Advertentie
juridisch / Nieuws

Utrecht mag vermogensgrens voor kwijtschelding belastingen niet verhogen

‘Het voeren van inkomensbeleid is geen gemeentelijke aangelegenheid, maar een zaak van het Rijk’, aldus de Raad van State.

11 september 2024
Exterieur van de Raad van State in Den Haag Laurens van Putten (ANP)
Exterieur van de Raad van State in Den Haag Laurens van Putten (ANP)

De gemeente Utrecht mag de vermogensgrens voor het kwijtschelden van gemeentelijke belastingen niet verhogen. Dat oordeelde de Raad van State woensdag. De gemeenteraad wil dat Utrechters meer spaargeld mogen hebben om in aanmerking te komen voor deze kwijtschelding. Eind 2023 vernietigde toenmalig BZK-minister Hugo de Jonge (CDA) het voorstel. Volgens hem was het raadsbesluit in strijd met het recht en het algemeen belang. Terecht, zo blijkt uit de uitspraak van de hoogste algemene bestuursrechter.

Adviseur Ruimtelijke Economie | Publieke sector | Landelijk

BMC
Adviseur Ruimtelijke Economie | Publieke sector | Landelijk

Adviseur Economie & Arbeidsmarkt | Publieke sector | Landelijk

BMC
Adviseur Economie & Arbeidsmarkt | Publieke sector | Landelijk

Gelijktrekken

In november kwamen de Utrechtse fracties GroenLinks en PvdA met een plan om de vermogensgrens voor het kwijtschelden van de gemeentelijke belastingen te verhogen. Utrechters mogen hierdoor meer spaargeld hebben om in aanmerking te komen voor deze kwijtschelding. De vermogensgrens werd gelijkgetrokken met die van de bijstand. Initiatiefnemers Julia Kleinrensink (GroenLinks) en Rick van der Zweth (PvdA) willen hiermee inwoners met een laag inkomen financieel verlichten. De Utrechtse gemeenteraad stemde begin december in met het voorstel.

Inkomensbeleid

Maar het liep anders. Voormalig minister van Binnenlandse Zaken (BZK) De Jonge greep in. Volgens hem is het voorstel in strijd met het recht, het algemeen belang, en de landelijke regelgeving omtrent het kwijtschelden van belastingen. Het gaat hier om het voeren van inkomensbeleid, en dat is geen gemeentelijke aangelegenheid. De regering vernietigde het raadsbesluit diezelfde maand nog.

‘Disproportioneel’

Kleinrensink en Van der Zweth verzetten zich. Ze vinden de vernietiging ‘disproportioneel’. De indieners menen dat een dergelijke vernietiging zelden plaatsvindt en er in deze situatie geen mensen worden gedupeerd. De minister stelde dat de gemeente met het verhogen van de vermogensgrens inkomenspolitiek voert, maar volgens de twee linkse politici gaat dit argument niet op. Er zijn immers zo veel gemeentelijke regelingen die in essentie hetzelfde werken. Denk aan de Individuele inkomenstoeslag. De twee raadsleden lieten het er niet bij zitten en besloten de vernietiging aan te vechten bij de Raad van State (RvS). In januari werd hun motie om in hoger beroep te gaan aangenomen.

Zaak van het Rijk

Maar de gemeenteraad trekt aan het kortste eind. De RvS oordeelde woensdag dat het voorstel in strijd is met het recht en het algemeen belang. Door de vermogensnorm van de Participatiewet toe te passen wordt het maximale bedrag aan spaargeld overschreden. De wetgever heeft er bewust voor gekozen dat gemeenteraden weinig ruimte hebben om zelf regels te maken voor het kwijtschelden van gemeentelijke belastingen. ‘Het voeren van inkomensbeleid is geen gemeentelijke aangelegenheid, maar een zaak van het Rijk’, aldus de bestuursrechter. De regering mocht het besluit vernietigen om ‘het belang van de rechtszekerheid te dienen’ en ‘precedentwerking te voorkomen.’

Politiek debat

De RvS heeft wel ‘begrip’ voor de wens om inwoners met een bijstandsinkomen mogelijkheden te geven om financiële buffers op te bouwen. Over de hoogte is momenteel een politiek debat gaande. Deze discussie heeft echter nog niet geleid tot veranderingen in de landelijke regels omtrent kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Dat de Tweede Kamer in moties heeft gevraagd om deze regels te herzien, betekent volgens de rechter niet dat gemeenteraden vooruit mogen lopen op keuzes die de landelijke wetgever moet maken. Het is, kortom, aan Den Haag om de vermogensnorm te verruimen.

Erkenning

‘Het is jammer dat de Raad van State niet meegaat met ons standpunt’, zegt Van der Zweth. Tegelijkertijd heeft de rechter wel begrip voor de wens om inwoners met een bijstandsinkomen de mogelijkheid te geven om financiële buffers op te bouwen. ‘Ik zie dat wel als erkenning voor dat het landelijk geregeld moet worden’, zegt hij.

Kamerleden

Wat de PvdA’er betreft staat minister van Binnenlands Zaken Judith Uitermark (NSC) ‘aan de lat’. ‘Dat de gemeenteraad ons voorstel aannam is natuurlijk omdat het veel te lang duurt’, licht Van der Zweth toe. Een motie van Kamerleden Sandra Palmen (NSC) en Mohammed Mohandis (GroenLinks-PvdA) riep het kabinet al op om te onderzoeken wat mogelijk is om de vermogensnorm te verruimen. ‘De Vereniging van Nederlandse Gemeenten wil het, de Tweede Kamer wil het, de Utrechtse gemeenteraad wil het. Ik verwacht nu wel dat de minister deze verhoging mogelijk maakt’, concludeert Van der Zweth.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Bert Bakker
Viel even tegen die progressieve stemgrabbel.
Hielco Wiersma
Volkomen juiste beslissing van de Raad van State. Ook Gemeenten behoren zich aan de regels te houden i.c. zonodig aanpassing van de regels bepleiten via de wetgever.
Overigens is met het verhogen van dit soort grenzen de limiet bereikt. Sommige bestuurders vergeten kennelijk dat een structurele verhoging van dit soort grenzen een extra verhogend effect heeft voor de lasten van de overige belastingplichtigen. Die worden bovendien in datzelfde beleidkader en op dit moment al jaren extra belast. Het is juister om belastingbedragen die worden kwijt gescholden te verwerken en/of te verrekenen via de bijzondere bijstand dan wel via hogere sociale uitkeringen. Dan wordt voor iedereen ten minste duidelijk wat alles kost en wat iedereen aan belasting moet betalen. Maak kosten (ook deze belastingen) voor iedereen zichtbaar!
Waar enigszins mogelijk is dezelfde methodiek ook toepasbaar op alle toeslagen. Pas dan is evenwichtig en consistent inkomensbeleid mogelijk en is met de schuldenproblematiek een echte slag te slaan. Het is daarbij een illusie om te denken dat een Overheid iedereen schuldenvrij kan of zelfs schuldenvrij moet maken. Iedere burger behoort in beginsel dezelfde verantwoordelijkheid voor het eigen bestaan te hebben en te (kunnen) dragen.
Advertentie