Haarlem wijkt af van zoektermijn Participatiewet
Afhankelijk van de persoonlijke situatie wordt bepaald of een zoektermijn zinvol is.
De gemeente Haarlem wijkt af van de wettelijk verplichte zoektermijn in de Participatiewet. De Noord-Hollandse hoofdstad wil hiermee vooruitlopen op de aanstaande wetswijziging, die demissionair minister Carola Schouten (Armoedebeleid en Participatie) eerder aankondigde. Naar verwachting treedt die op z’n vroegst op 1 januari 2025 in werking, maar daar wil Haarlem niet op wachten.
Het wetsvoorstel ‘Participatiewet in Balans’ bevat een twintigtal aanpassingen. Eén van de maatregelen die Schouten wil doorvoeren is het aanpassen van de verplichte zoektermijn. Momenteel worden jongeren onder de 27 jaar vier weken in de wacht gezet voordat ze definitief een bijstandsuitkering kunnen aanvragen. Het is de bedoeling dat zij in die periode eerst zelf kijken of ze een opleiding of werk kunnen vinden.
Geldproblemen
Het merendeel van die jongeren kan echter niet direct aan de slag. De Nationale ombudsman waarschuwde al dat de zoekperiode er in de praktijk voor zorgt dat geldproblemen groter worden en dat jongeren uit het zicht van de gemeente raken.
Maatwerk
Dat de minister deze verplichting wil aanpassen vindt de Haarlemse wethouder Diana van Loenen (Werk en inkomen) ‘een goede eerste stap’. ‘Alleen Haarlem wil niet wachten tot 2025’, zegt de PvdA’er. Haar gemeente kiest er daarom voor om van de wettelijke termijn af te wijken en ‘maatwerk toe te passen’. ‘Op basis van een persoonlijk gesprek wordt beoordeeld wat de mogelijkheden en behoeften van een cliënt zijn’, zegt een woordvoerder van de gemeente. Daarna besluit de gemeente of een zoekperiode zinvol is. Indien er bijvoorbeeld sprake is van (aanzienlijke) sociale, geestelijke, fysieke of financiële belemmeringen, ziet de gemeente af van het opleggen van de zoektermijn.
Minder stress
De Noord-Hollandse hoofdstad is niet de eerste gemeente die de zoektermijn voor jongeren deels loslaat. Eerder dit jaar zette Arnhem een streep door deze wachttijd voor jongeren tot 27 jaar. Bij wijze van proef schafte het college van Utrecht eind 2021 de zoekplicht volledig af. De evaluatie liet zien dat zowel de jongeren als de uitvoerende teams van de gemeente ‘overwegend positief’ zijn. Het schrappen van de zoekperiode voorkomt (grotere) schulden bij jongeren en geeft hen minder stress. En ondanks een stijging van het totaal aantal bijstandsaanvragen, was in 2022 de toestroom van jongeren in de bijstand niet groter geworden. Voor Utrecht reden genoeg om deze versoepeling voort te zetten. Daarmee is de Domstad de eerste gemeente die definitief blijft afwijken van dit deel van de Participatiewet.
Het is natuurlijk duidelijk dat de bedoelde Gemeenten, die hier zonodig voorop moeten lopen, dit via hun eigen begroting zullen moeten bekostigen.