‘Kan ik dit wel uitleggen?’
Medewerkers van de gemeente Apeldoorn vertellen hun ervaringen in coronatijd, tegen welke dilemma’s ze aanliepen en welke lessen ze leerden.
De coronacrisis betekende voor iedereen pas op de plaats en zich snel aanpassen aan ‘het nieuwe normaal’. Gemeenten en veiligheidsregio’s moesten vol aan de bak om de maatschappij feitelijk opnieuw in te richten.
Lekker werken
‘Vanaf het begin hadden we multidisciplinaire teams en extreem korte lijnen. Dat was ook wel lekker werken’, moet Marleen Wegter, in die tweede fase van de crisis hoofd van het casusteam corona en algeheel coördinator, eerlijk zeggen. ‘We moesten in the heat of the moment beslissingen nemen. Soms moesten we erop terugkomen. Het was kijken wat mogelijk was. De samenwerking was top.’
Hectiek
Apeldoorn werkte met drie multidisciplinaire teams binnen de crisisstructuur: het team openbare ruimte, casusteam corona en team acute zorg. Die teams stemden het werk af in het gemeentelijk beleidsteam. Arno klein Goldewijk, teamleider openbare ruimte: ‘Dat model werkte goed.’ Hem is vooral de hectiek en snelheid in de coronatijd bijgebleven. ‘Er was geen tijd voor reflectie.’ Het was absurd en surrealistisch, herinnert Michiel Haighton, afdelingshoofd communicatie, zich. ‘Ik moest voor collega’s een ontheffing schrijven voor de avondklok.’ Gevolgen in de privésfeer waren soms dramatisch, beroepsmatig was het ‘superinteressant’, vindt hij. ‘Communicatie was een belangrijke component. Het was boeiend en complex.’
Land op slot
Het begon op zondagavond, 15 maart 2020, en de ernst van situatie werd snel duidelijk: het land ging op slot. Erna Hagen, hoofd preventie, toezicht en handhaving (PTH), vertelt dat daarna de noodverordening houvast gaf in toezicht en handhaving. ‘Er stonden specifieke uitzonderingen in: het klimbos open of niet? Was dat een evenement of een pretpark? Dat staat me nog erg bij.’
Multiple choice
Dertig boa’s moesten de regels uitdragen en het gesprek aangaan met mensen. ‘We wilden dat mensen ook snapten waarom de regels er zijn. Soms was dat lastig: je mocht wel een kerstboom verkopen, maar geen kamerplant. Het was daarom belangrijk dat boa’s het goed konden uitleggen. We hielden een multiple choice-quiz. De eerste die het goed had, kreeg een pluim.’ Er waren ook interpretatieverschillen tussen veiligheidsregio’s. Volgens Hagen is er ruim dertig keer een wijziging geweest. ‘Als een buurgemeente het iets anders invulde dan wij, bijvoorbeeld het maximaal aantal mensen in een horecagelegenheid, snapten mensen het al niet meer.’
We zaten twee weken in de rats
Warenmarkt
‘We hebben tot op Europees niveau uitgezocht wat volgens de Warenwet “essentiële levensmiddelen” zijn’, vertelt Klein Goldewijk. ‘Er was een discussie over of diervoeder mocht. Nee dus. Maar in kleine gemeenten was op vrijdag een warenmarkt, waar 2000 mensen kwamen. Daar waren diervoederspecialisten en op die markt werd er geen punt van gemaakt. Hier kwamen op zaterdag 15.000 mensen naar de markt. Dan zat je weer met ondernemers om tafel of de burgemeester belde naar het buurdorp.’
Puppytraining
Draagvlak was heel belangrijk, aldus Wegter. ‘Eerst was alles heel logisch: er was angst. In Apeldoorn werden de coronaregels strikt toegepast, er was in beginsel geen ruimte voor uitzonderingen. Dat gaf duidelijkheid.’ Maar op een gegeven moment werd draagvlak ook moeizaam. ‘Hoe gaan we dit nu uitleggen? Na een aankondiging op tv was er nog geen regeling, maar er waren wel vragen. Valt hondensport onder sport? En puppytraining? Het draagvlak veranderde. En de klachten kwamen binnen bij ons.’
Strikte opvatting
Morele oordeelsvorming werd gevraagd, vult Klein Goldewijk aan. ‘Wekenlang boog je je over dit soort thema’s. Soms knaagde het ook bij mezelf. Je bent professioneel bezig, je krijgt de noodverordening of nieuwe regeling, maar thuis gaat het er natuurlijk ook over. Zeker in de laatste fase dacht ik soms: dit is niet meer uit te leggen. We bleven zo dicht mogelijk bij de strikte opvatting. Apeldoorn was de grootste gemeente en voorzitter van de veiligheidsregio. Ondernemers vonden weleens dat de burgemeester het beste jongetje van de klas wilde zijn. Daar zat je tussen. Je geweten begon te knagen: kan ik het nog uitleggen?’
Kwaad
In de winter van 2020/21 ging de samenleving weer in stappen open. ‘Daar werden wij blij van. Dat gaf houvast voor lokale invulling.’ Het liep goed: plannen gingen naar het college, besluitvorming was helder en de gemeenteraad werd geïnformeerd. ‘We zouden naar stap 3. Maar toen ging Den Haag ineens van 3 naar 5. Diezelfde dag zat ik met de horeca om tafel. Zij zeiden: “Hoe dan? Dit gaat fout, dit gaat te snel".' Kort erna stegen de cijfers. ‘Toen was ik ook kwaad. We moeten het van boven naar beneden regelen en andersom, maar de minister ziet de cijfers en laat tegen alle adviezen in maatregelen los. We zaten twee weken in de rats. We hadden alles op één lijn en konden na één weekend opnieuw beginnen. Alle maatregelen terugdraaien. Stick to the line, dacht ik, laat je niet beïnvloeden door dagkoersen. We waren toen zo blij met onze multidisciplinaire teams.’
Met dank aan Leonoor ten Have van L’avoirs Marketing, communicatie & event agency
Lees het hele artikel met daarin ook de ervaring van burgemeester Ton Heerts in BB24.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.