Pensioen politieke ambtsdragers naar ABP

Alle werknemers die in Nederland pensioen opbouwen, worden overgezet naar het nieuwe pensioenstelsel volgens de Wet toekomst pensioenen (Wtp). De pensioenen van politieke ambtsdragers, zoals Tweede Kamerleden, ministers, staatssecretarissen, wethouders en gedeputeerden, vallen momenteel onder de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers (Appa). Een aangenomen motie in de Eerste Kamer roept het kabinet op om ook deze pensioenen onder te brengen in het nieuwe pensioenstelsel.

Geen extra kosten

Minister De Jonge van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beschrijft in een brief aan de Tweede Kamer hoe de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel voor politieke ambtsdragers eruit zal zien. Het reeds opgebouwde pensioenkapitaal van deze ambtsdragers wordt overgedragen aan pensioenfonds ABP. Dit betekent geen extra kosten, aangezien het gaat om het reeds gereserveerde bedrag dat naar voren wordt gehaald en collectief wordt overgedragen aan het ABP.

Premies aan ABP

De grootste verandering betreft de financiering van de pensioenen. Momenteel worden de pensioenen van politieke ambtsdragers niet via een pensioenfonds opgebouwd, maar achteraf betaald uit de begroting van de betreffende overheidsorganisatie. Met de overgang naar het nieuwe stelsel gaan overheidsorganisaties vanaf 1 januari 2028 premies betalen aan het ABP voor de pensioenopbouw van politieke ambtsdragers.

Waardeoverdracht niet meer nodig

Na deze overgang draagt het ABP de verantwoordelijkheid voor de pensioenbetalingen van politieke ambtsdragers, wat betekent dat overheidsinstellingen deze niet meer zelf hoeven te betalen. Dit heeft als bijkomend voordeel dat individuele waardeoverdrachten bij overstappen binnen de overheid niet meer nodig zijn. Er is één fonds met één uniforme pensioenadministratie.

Soepel proces

Het doel is om alle pensioenen uiterlijk op 1 januari 2028 over te dragen aan het ABP. De voorbereiding van het wetsvoorstel om dit te regelen gaat binnenkort van start, met als planning om eind 2025 het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer in te dienen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt nauw samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg, de Unie van Waterschappen, het ABP en de Pensioenkamer om dit proces soepel te laten verlopen.