‘Het gaat niet allemaal bergafwaarts’
Het is lang niet alleen maar kommer en kwel in gemeentelijk Nederland, althans dat vinden burgemeesters, wethouders en veel raadsleden zelf.
Op grond van de opvattingen van lokale ambtsdragers is er geen verval in de lokale democratie te constateren. Dat concludeert Hans Vollaard, universitair hoofddocent politicologie aan de Universiteit Utrecht, onder wiens regie de Basismonitor Politieke Ambtsdragers in gemeenten 2024 is verschenen.
Zorgelijke teneur
Lokale democratie lijkt in verval, schrijft Vollaard in zijn inleiding. Hij wijst niet alleen op meer fragmentatie van gemeenteraden, de grotere omloopsnelheid van ambtsdragers en groeiende agressie via sociale media, maar ook op beschouwingen waaruit de teneur zorgelijk is: het ambt is minder aantrekkelijk geworden, de werkdruk is zwaar, een hoog afbreukrisico en een wankel politiek vertrouwen. Maar is dat ook allemaal zo in de ogen van politieke ambtsdragers zelf?
Aansprekend ambt
Nee dus. Het is ‘lang niet alleen maar kommer en kwel’ in gemeentelijk Nederland – volgens burgemeesters, wethouders en raadsleden zelf. Het is juist een aansprekend ambt, concludeert Vollaard. De ambtsdragers hebben plezier in hun werk, al is dat voor raadsleden minder het geval dan bij wethouders en burgemeesters: raadsleden geven daarvoor gemiddeld een 7,3, wethouders een 7,8 en burgemeesters een 8,2. Er heerst tevredenheid over het functioneren van de burgemeester en over het algemeen ook over de lokale bestuurscultuur. Ook hebben de drie groepen ambtsdragers ‘redelijk wat’ vertrouwen in elkaar en vinden zij dat het gemeentebestuur, naast rijk en bedrijfsleven, zelf de invloed heeft om het verschil te maken in verschillende beleidsdomeinen.
Oppositie kritischer
Maar uiteraard is er ook een andere kant van de medaille. Met name onder raadsleden is de tevredenheid minder groot, bijvoorbeeld over de werkdruk en de werk-privébalans is die maar matig. De tijd die zij aan hun ambt besteden steeg van 14 uur per week in 2007 naar 20 uur per week in 2024. Vrouwelijke en jonge raadsleden zijn ook minder tevreden over de verlof- en vervangingsregeling. Verder hebben oppositieraadsleden een duidelijk kritischer blik op de lokale bestuurscultuur, het functioneren van de lokale democratie de gemeenteraad, de volksvertegenwoordiging en het probleemoplossend vermogen van gemeenten.
Mogelijk onderrapportage
Een van de nieuwe onderdelen in de monitor is de mate van criminele beïnvloeding van het gemeentebestuur. Daar is inderdaad ‘soms’ sprake van en bestuurders blijken daar meer melding van te maken dan raadsleden. Voor de duidelijkheid: ruim 98 procent van de ambtsdragers zegt in het afgelopen jaar geen poging tot omkoping te hebben meegemaakt. Dat komt overeen met het percentage van het eerste onderzoek hiernaar door Pro Facto in 2017. De onderzoekers waarschuwen wel voor mogelijke ‘onderrapportage’, aangezien men niet al te happig zal zijn om hierover te communiceren.
Politieke ambtsdragers denken nu niet per se slechter over de lokale democratie dan 40 jaar geleden, terwijl de teneur in de verslaggeving is dat dit wel zo is
Criminele infiltratie
Verder rapporteert 3 procent dat ze afgelopen jaar te maken hebben gehad met bedreiging met een crimineel oogmerk. Dat zijn 53 politieke ambtsdragers. Volgens 4 procent is er in het afgelopen jaar in hun gemeente sprake (geweest) van criminele infiltratie. Het percentage dat koos voor ‘weet ik niet’ of ‘wil ik niet zeggen’ was aanmerkelijk hoger dan bij de andere twee vragen: 38 procent. De onderzoekers constateren dat in 15 procent (52 gemeenten) van de gemeenten waar ze tenminste één respondent hadden (338 gemeenten) door minimaal een raadslid, wethouder of burgemeester is gemeld dat er daadwerkelijk sprake was van criminele infiltratie in het afgelopen jaar.
Niet bergafwaarts
Dat zorgelijke uitdagingen aanwezig blijven, onderstreept dat lokale democratie, zeker omdat het deels lekenbestuur is, permanent inzet, aandacht en onderhoud vraagt, concludeert Vollaard. In zijn inleiding verwijst hij ook naar de Trendstudie Binnenlands Bestuur die Binnenlands Bestuur halverwege de jaren ’90 liet uitvoeren. ‘Dan blijkt dat politieke ambtsdragers er nu niet per se slechter over denken dan toen, terwijl de teneur in verslaggeving is dat dit wel zo is. De zorgen waren destijds gelijksoortig. Nu vinden ze hun ambt aantrekkelijk, ervaren ze werkplezier en zien een betekenisvolle rol namens de inwoners om er iets moois van te maken. Het gaat dus niet allemaal bergafwaarts.’
Weinig verschil met inwoners
Volgens Vollaard is de discrepantie tussen hoe inwoners en ambtsdragers de lokale democratie ervaren niet zo groot, want inwoners hebben meer vertrouwen in het lokaal dan in het nationaal bestuur. ‘Veel inwoners kennen het gemeentebestuur niet. Uit het Lokaal Kiezersonderzoek 2022 bleek dat raadsleden en ook wethouders onbekend zijn. Er zijn wel groepen die weinig vertrouwen hebben in het lokaal bestuur, maar die waren er 40 jaar geleden ook al. Er gaan ook dingen de goede kant op: mensen maken meer een lokale afweging als ze naar de stembus gaan, er is evenveel interesse als 40 jaar geleden en mensen zijn minder cynisch dan de afgelopen 40 jaar. Naast terecht levende zorgen is het ook zo dat een fors deel van de inwoners niet zo negatief is.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.