bestuur en organisatie / Partnerbijdrage

Voorzichtig herstel politieke midden bij geopolitieke crisis

Ipsos I&O-zetelpeiling maart 2025.

25 maart 2025
Beeld: Ipsos Publiek
Beeld: Ipsos Publiek

In de Ipsos I&O-zetelpeiling van maart 2025 zien we een duidelijke electorale verschuiving als gevolg van de geopolitieke ontwikkelingen. Nederlanders kiezen voor steun aan Oekraïne en het Europese defensieplan. De leiders die zich hier ook duidelijk voor uitspreken (Schoof, Yesilgöz, Timmermans, Bontenbal) worden gewaardeerd en hun partijen worden electoraal beloond. Leiders die dat niet doen (Wilders, Omtzigt, Van der Plas) hebben het moeilijk.

De PVV kan nu rekenen op 30 zetels, waarmee de partij vier zetels verliest t.o.v. februari en zeven zetels in vergelijking met de uitslag van november 2023.
Naaste achtervolgers GL-PvdA (27, +3) en VVD (25, +5) winnen juist en staan nu virtueel zeer dicht bij de PVV. De VVD is nu de enige coalitiepartij die op winst staat. Het CDA (5 zetels in de Kamer, 18 zetels in de peiling) en JA21 (1 zetel in de Kamer, nu 4 zetels) blijven ook gestaag stijgen. De Partij voor de Dieren (van 3 naar 7) staat eveneens op winst.

Deze verschuivingen betekenen dat het brede politieke midden zich voorzichtig herstelt. De traditionele bestuurspartijen (VVD, CDA, GL-PvdA, D66) haalden bij de Tweede Kamerverkiezingen slechts 63 zetels, maar kunnen nu rekenen op een meerderheid (81 zetels).

Figuur 1 maart
Figuur 1: Zetelpeiling Ipsos I&O 17 maart 2025 (zetels) “Op welke partij zou u op dit moment stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen?” Basis: heeft partij van eerste voorkeur (n = 1.950).
Bron: Ipsos I&O, 19 maart 2025

Nederlanders staan achter Oekraïne

We vroegen kiezers om zich op een schaal van 1 (Nederland moet Oekraïne zoveel mogelijk steunen) tot 7 (Nederland moet Rusland zoveel mogelijk steunen) in te delen. Duidelijk is dat het gros (71%) van de Nederlanders vindt dat Oekraïne moet worden gesteund. Een op vijf (22%) pleit voor een neutrale middenpositie terwijl een zeer klein deel (3%) sympathie heeft voor Rusland.

figuur 2 maart
Figuur 2: Welke uitspraak past het meest bij uw mening? Geef aan op schaal van 1 (Oekraïne zo veel mogelijk steunen) tot 7 (Rusland zo veel mogelijk steunen). 4 betekent dat Nederland geen van beide landen moet steunen. Mag ook tussenliggend getal zijn.
Bron: Ipsos I&O, 19 maart 2025

Internationale spanningen voeden electorale verschuivingen

Vorige maand rapporteerden we reeds dat de PVV langzaam maar zeker steun kwijtraakt. Toen schreven we dat kiezers die de PVV de rug toekeren voornamelijk ontevreden zijn over de daadkracht van het kabinet op het gebied van asiel en immigratie. De PVV zou haar beloften daarmee niet waar maken. Ook signaleerden we dat enkele kiezers van partijvoorkeur veranderden vanwege de opstelling van de PVV in het debat rondom de oorlog in Oekraïne en Rusland, en Europese veiligheid in bredere zin.

De afgelopen weken is dit thema nog nadrukkelijker de Nederlandse politieke agenda gaan bepalen en dit kost de PVV stemmen. Ondanks dat de belangrijkste reden voor kiezers om de PVV te verlaten nog altijd is dat ze ‘hun verkiezingsbeloften niet zouden waarmaken’, keert een substantieel deel de partij nu de rug toe vanwege Oekraïne. Ze verwijten de partij een te negatieve houding ten opzichte van Oekraïne, en menen dat dit de eigen veiligheid niet ten goede komt. Kiezers die dit de PVV verwijten wijken doorgaans uit naar de VVD en in mindere mate naar JA21.

De VVD lijkt vooralsnog het meest te profiteren van de spanningen op het Europese continent. De zichtbaarheid van Dilan Yeşilgöz op internationaal vlak – zoals haar recente bezoek aan de Oekraïense president Volodymyr Zelensky – kan kiezers bekoren. Zij wordt na premier Schoof het vaakst genoemd als een politicus die leiderschap toont op het gebied van defensie, vrede en internationale veiligheid (22% noemt Yeşilgöz, 29% Schoof). Ook waarderen kiezers de stabiliteit die de VVD uitstraalt in een verder rommelig kabinet.

