Ravijnjaar is een beheersbare financiële dip

Vijf mogelijke opties om het tekort te beperken.

30 januari 2025
ravijnjaar

Dit jaar stellen gemeenten de begroting op voor het ravijnjaar 2026, waarin zij een tekort van € 1,1 miljard verwachten. Het merendeel van de gemeenten presenteerde een negatief resultaat in hun meerjarenbegroting voor dat jaar. Dat is ongekend.
Toch is de terugval van inkomsten uit het gemeentefonds niet geheel onbeheersbaar. KokxDeVoogd pleit voor (nog) meer realisme in de financiële huishouding en geeft enkele handvatten.

Dat gemeenten € 1,1 miljard tekort laten zien, verhult dat de gemeentelijke inkomsten uit het gemeentefonds met 9% zijn gedaald, van € 42,3 miljard in 2025 naar € 38,4 miljard in 2026. Ook provincies moeten 9% van hun inkomstenbron inleveren. Gemeenten hebben, net als in andere jaren, hun uiterste best gedaan om de begroting sluitend te krijgen, Hierdoor konden zij € 2,7 miljard van de € 3,8 miljard korting op het gemeentefonds opvangen.

Om het tekort in perspectief te plaatsen: hoewel € 1,1 miljard een aanzienlijk bedrag is, vormt het slechts 2% van de totale gemeentelijke begrotingen van € 64,0 miljard. Welke oplossingen zijn er mogelijk?

1. Eenmalige onttrekking aan de algemene reserve

De makkelijkste manier om het structurele tekort weg te werken, is een eenmalige onttrekking aan de algemene reserve. Dit is toegestaan mits er genoeg overblijft (solvabiliteitstoets) als buffer voor de komende jaren. Veel gemeenten ontkomen er niet aan om dit te doen. Dit is echter geen structurele oplossing.

2. Verhoging van de overige opbrengsten

Zo’n 40% van de inkomsten van gemeenten komt uit andere bronnen dan het gemeentefonds, zoals onroerendezaakbelasting, heffingen en leges. Deze inkomstenbronnen kunnen echter door begrotingsregels niet zomaar worden verhoogd. Daarnaast mogen veel heffingen niet meer dan kostendekkend zijn.

3. Beperking van de programmalasten

Programmalasten zijn inkomensoverdrachten (zoals uitkeringen) of kosten die gemeenten maken voor dienstverlening aan burgers en bedrijven door derden (jeugdhulp, hulp in het kader van de wet maatschappelijke ondersteuning, leerlingenvervoer, etc.). Hoewel het verlagen van deze kosten moeilijk is, is het niet onmogelijk. Het vereist zorgvuldige voorbereiding en consequent handelen (in lokale regelgeving, uitvoering en handhaving).

4. Verlaging van de uitvoeringskosten

Uitvoeringskosten zijn kosten voor de taken en dienstverlening aan burgers en bedrijven die gemeenten zelf uitvoeren of laten uitvoeren door hun eigen verbonden partijen. Kostenbesparingen zijn veelal mogelijk door doelmatiger ordening van taken en processen en het automatiseren van standaard werkzaamheden. Daarnaast kan met reëler begroten worden voorkomen dat veel gemeenten in hun jaarrekeningen onderuitputting van budgetten moeten presenteren als gevolg van (te) ambitieuze voornemens.

5. Verlaging van de overheadkosten

Overheadkosten worden gemaakt voor de instandhouding van de gemeentelijke organisatie, het democratische proces en voor de ondersteuning van de uitvoering van de dienstverlening aan burgers en bedrijven. Het schrappen van deze kosten leidt niet direct tot problemen in de uitvoering van de dienstverlening aan burgers en bedrijven, maar te veel schrappen leidt mogelijk tot continuïteitsproblemen.

Een laatste kritische blik op de begroting 2026, vanuit het juiste perspectief en een strenge maar open houding kan de laatste 2% aan besparing opleveren. Dit vraagt echter om reëel begroten, moedige keuzes van gemeenten, en het willen accepteren van de maatschappelijke gevolgen.

Meer weten?

Neem gerust eens contact op met Maxim ter Hedde.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hielco Wiersma
In het bovenvermelde artikel wordt nogal luchtig gedaan over te realiseren ombuigingen/bezuinigen door Gemeenten en Provincies.
Echter via de in de laatste jaren doorgevoerde bezuinigingsmaatregelen en de opgelegde lokale lastenverzwaringen van burgers en bedrijven worden deze organisaties opnieuw voor een bezuinigingsronde geplaatst van veelal structureel (!!!) ca. 5%. Dat is voor het begrotingsjaar 2026 bepaald geen sinecure meer.
Bovendien wordt deze bezuinigingsronde veroorzaakt door slecht planmatig financieel beleid (ravijnjaar) en aangezwengeld door een steeds minder productieve Rijksoverheid. Denk o.a. aan de vele crisissen, toeslagen- en schadeaffaires en impasses in de laatste 14 jaar. Daarom is de tijd aangebroken dat het Rijk vooral 'in eigen keuken' gaat kijken.
jkratzschmar
Het artikel is vooral technisch van aard.
Gemeenten zijn vaak al aan de grenzen van solvabiliteit.
Daarnaast stijgen de rentekosten die nog niet verwerkt zijn.
Ook niet genoemd is werkdruk, het aantrekkelijk blijven als werkgever.

Ik mis ook het noemen van het invoeren van een strategisch kader bij gemeenten. Een kader dat boven tijdelijke 4 jarig coalitieprogramma's staat.
Want wat hebben bepaalde investeringen voor zin, nut een honkbalstadion of infra werken in of bij het centrum, als trends in den lande andere kanten opwijzen, zoals deels autovrije centra et cet.

En....het weer uitstellen van invoering Eigen bijdrage Wmo + beperkt kader.
Om nog maar niet te spreken van eigen bijdrage bij Jeugdzorg.
Wat te denken bij jeugdzorg preventie van het invoeren van relatie apk check als op de basis school bij de oudergesprekken.
Vaak zijn problemen bij het kind een gevolg van probleem bij de ouders|
Ik deze insteek. De richting van het artikel is gericht op het dempen van een gat, daar waar nu het momentum is voor slimme toekomstgerichte interventies.