Krapte arbeidsmarkt in jaar verdubbeld
De krapte op de arbeidsmarkt is twee keer zo hoog als een jaar geleden. De grootste krapte is in de ict, openbaar bestuur staat op plek 5.
De krapte op de arbeidsmarkt is in het tweede kwartaal van 2022 twee keer zo groot als een jaar eerder, blijkt uit de Spanningsindicator van het UWV. Lang bepaalde de economie de arbeidsmarkt, maar nu lijkt die relatie deels omgedraaid, analyseert arbeidsmarktadviseur Frank Verduijn van het UWV.
Alle beroepsgroepen
De krapte op de arbeidsmarkt is zo hoog opgelopen dat er in het tweede kwartaal van 2022 in alle beroepsgroepen een tekort aan personeel was. Voor 75 procent van de beroepsgroepen gold zelfs dat zij te maken hadden met een zeer krappe arbeidsmarkt. Er is een krappe arbeidsmarkt als er meer vacatures zijn dan werkzoekenden die deze kunnen vervullen. Het UWV berekent ieder kwartaal de krapte op de arbeidsmarkt door het geschatte aantal openstaande vacatures te delen door het totale aantal personen dat korter dan een half jaar een werkloosheidsuitkering ontvangt. Vanaf 1,5 openstaande vacatures wordt gesproken van een krappe arbeidsmarkt. Een zeer krappe arbeidsmarkt ontstaat bij vier of meer openstaande vacatures.
Plek vijf
In het tweede kwartaal van 2021 kwam de Spanningsindicator nog uit op een waarde van 2,6. In het tweede kwartaal van 2022 was dat toegenomen tot 5,4. Daarmee is de krapte op de arbeidsmarkt meer dan twee keer zo hoog als een jaar geleden. Net als in het eerste kwartaal is de grootste krapte nog altijd te vinden in de sector ict: 16,00, gevolgd door dienstverlenende beroepen (8,42). De sector openbaar bestuur, veiligheid en juridische beroepen staat op plek vijf (6,49). In het tweede kwartaal van 2021 stond dit getal nog op 3,14 en in het tweede kwartaal van 2020 zelfs op 1,22. Binnen de sector zijn juristen nu het meest gevraagd (9,53), op de voet gevolgd door overheidsbestuurders (8,98). Daarna volgen ambtenaren (6,53) en beveiligingspersoneel (5,66).
Regio's
Kijkend op regioniveau blijkt dat de arbeidsmarkt in 29 van de 35 arbeidsmarktregio’s ‘zeer krap’ is. Alleen in de regio’s Groningen, Friesland, Drenthe, Flevoland, Zaanstreek-Waterland en Helmond-De Peel is de arbeidsmarkt ‘krap’. Nadat in het eerste kwartaal van 2022 al alle arbeidsmarktregio’s als krap of zeer krap golden was er in het tweede kwartaal geen beroepsgroep meer zonder tekorten aan personeel. Begin dit jaar was er nog geen krapte in de beroepsgroepen reisbegeleiders, schilders & metaalspuiters, hulpkrachten bouw en chauffeurs, maar medio 2022 golden deze beroepsgroepen ook als krap. De spanning op de arbeidsmarkt is het grootst bij ingenieurs, elektriciens, machinemonteurs, verpleegkundigen en softwareontwikkelaars.
Nadelig effect
Het tekort aan personeel heeft steeds vaker invloed op de economie en welvaart in Nederland, schrijft het UWV. Sommige bedrijven worden gedwongen hun deuren te sluiten, er vallen treinen uit en er zijn langere wachttijden op Schiphol en in de horeca. ‘Lange tijd heeft de economie de arbeidsmarkt bepaald. Nu de krapte op de arbeidsmarkt zulke extreme vormen heeft aangenomen lijkt die relatie deels omgedraaid’, aldus Frank Verduijn, arbeidsmarktadviseur van UWV. ‘In alle sectoren hebben bedrijven en organisaties last van personeelstekorten. Dit heeft een nadelig effect op de economische groei, om nog maar te zwijgen van voorzieningen als zorg en onderwijs, die door aanhoudende tekorten aan verpleegkundigen en docenten steeds meer onder druk komen te staan.’
Vasthouden personeel
Vanwege de krapte werken traditionele wervingsmethodes al langer niet meer voor werkgevers. Een aantal van hen zet in op intensievere werving en andere wervingskanalen. Soms biedt men een hoger salaris of meteen een vast contract, maar nu het aantal werkzoekenden zo laag is, lijkt ook dat niet meer voldoende. ‘Naarmate het aanbod van beschikbare kandidaten opdroogt wordt het vasthouden en doorontwikkelen van bestaand personeel steeds belangrijker’, aldus Verduijn. Dat is mogelijk door voldoende ontwikkeling en uitdaging te bieden. ‘Aandacht voor vitaliteit, werkomstandigheden, werktijden en werkdruk zijn essentieel om medewerkers te binden en boeien.’ Daarnaast dienen werkgevers anders te kijken naar kandidaten. ‘Een kandidaat lijkt op het eerste oog misschien niet geschikt, maar is door extra inspanning of omscholing misschien toch geschikt te maken.’
Daarnaast hebben heel veel functies te maken met kwantitatieve groei en economische sectoren waar we vanaf moeten. De bevolking van Nederland blijft in vergelijking met de ons omringende landen maar groeien, onder meer door verdienmodellen in de distributie economie en de “asiel” waanzin. Zonder deze groei ziet de arbeidsmarkt er anders uit.