Tevredenheid met kabinet op laagste punt in tien jaar
Ipsos zetelpeiling april 2025.

Vijftien procent is tevreden met het huidige kabinet. Niet eerder was de tevredenheid zo laag in de afgelopen tien jaar. Bijna de helft van de kiezers pleit nu voor nieuwe verkiezingen. Middels een netwerkanalyse tonen we dat kiezers voor het vormen van een mogelijk nieuw kabinet eerder kijken naar het CDA dan naar huidige coalitiepartijen NSC, BBB en PVV.
Driekwart nu ontevreden over kabinet
Slechts 15 procent van de kiezers is momenteel tevreden over het kabinet Schoof, driekwart (77%) is dat niet. Een dergelijke lage tevredenheid zagen we (ten minste) de afgelopen tien jaar nog niet eerder. Alleen in het najaar van 2022 lag de tevredenheid met destijds het kabinet Rutte IV op een vergelijkbaar niveau (17%).

Bron: Ipsos I&O, 15 april 2025.
Als we in een open vraag kiezers vragen waarom zij ontevreden zijn over het huidige kabinet, zijn de meest gegeven antwoorden: het kabinet bereikt onvoldoende en ze maken alleen maar ruzie. Dit is niet nieuw; wel is het recente debat over de weigering van minister Faber om koninklijke onderscheidingen te ondertekenen nu een veelgenoemd symbool voor deze klacht. Zo schrijft een VVD kiezer: “Ze moeten zich eens richten op zaken die ertoe doen. Niet eindeloos debatteren over het niet toekennen van een lintje (hoe belachelijk ook overigens)”.
‘Grote drie’ qua grootte niet van elkaar te onderscheiden
De drie grootste partijen van Nederland (PVV, GL-PvdA en VVD) zijn statistisch gezien, qua grootte, niet meer van elkaar te onderscheiden in deze peiling. De PVV komt uit op 28 virtuele zetels, een verlies van 9 zetels ten opzichte van de huidige zetelverdeling in de Tweede Kamer. GL-PvdA (27) en VVD (26) blijven stabiel (de groei van twee zetels van beide partijen t.o.v. van de zetelverdeling in de Kamer is niet statistisch significant).
Het CDA is nog altijd de partij die de meeste groei doormaakt (van 5 naar 18 zetels). Verder staan de PvdD (van 3 naar 7) en JA21 (van 1 naar 4) op winst.
NSC zou de grote verliezer zijn als er nu verkiezingen zouden plaatsvinden. De partij van Pieter Omtzigt daalt van 20 naar 2 virtuele zetels.

Bron: Ipsos I&O, 15 april 2025.
Vooral pessimisme over terugdringen immigratie neemt toe
We vroegen kiezers ook naar hun hoop en verwachtingen voor een aantal specifieke beleidsdoelen. Dat deden we voor het eerst in april 2024, toen PVV, VVD, NSC en VVD nog met elkaar aan het formeren waren en het nog onduidelijk was of de partijen er met elkaar uit zouden komen. Daarna nog eens: in oktober 2024.
In april 2024 waren kiezers al weinig optimistisch over de effectiviteit van het kabinet. Nu is dat optimisme verder afgenomen. Bij negen op de tien voorlegde beleidsdoelen nam het aandeel kiezers dat denkt dat het kabinet er ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk’ in slaagt dit te realiseren het afgelopen jaar af. Zowel bij kiezers van oppositie- als de coalitiepartijen is het optimisme tanende.
Opvallend is dat dit het meest geldt voor het verminderen van immigratie (van 30% naar 18%) en het beschermen van traditionele waarden/omgangsvormen (van 25% naar 20%). Bovendien is de daling in het optimisme over het terugbrengen van migratie vrij recent; bij de andere doelen zagen we in de loop van 2024 al dat men minder overtuigd raakte van de effectiviteit van het kabinet. Het aandeel dat denkt dat dit niet gaat lukken nam vooral het laatste half jaar toe: van 29 procent in oktober naar 36 procent nu (niet in de figuur).
Het versterken van Defensie is de uitzondering: kiezers denken hier relatief vaak van dat het kabinet zal slagen en vinden dat nu ook vaker dan vorig jaar.

