Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

'Exit-strategie nodig als warmtebedrijf failliet gaat'

De Autoriteit Consument en Markt houdt de Wet collectieve warmte tegen het licht.

24 augustus 2023
Warmtebedrijf Amersfoort liet eind 2022 een warmtetransportleiding aanleggen in de wijk Vathorst.
Warmtebedrijf Amersfoort liet eind 2022 een warmtetransportleiding aanleggen in de Amersfoortse wijk Vathorst. ANP

Als we straks in het jaar 2050 door Nederland rondlopen, moeten we geen enkele woning meer tegengekomen die verwarmd wordt met aardgas (of met andere fossiele brandstoffen). De wet die daarvoor moet zorgen, staat gepland om op 1 juli 2024 van kracht te worden. Het is de Wet Collectieve Warmte. Maar is het wetsvoorstel ook daadwerkelijk uitvoerbaar en handhaafbaar?

Ja, zegt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) nu. Mits een trits aanpassingen gedaan wordt. Dit voorwaardelijke fiat van het ACM is een belangrijke stap in het al lang lopende wetgevingstraject. Hierna moet het wetsvoorstel nog langs de Raad van State en een meerderheid krijgen in de Tweede en Eerste Kamer.

Bouwcontroleur

JS Consultancy in opdracht van Werkorganisatie BUCH
Bouwcontroleur

P&O Adviseur

Gemeente West Betuwe
P&O Adviseur

Een balanceeract

Het ACM probeert in zijn analyse een balanceeract uit te voeren. Enerzijds moeten (mogelijke) warmtebedrijven niet afgeschrikt worden door te veel waarborgen, anderzijds moet de consument nauwlettend beschermd worden.

De meeste warmtebedrijven zijn namelijk monopolisten, omdat ze zowel de levering als infrastructuur in handen hebben. Anders dan met de huidige energiebedrijven, heeft de consument met een warmtebedrijf niet de mogelijkheid over te stappen naar een andere leverancier. Het enige alternatief dat hij of zij heeft, is de eigen woning niet langer te verwarmen met een aansluiting op een warmtenet, maar door een all-electric warmtepomp te laten installeren.

Rechten en plichten?

Tegen die achtergrond wil de ACM meer duidelijkheid in het wetsvoorstel over de rechten en plichten van de consument. Als een warmtebedrijf bij een huishouden aandringt op technische aanpassingen in de woning, welke kosten mag het bedrijf dan opleggen aan de woningeigenaar? En kan die laatste ook weigeren?

Daarnaast wil de ACM dat warmtebedrijven in het prijsaanbod aan een consument een niet te grote bandbreedte hanteren. Bovendien moet het warmtebedrijf in elke grondgebonden woning verplicht een warmtemeter plaatsen, zodat consumenten hun verbruik en dus ook de factuur kunnen controleren.

Excessieve prijzen?

Als de collectieve warmtewet ingaat, wordt de prijs voor de geleverde warmte niet langer, zoals nu, gebaseerd op de gasprijs. In plaats daarvan wordt de prijs 'kostengerelateerd' berekend. De ACM echter vreest dat deze aanpak kan leiden tot excessieve prijzen, en pleit voor een harde bovengrens. Tarieven zouden namelijk omhoog kunnen schieten, als een warmtebedrijf kampt met technische problemen, een ongunstige inkoop van warmte, grote volumeschommelingen of als de aanleg van een warmtenet veel duurder blijkt dan was begroot.

Bekwaamheidstoets

Behalve de consument wil de ACM ook de warmtebedrijven zelf goed in de gaten houden en pleit voor een verankering in de wet van een door de autoriteit uitgevoerde bekwaamheidstoets, op het vlak van organisatie, financiën en techniek. Maar ook het criterium 'duurzaamheid' wil de ACM gaan hanteren.

Blijkt het een warmtebedrijf in de komende decennia niet te lukken om een schone en hernieuwbare warmtebron te vinden (momenteel gebruiken warmtebedrijven vaak de restwarmte van gascentrales en afvalverbrandingsinstallaties), dan wil de autoriteit dat gemeenten verplicht zijn om een alternatieve optie te zoeken. Bijvoorbeeld door een ander warmtebedrijf in de arm te nemen, of een woonwijk alsnog te helpen aan all-electric warmtepompen.

Overigens mogen gemeenten voor kleine warmtebedrijven, met minder dan 1500 aansluitingen, zelf de bekwaamheidstoets uitvoeren. Dan krijgt het warmtebedrijf in kwestie een ontheffing van de toets door de landelijke autoriteit. Maar de ACM heeft daar geen fiducie in en schrijft: 'Er kunnen verschillen ontstaan in de wijze van toetsing voor ontheffingen door verschillende colleges, waardoor het risico toeneemt dat instabiele spelers de warmtemarkt betreden.' 

Warmtebedrijf failliet?

Gemeenten krijgen de regie over de warmtetransitie. Om die reden wil de ACM ook dat gemeenten een exit-strategie klaar hebben staan als een warmtebedrijf failliet gaat en niet door een andere partij overgenomen kan worden. Daarnaast moet er in de wet een Besluit leveringszekerheid warmte komen. Dat besluit verheldert welke noodleverancier de ACM kan aanwijzen als een warmtebedrijf failliet gaat.

De autoriteit denkt voor de rol van noodleverancier aan de Gasunie of regionale netwerkbedrijven. In dat scenario neemt één van hen de bedrijfsuitvoering tijdelijk over, tot de curator een definitieve overnamepartij heeft gevonden. Is dit alles niet goed geregeld, dan wordt het een 'serieus risico', zo schrijft de autoriteit, 'dat warmteverbruikers in de kou komen te zitten'.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

PJ Westerhof LL.M MIM
Het falen van de ACM als toezichthouder is bij de recente failissementen van diverse energieleveranciers al genoegzaam gebleken.
Het wetsontwerp Energiewet continueert alle fouten van de huidige energie-regelgeving.
De visie van de ACM op de Wet Collectieve Warmte is dan ook bij voorbaat suspect.
Advertentie