Ook GL-PvdA – een tweedepartij die behoort tot het ‘oude politieke midden’ – wint aan steun. PvdA en GroenLinks kondigden vorige week aan volgend jaar op te willen gaan in een nieuwe partij. Deze aankondiging lijkt vooralsnog geen enorme stemmentrekker te zijn, maar het kost de partij ook geen steun. Wel lijkt GL-PvdA wat te winnen door hoe de partij – en met name Frans Timmermans – zich opstelt m.b.t. de oorlog in Oekraïne en de Europese veiligheid. De meest genoemde reden om naar GL-PvdA te switchen is dat de partij wordt gezien als redelijk alternatief op de rechtse politieke wind.

Tot slot het CDA, dat langzaam richting de 20 virtuele zetels kruipt. De christendemocraten komen nu uit op 18 zetels en hebben dat grotendeels te danken aan fractievoorzitter Henri Bontenbal. Kiezers waarderen de oprechtheid van Henri Bontenbal en zien hem als betrouwbaar. Het CDA wint vooral van NSC (32% van de NSC-kiezers bij TK23 zou nu CDA stemmen). Deze kiezers zeggen dikwijls dat NSC nooit met de PVV had moeten regeren.

PVV-kiezers sterker verdeeld over oorlog dan andere kiezersgroepen

Een ruime meerderheid van iedere kiezersgroep is eensgezind over de gewenste rol van Nederland t.o.v. de oorlog. Kiezers van DENK en FvD verlangen een neutrale positie. Andere kiezersgroepen willen Oekraïne steunen. Kiezers van de PVV zijn het sterkst verdeeld (53% is voor steun aan Oekraïne, 38% wil neutrale positie).

figuur 3 maart
Figuur 3: Moet Nederland Oekraïne zo veel mogelijk steunen, Rusland zo veel mogelijk moet steunen of geen enkele partij moet steunen? (naar huidige politieke voorkeur). Geef aan op schaal van 1 (Oekraïne zo veel mogelijk steunen) tot 7 (Rusland steunen).
Bron: Ipsos I&O, 19 maart 2025

Veel kiezers zien PVV als pro-Russisch

Door vervolgens ook aan kiezers te vragen om partijen in te delen op dezelfde schaal (1 = Oekraïne steunen, 4 = geen land steunen, 7 = Rusland steunen) ontstaat een interessant beeld. Figuur 4 toont de gemiddelde positie van de negen voorgelegde partijen. Het poppetje toont waar de gemiddelde Nederlandse kiezer (score van 2,3) zelf staat. Het gros van de partijen staat dus iets sterker aan de Oekraïense kant (D66, GL-PvdA, VVD en CDA) of iets sterker aan de neutrale kant (PvdD, SP en NSC) dan de kiezer. Twee partijen wijken echter sterk af. FvD wordt duidelijk ingeschat als pro-Russisch (5,3). De PVV zit minder duidelijk in die hoek, maar ook van deze partij zeggen kiezers vaker dat ze aan de kant van Rusland dan aan die van Oekraïne staan (score van 4,3). Het gat tussen Nederlandse kiezer en de gepercipieerde positie van de PVV is daarmee fors.

figuur 4
Figuur 4: En welke uitspraak past het meest bij de mening van de volgende partijen, denkt u? Gemiddelde score op schaal van 1 (Oekraïne zo veel mogelijk steunen) tot 7 (Rusland zo veel mogelijk steunen).
Getoond in figuur: gemid. perceptie partijen (logo) en plek kiezer (poppetje).  Bron: Ipsos I&O, 19 maart 2025

Kiezer die PVV rug heeft toegekeerd ziet partij als meer pro-Rusland dan zichzelf

Kiezers van de PVV hebben zelf een gemiddelde score van 3,0 (dat wil zeggen dat ze iets vaker aan de kant van Oekraïne staan (53%) dat dat ze een neutrale positie innemen (38%)) terwijl ze de partij inschatten als 3,4. Ze schatten hun partij dus iets vaker als neutraal in, maar het verschil is beperkt. Kiezers die in 2023 op de PVV stemden maar nu niet meer staan hier anders in. Zij zijn zelf nog sterker pro-Oekraïne (score 2,6) dan huidige PVV’ers (3,0) en schatten de PVV iets vaker als pro-Russisch in (score 3,8). Ze plaatsen de PVV bijna precies in het midden: noch Oekraïne, noch Rusland steunen.

figuur 5 maart
Figuur 5: Welke uitspraak past het meest bij uw mening? / Welke uitspraak past het meest bij de PVV? Geef dit aan op schaal van 1 tot 7 (1 betekent dat de partij Oekraïne zoveel mogelijk wil steunen, 7 betekent dat de partij Rusland wil steunen).
Bron: Ipsos I&O, 19 maart 2025

Oekraïne vormt electoraal probleem voor PVV…

Zo lijkt het er steeds meer op dat de oorlog tussen Oekraïne en Rusland een electoraal probleem vormt voor de PVV. Ten eerste omdat de gemiddelde kiezer de PVV als licht pro-Rusland inschat, terwijl de kiezer zelf duidelijk aan de kant van Oekraïne staat. Kiezers die deze afstand voelen en eerder wél op de PVV stemden hebben inmiddels vaak een andere voorkeur, zo blijkt uit figuur 5.