Bron: Ipsos I&O, 15 april 2025.
Moeten er dan nieuwe verkiezingen komen?
Het kabinet Schoof zit in principe tot 2028 in het zadel. Vanwege de aanhoudende conflicten binnen de regering bestaat de mogelijkheid dat het kabinet eerder valt en er dus nieuwe verkiezingen worden uitgeschreven. Kiezers zijn daar verdeeld over. Bijna de helft (46%) pleit voor nieuwe verkiezingen terwijl een derde (32%) vindt dat het kabinet moet blijven zitten.
Van de coalitie-kiezers zijn VVD-kiezers het vaakst voor nieuwe verkiezingen (37%, 47% vindt dat het kabinet door moet gaan). Kiezers van PVV, BBB en NSC zijn vaker voor doorgaan. Kiezers van de links-progressieve oppositiepartijen en het CDA willen in meerderheid nieuwe verkiezingen.
Netwerkanalyse coalitie: CDA neemt brugfunctie van NSC over; PVV en BBB aan de zijlijn
In november 2023, een week voor de verkiezingen, analyseerden we door middel van een netwerkanalyse met welke partijen kiezers willen dat hun voorkeurspartij gaat samenwerken. Destijds zagen we twee clusters, op links en op rechts, waartussen NSC zich bevond, als ‘brug’. In het rechtercluster stonden veel kiezers open voor samenwerking met BBB en PVV.
We hebben deze netwerkanalyse herhaald, in onderstaande figuur weergegeven. Hoe groter de bol, hoe meer kiezers op dit moment voorkeur hebben voor een partij. Hoe dikker de pijl, hoe meer kiezers willen dat hun voorkeurspartij zou samenwerken in een regeringscoalitie met de partij waar de pijl naartoe wijst.
Het valt op dat NSC niet langer in het midden van het netwerk staat: er is geen enkele kiezersgroep waar meer dan 25 procent van de kiezers met NSC zou willen samenwerken. Het CDA krijgt juist een centrale positie, omdat zowel centrumrechtse kiezers (VVD, CU) als links-progressieve kiezers (D66, GL-PvdA) graag met de partij zouden samenwerken. GL-PvdA, VVD en D66 bevinden zich ook centraal in het netwerk.
Zo tekent zich niet langer een duidelijk linker- en rechtercluster af (zoals we in november 2023 zagen), maar een groot cluster van linkse en centrumrechtse partijen, waar PVV, BBB, FvD en nu ook NSC zich buiten bevinden. In november 2023 waren er beduidend meer rechtse kiezers die wilden dat hun partij zou samenwerken met BBB of PVV, nu staan deze partij meer aan de zijlijn.
Getoond in figuur: minimaal 25% van kiezersgroep wil samenwerken. Bron: Ipsos I&O, 15 april 2025.
Kiezers GL-PvdA kijken eerder naar VVD dan andersom
Een mogelijke route voor een nieuw kabinet is een middencoalitie met zowel de VVD als GL-PvdA. In november 2023 was dit voor beide kiezersgroepen nog verre van gewenst. Zeven procent van de GL-PvdA-kiezers zag de VVD destijds als gewenste coalitiepartner terwijl 37 procent per se niet met de VVD wilde. Inmiddels ziet 21 procent samenwerking wel zitten en is 24 procent tegen. Kortom, de aversie richting de VVD onder GL-PvdA-kiezers is afgenomen.
Andersom is dit niet het geval. VVD’ers waren in november 2023 en zijn nu nog altijd tegen een coalitie met GL-PvdA. Op dit moment ziet 15 procent GL-PvdA als gewenste partner, terwijl 50 procent van de VVD’ers absoluut niet met GL-PvdA in zee wil. Veel alternatieven zien VVD’ers echter niet. Per saldo zien deze kiezers alleen brood in samenwerken met CDA en in mindere mate met D66, JA21 en ChristenUnie.
Onderzoeksverantwoording
Dit onderzoek vond plaats van vrijdag 11 tot maandagochtend 14 april 2025. Er was geen opdrachtgever. In totaal werkten 2.138 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. De steekproef is grotendeels getrokken in het I&O Research Panel. Een deel (n = 228) deed mee via PanelClix. Dit zijn voornamelijk jongeren, lager opgeleiden en respondenten met een niet-westerse achtergrond.
De onderzoeksresultaten zijn gewogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in november 2023. De weging is uitgevoerd conform de richtlijnen van de Gouden Standaard (CBS). Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken. Bij onderzoek is er sprake van een betrouwbaarheidsinterval en onnauwkeurigheidsmarges. In dit onderzoek gaan we uit van een betrouwbaarheid van 95 procent. Bij een steekproef van n=2.000 en een uitkomst van 50 procent is er sprake van een foutmarge van plus of min 2,2 procent.
[1] Vraag in april 2024: “En in hoeverre verwacht u dat elk doel gaat lukken? Ik denk dat een kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB erin slaagt…”
Meer weten?
Neem voor meer informatie contact op met:
- Asher van der Schelde, Senior onderzoeker
- Maartje van de Koppel, Onderzoeker
Bekijk hier het volledige rapport.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.