bestuur en organisatie / Partnerbijdrage

Corona zet rem op banengroei in 2020

Corona zet rem op banengroei in 2020. Banengroei in Randstad, daling in Noorden

08 juli 2021
Terras.jpg
Per 1 april 2020 lag de werkgelegenheid in Nederland 0,8 procent hoger dan in 2019. Door deze toename komt de totale werkgelegenheid in Nederland uit op bijna 9 miljoen banen. Deze groei is minder groot dan in de afgelopen vier jaren met groeicijfers tussen de 1,4 en 2,6 procent.

Per 1 april 2020 lag de werkgelegenheid in Nederland 0,8 procent hoger dan in 2019. Door deze toename komt de totale werkgelegenheid in Nederland uit op bijna 9 miljoen banen. Het aantal vestigingen nam tussen 2019 en 2020 toe met ruim 89.000, een groeipercentage van 5,1 procent.
Dit blijkt uit cijfers van LISA, het landelijk databestand met gegevens over alle vestigingen in Nederland waar betaalde arbeid wordt verricht. Samenvoeging van de gegevens, de kwaliteitsborging en publicatie van de cijfers wordt verzorgd door de Stichting LISA. Met het onderzoek is de 25e jaargang voltooid. Dit maakt LISA een unieke datareeks van een kwart eeuw aan landelijke werkgelegenheidsinformatie op vestigingsniveau.

 

Werkgelegenheid en de coronacrisis

Vanaf maart 2020 kreeg Nederland te maken met vergaande maatregelen om de verspreiding van het coronavirus in te dammen. Voor sommige bedrijven betekende dit dat zij hun activiteiten moesten stopzetten of aanpassen. Toch is er in de werkgelegenheidscijfers in de jaargang 2020 geen forse daling van het aantal banen te zien. Dit komt doordat gedurende het grootste deel van de periode april 2019 tot en met februari 2020 er in Nederland nog niets aan de hand was. Het aantal banen heeft zich toen dus nog ‘normaal’ ontwikkeld. Tussen het ingaan van de maatregelen en de peildatum van 1 april lagen een paar weken. In deze korte periode was er nog geen sprake van ontslagen of van faillissementen. Wel werd in sommige sectoren (kortlopende) dienstverbanden van uitzendkrachten stopgezet (bijvoorbeeld in de schoonmaakbranche en horeca) en werd minder gebruik gemaakt van oproepkrachten. Het aantal uitzendkrachten daalde in 2020 met ruim 6 procent ten opzichte van 2019. Deze ontwikkelingen maken de eerste gevolgen van de coronacrisis zichtbaar in de LISA-cijfers: geen forse daling, wel een rem op de groei.


Banengroei afgenomen

Het aantal banen per 1 april 2020 bedroeg ruim 8.983.000. Dit betekent een groei van 0,8 procent ten opzichte van april 2019 (zie grafiek 1). Deze groei is minder groot dan in de afgelopen vier jaren met groeicijfers tussen de 1,4 en 2,6 procent. Door de toename met bijna 71.000 banen komt de totale werkgelegenheid in Nederland uit op bijna 9 miljoen banen. Dit zijn ongeveer 2,5 miljoen meer banen dan bij de start van LISA in 1996.
Al sinds 2000 is de ontwikkeling van het aantal vestigingen positiever dan het aantal banen als gevolg van het aanhoudend groot aantal mensen dat voor zichzelf begint. Deze trend is ook in 2020 zichtbaar: de groei van het aantal vestigingen tussen 2019 en 2020 bedroeg 5,1 procent, een toename van ruim 89.000 vestigingen. Het totale aantal vestigingen komt uit op bijna 1,8 miljoen in 2020.
De toename van het aantal vestigingen is grotendeels afkomstig van vestigingen met 1 werkzame persoon. Het aandeel van deze groep vestigingen is met 1,4 procentpunt gestegen naar 73,8%. Dit betekent dat bijna driekwart van alle vestigingen bestaat uit eenmanszaken, zzp’ers, freelancers en kleine zelfstandigen.

 

 

Banengroei in Randstad, daling in Noorden

De groei van de werkgelegenheid tussen 2019 en 2020 kwam vooral in de Randstad tot stand (zie figuur 1). De regio met de sterkste groei was de agglomeratie Den Haag (+2,4%) gevolgd door Het Gooi en Vechtstreek (+2%). Buiten de Randstad was er vooral in de regio’s Noord-Overijssel (+1,9%) en Midden-Noord-Brabant (+1,5%) een sterke banengroei.
De regio’s met banenkrimp vertonen een duidelijk patroon. Deze regio’s bevinden zich vooral in het noorden van Nederland (Friesland, Groningen en bijna heel Drenthe) en langs de grens met België. Een uitzondering op dit patroon is de sterke banenkrimp in de regio Zuidwest-Overijssel (-1,5%). De afname van het aantal banen in de noordelijke drie provincies hangt samen met een bovengemiddelde krimp van zowel de industrie als de horeca. Met name de industrie is in deze provincies relatief sterk vertegenwoordigd.

 

 

Volledig overzicht

Lees meer over de verschillen tussen sectoren en regio’s in het hele bericht.

Met dit onderzoek is de 25e jaargang voltooid. Dit maakt LISA een unieke datareeks van een kwart eeuw aan landelijke werkgelegenheidsinformatie op vestigingsniveau.
I&O Research is intensief betrokken bij de totstandkoming van LISA-materiaal. In de eerste plaats ondersteunen wij de Stichting LISA bij het ontsluiten van gegevens en adviseren wij afnemers over het gebruik van de data. Daarnaast maakt I&O Research gebruik van LISA-data voor analyses naar arbeidsmarkt, bedrijvendynamiek en omzetcijfers. Hiermee helpen wij diverse gemeentes en provincies met het opstellen van gedegen economisch beleid.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.