Ten tweede zijn PVV-kiezers zelf veel sterker verdeeld over de materie dan andere kiezers. Dat blijkt bijvoorbeeld ook uit het feit dat 41 procent van de PVV’ers voor het Europese ReArm-plan is en 38 procent tegen. Andere kiezersgroepen zijn doorgaans in ruime mate voor of tegen het plan. Het kan dus zijn dat duidelijkere stellingname van de PVV op dit terrein de partij stemmen zal kosten van ofwel haar pro-Oekraïense kiezers ofwel de kiezers er voor pleiten dat Nederland zich niet bemoeit met de oorlog.

…en biedt een opening voor de traditionele bestuurspartijen met leiderschap en/of lef

De politieke leiders die zich de afgelopen weken nadrukkelijk hebben uitgesproken voor het Europees defensieplan (‘ReArm Europe’) en ‘durf’ hebben getoond in de ogen van de kiezers, worden daarvoor gewaardeerd.  In de eerste plaats vindt ruim de helft van de Nederlanders (56%) dat Nederland moet meedoen met het nieuwe defensieplan van de Europese Commissie.

In de tweede plaats zien we dat premier Dick Schoof, Dilan Yesilgöz, Frans Timmermans en Henri Bontenbal – allen leiders die zich hard hebben gemaakt voor Oekraïne en het Europese defensieplan, en – met uitzondering van Schoof – allen leiders van de oude middenpartijen: VVD, GL-PvdA en CDA. 

Dick Schoof is niet iemand die heel sterke emoties oproept, maar in het geopolitieke debat wordt hij gewaardeerd omdat hij boven de partijen staat en zijn eigen pad durft te trekken. Ook Dilan Yesilgöz wordt geloofd omdat ze een eigen koers durft te varen op het gebied van defensie, Oekraïne en Europa, en op dit punt afstand neemt van haar coalitiepartners. Haar bezoek aan Zelensky is niet onopgemerkt gebleven en ook dit wordt duidelijk gewaardeerd. Frans Timmermans krijgt doorgaans vrij veel kritiek, met name van rechts, maar nu zien we dat ook (sommige) kiezers van CDA en VVD hem beginnen te waarderen vanwege zijn internationale ervaring. Henri Bontenbal is nog steeds de best gewaardeerde politicus van Nederland omdat kiezers hem duidelijk, rustig, fatsoenlijk en betrouwbaar vinden, soms krijgt hij ook positieve kwalificaties met betrekking tot zijn geopolitieke stellingname.

Opvallend is dat Geert Wilders door slechts 9 procent wordt genoemd als leidend op het gebied van internationale veiligheid. Pieter Omtzigt, die een nadrukkelijke rol speelde in het ReArm-debat, wordt nog minder vaak genoemd (4%).

Dit alles resulteert – voor het eerst sinds lange tijd – in andere electorale verhoudingen, wellicht zien we hier een voorzichtig herstel van het politieke midden. 

Onderzoeksverantwoording

Dit onderzoek vond plaats van vrijdag 14 tot maandagochtend 17 maart 2025. Er was geen opdrachtgever. In totaal werkten n = 2.127. Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. De steekproef is grotendeels getrokken in het I&O Research Panel. Een deel (n = 199) deed mee via PanelClix. Dit zijn voornamelijk jongeren, lager opgeleiden en respondenten met een niet-westerse achtergrond.  

De onderzoeksresultaten zijn gewogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in november 2023. De weging is uitgevoerd conform de richtlijnen van de Gouden Standaard (CBS). Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken. Bij onderzoek is er sprake van een betrouwbaarheidsinterval en onnauwkeurigheidsmarges. In dit onderzoek gaan we uit van een betrouwbaarheid van 95 procent. Bij een steekproef van n=2.000 en een uitkomst van 50 procent is er sprake van een foutmarge van plus of min 2,2 procent.

Klik hier voor het volledige rapport.

Meer weten?

Neem voor meer informatie contact op met:

Klik hier voor de zesde aflevering van Ipsos I&O Peilpraat waarin onderzoekers Peter Kanne en Asher van der Schelde de uitkomsten duiden.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.