Vakbonden: geen 5,6 maar 9 procent loonsverhoging

Tegenover het openingsbod van de gemeentelijke werkgevers voor de nieuwe cao van ambtenaren – 5,6 procent erbij – plaatsen de vakbonden een bod van 9 procent extra. ‘Maar wij laten ook een aantal veren.’

21 maanden

Vakbonden FNV, CNV en CMHF maakten vandaag openbaar welk tegenbod ze afgelopen vrijdag aan de onderhandelaars van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) deden: een cao voor 21 maanden van 9 procent. Meer precies: 5 procent erbij per 1 april 2025 en nog eens 4 procent loonsverhoging van 1 januari 2026 tot met 31 december 2026.

Loonbod VNG

De VNG deed op 24 januari een eerste loonbod: een loonstijging van totaal 5,6 procent bestaande uit 4,65 procent salarisstijgingen en 0,95 procent IKB stijging: per 1 april 2025 een loonstijging van 3,1 procent bestaande uit 2,65 procent stijging van de reguliere salarisschalen en 0,45 procent stijging van de eindejaarsuitkering, per 1 april 2026 een loonstijging van 1,2 procent bestaande uit 0,7 procent stijging van de reguliere salarisschalen en 0,5 procent stijging van het IKB en per 1 januari 2027 een 1,3 procent stijging van de reguliere salarisschalen.

Ravijnjaar

Namens de bonden zegt CNV-onderhandelaar Marc Dorst positief verrast te zijn geweest na het openingsbod van de werkgevers. ‘De VNG heeft duidelijk een goede stap gezet’, zegt hij. Om de werkgevers tegemoet te komen, laten de bonden naar zijn zeggen in reactie nu ook enkele veren. De CNV-wens om in de nieuwe cao een werktijdverkorting naar een 34-urige werkweek met behoud van salaris op te nemen, is bijvoorbeeld verdwenen in het tegenbod. En zo zetten de bonden niet langer in op een cao met een looptijd van een jaar, maar op een akkoord voor 1 jaar en 9 maanden. ‘Wij snappen dat 2026 een spannend jaar wordt en een groot probleem is voor de werkgevers. Dus bewegen we mee, over dat ravijnjaar heen. Dit om de onzekerheid beperkt te houden. Maar we kunnen in dat jaar zelf niet niets doen’, aldus Dorst.

Thuiswerkvergoeding

De bonden nemen de voorstellen van de werkgever over wat betreft toelagen en vergoeding, dat wil onder meer zeggen verhoging van de toelage onregelmatige dienst op zaterdag en zon- en feestdagen: zaterdag 75 procent (nu 40 procent) en 100 procent op zon- en feestdagen (nu 65 procent). En de thuiswerkvergoeding wordt van 2,15 netto verhoogd naar 2,40 euro netto. Ook nemen de bonden het voorstel over dat medewerkers de mogelijkheid krijgen om tweede Paasdag en tweede Pinksterdag om te ruilen voor een andere feest- en/of herdenkingsdag verband houdend met religie, culturele achtergrond, nationaliteit of levensovertuiging.

Rouwverlof

Wel staan er volgens de bonden nog wat zaken in het openingsbod, zoals het afschaffen van de nawettelijke WW. Daar staan de bonden negatief tegenover. Verder missen ze zaken rondom mantelzorg en rouwverlof: medewerkers zouden een flexibel rouwverlof van 5 dagen moeten krijgen bij het verlies van familieleden in de eerste graad en bij familieleden van de levenspartner in de eerste graad. De vakbonden dringen er verder op aan medewerkers vanaf 55 jaar niet meer te verplichten om overwerk, nacht- en/of beschikbaarheidsdiensten uit te voeren.

Het volgende cao-overleg staat op 14 februari gepland.