Rijksambtenaren omarmen hybride werken
Rijksambtenaren werken het liefst twee keer per week op kantoor. Zij waarderen hybride werken om de betere werk-privébalans en werkplezier.

Ruim een derde van de rijksambtenaren wil gemiddeld twee keer per week op kantoor werken. Een kwart heeft een voorkeur voor een dag per week. Zes procent wil meer dan drie keer per week gaan. Veel rijksambtenaren noemen een betere werk-privébalans als reden voor hybride werken. Daarbij draagt het bij aan het verhogen van het werkplezier.
Positief over mogelijkheden
Dat blijkt uit onderzoek onder rijksambtenaren dat wordt aangehaald in het recente paper ‘Hybride werken: productief thuis, verbonden op kantoor’ van Venster, een programma van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in uitvoering bij ICTU. Vergeleken met 2022 werken rijksambtenaren minder thuis en meer op kantoor. Veel rijksambtenaren zijn (zeer) positief over de mogelijkheden om hybride te werken. Zij vinden dat op kantoor werken zorgt voor verbinding met collega’s en de organisatie en vanuit huis werken goed is voor de concentratie en productiviteit.
Druk kantoor
Toch kan de rijksoverheid hybride werken wel beter faciliteren, aldus de ambtenaren. Zo vindt meer dan de helft van hen het lastig om een werkplek te vinden op kantoor. Een vijfde geeft aan thuis te werken, omdat ze niet van tevoren weten of ze een werkplek hebben op kantoor. Bijna alle ambtenaren geven aan thuis productief te kunnen werken, op kantoor is dat maar zes op de tien. Ze ervaren ‘kantoor’ vaak als druk, waardoor ze zich minder goed kunnen concentreren en daardoor minder productief zijn. Ook reistijd is voor zes op de tien medewerkers reden om thuis te werken. Een specifieke afspraak of bijeenkomst is voor driekwart van de medewerkers een reden om naar kantoor te gaan.
Moeten bijeenkomsten alleen op dinsdag en donderdag plaatsvinden of kan het ook maandag, woensdag of vrijdag?
Duidelijke afspraken
Ook gedrag speelt een belangrijke rol bij hybride werken. Medewerkers moeten leren om hun kantoorbezoeken actief te plannen en met collega’s af te stemmen. Hybride werken vraagt ook om duidelijke afspraken en discipline ‘om de balans tussen thuiswerken en samenwerken op kantoor effectief te houden’. Verder heeft Venster een aantal lessen voor beleid uit de data geformuleerd. Zo vraagt hybride werken om een gezamenlijke aanpak van facilitair, hr en lijnmanagers. Meer stilteplekken en ontmoetingsruimten is een suggestie. Ook moeten er duidelijke afspraken zijn over wanneer en waarvoor fysieke aanwezigheid op kantoor gewenst is.
Real-time beschikbare werkplekken
Een geschikte werkplek vinden op kantoor is voor veel ambtenaren moeilijk, terwijl de gemiddelde bezetting, ook op piekdagen, geen 100 procent is. En het feit dat ze zich op kantoor slecht kunnen concentreren, duidt erop dat er te weinig plekken zijn om rustig te werken óf medewerkers niet op de hoogte zijn van de beschikbaarheid daarvan. Een aanbeveling is om te zorgen voor duidelijke communicatie en een systeem waarmee medewerkers real-time beschikbare werkplekken kunnen vinden en reserveren.
Kantoordagen verspreiden
Er zijn dan ook heldere afspraken nodig over waar specifieke werkzaamheden op kantoor worden verricht, zodat iedereen een geschikte en rustige werkplek heeft. Ook wordt geopperd kantoordagen te verspreiden en ruimtegebruik te optimaliseren. Moeten bijeenkomsten alleen op dinsdag en donderdag plaatsvinden of kan het ook maandag, woensdag of vrijdag? Hoe dan ook is het belangrijk om medewerkers te betrekken bij veranderingen in de functie en inrichting van hun kantoor en regelmatig hun ervaringen en behoeften te peilen.
Reacties: 3
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Bij ons bij de OD is het nogal vrijblijvend, met als gevolg dat een groot deel van de meer ervaren collega's bijna volledig thuiswerken en de junioren wel bijna altijd op kantoor zijn. Werkafspraken staan nergens en worden na een paar maanden weer vergeten. ;-)
Het zal niet iedereen als muziek in de oren klinken, maar het is de hoogste tijd om een einde te maken aan het hanteren van algemene begrippen als 'werken moet lonen'. Dat dit begrip voor de laagst betaalde groepen wordt gehanteerd is voor te stellen, maar voor de midden en hogere categorieën heeft dit juist negatieve effecten doordat veel goed betaalde werknemers steeds vaker minder gaan werken. Bovendien spoort het al helemaal niet met het uitgangspunt dat lasten eerlijk behoren te worden verdeeld.