de vaste Kamercommissie Economische Zaken over de permanente invoering van de wet Markt en Overheid. In een brief naar de commissie legt de VNG dan maar uit waarom gemeenten tegen deze wet zijn. ‘De wet is een oplossing voor een niet bestaand probleem.’
Permanent
Maar liefst vijf ondernemers, drie wetenschappers en drie vertegenwoordigers van zelfstandige bestuursorganen (zbo's) mogen de Tweede Kamerleden donderdag vertellen wat ze vinden van de permanente invoering van de wet Markt en Overheid. Doel van de wet is om oneerlijke concurrentie door de overheid te voorkomen als zij economische activiteiten uitvoert. In 2011 voerde het kabinet al gedragsregels in voor economische activiteiten van de publieke sector. De wet heeft nu nog een tijdelijk karakter, waardoor deze steeds moet worden verlengd. Maar minister Stef Blok (VVD) van Economische Zaken en Klimaat wil daar vanaf en de wet daarom permanent maken en aanscherpen.
Niet proportioneel
Gemeenten waren altijd al tegen de wet en de VNG, die om onduidelijke redenen niet is uitgenodigd voor het rondetafelgesprek, vindt dat de wet een oplossing biedt voor een niet bestaand probleem, ‘opgesteld in de tijdgeest dat geloofd werd dat de markt alles beter en goedkoper kan’. Ze wijst erop dat de wet er kwam op basis van een bepaald zwartboek ‘dat niet openbaar is’ en ‘signalen vanuit het bedrijfsleven’ over een gemeentelijke camperplaats, jachthaven, volkstuin of sportveld. Maar de wet die is opgetuigd is ‘niet proportioneel’ voor gemeenten. De genoemde activiteiten zijn namelijk geen ‘wijdverbreide gemeentelijke activiteiten’. En voor de laatste twee activiteiten heeft de markt sowieso geen interesse. Verder is er geen onderzoek gedaan naar het probleem en ontbreekt ook iedere onderbouwing.
Geen vergoeding
Wat de wet te bieden heeft zijn ‘overbodige extra taken’ en hogere uitvoeringslasten voor overheden, ‘in het bijzonder gemeenten, omdat zij het meest gebruikmaken van de algemeen belang uitzondering’. Gemeenten worden gedwongen vijfjaarlijks alle ‘algemeen belang besluiten’ te evalueren en dat voorleggen aan ondernemers inclusief bezwaar- en beroepsmogelijkheden. Dat zijn extra taken en kosten ‘waar geen vergoeding tegenover staat’.
Sportaccommodaties
Mochten de Tweede Kamerleden ondanks de genoemde bezwaren dan toch willen instemmen met de permanente status van de wet, dan zouden ze sportaccommodaties eruit moeten schrappen, vindt de VNG. Gemeenten willen niet elke vijf jaar opnieuw uitgebreid hoeven te motiveren waarom zij sportvelden en zwembaden exploiteren. ‘Breedtesport dient een maatschappelijk doel wat nu eenmaal publiek geld kost en waarin de markt niet is geïnteresseerd.’ Daarbij werkt de publiek-private samenwerking met horeca in sportaccommodaties ‘al decennia goed’.
Principieel onjuist
Verder vindt de VNG de reikwijdte van de wet erg onduidelijk. ‘Hoe kan het ‘algemeen belang’ worden gemotiveerd als een gemeente een maatschappelijke wens wil oppakken die de markt laat liggen?’ De VNG wil ook voorkomen dat over elke maatschappelijke activiteit discussie ontstaat en onnodige procedures tot vertraging leiden. En tot slot moet het rijk de extra lasten vergoeden. De jaarlijkse kosten worden geschat op 2 miljoen euro, waarvan 1,3 miljoen voor gemeenten. Volgens het ministerie is dat bedrag ‘te gering om te vergoeden’ en zou de wet tot kostenbesparingen leiden, zonder dat het die bewering onderbouwt. ‘De VNG weet van gemeenten dat de schatting van de kosten te laag is. Daarnaast is het principieel onjuist.’
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.