Scherpenzeel en Barneveld stoppen samenwerking

In een gezamenlijke verklaring hebben de colleges van Barneveld en Scherpenzeel bekendgemaakt de onderlinge samenwerking voorlopig stop te zetten. Nu de fusie is afgeketst, is er behoefte aan rust.

Onverminderd helpen

In het korte statement zeggen de beide colleges de afgelopen maanden regelmatig met elkaar te hebben gesproken over de onderlinge samenwerking. Als ‘goede buurgemeenten’ willen beiden elkaar onverminderd helpen in de uitvoering van gemeentelijke taken ‘op momenten dat de situatie daar aanleiding toe geeft en wanneer dat nodig en mogelijk is’.

Warme overdracht

Maar beide colleges merken ook dat er behoefte is aan rust. Daarom zullen zij voorlopig geen nieuwe initiatieven ontwikkelen op verdere structurele samenwerking. Bestaande samenwerkingen, die met het oog op de fusie waren opgezet, worden ‘met behulp van een warme overdracht’ afgebouwd ‘op een wijze waardoor bedrijven, instellingen en inwoners hier weinig van zullen merken’. Het gaat dan om taken in het sociaal domein, op het gebied van openbare orde en veiligheid en om boa-capaciteit.

Belastingtaken

Volgens de Barneveldse Krant is met het besluit de mogelijke overname van belastingtaken van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) van de gemeente Scherpenzeel door Barneveld ook definitief van de baan. Eerder zou Scherpenzeel die taken aan de gemeente Veenendaal overdragen, maar de fusie gooide roet in het eten. Nu moet Scherpenzeel waarschijnlijk op zoek naar een nieuwe partner. Na het zomerreces zullen de nieuwe colleges van Barneveld en Scherpenzeel met elkaar kennis maken en blijven samenwerken in de Regio Foodvalley, schrijven de colleges.

Volwassen

Eerst is het goed de huidige verbanden te herijken en aan te passen op een manier die past bij het besluit om geen bestuurlijke fusie aan te gaan, aldus waarnemend burgemeester Wimar Jaeger van Scherpenzeel in de Barneveldse Krant. Scherpenzeel gaat ook zelf weer taken oppakken. De beide gemeenten moeten elkaar nu de rust gunnen om zich te kunnen focussen op de eigen gemeentelijke verantwoordelijkheden, stelt Jaeger. ‘Dat past bij een volwassen onderlinge omgang.’