Gemeenten vrezen macht corporaties

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet blijkens een position paper veel voordelen in de Wet versterking regie volkshuisvesting. Wel is er de vrees dat corporaties door eigenstandig beleid de gemeentelijke bouwplannen in de toekomst vaker zullen doorkruisen.

Sturingsmogelijkheden

Komende woensdag (25 september) staat er met alle belanghebbenden een rondetafelgesprek gepland over de wet die een einde moet maken aan het versnipperde bouwbeleid: de Wet versterking regie volkshuisvesting. De wet moet overheden meer sturingsmogelijkheden gaan bieden voor welke doelgroep ze wat kunnen gaan bouwen, en hoeveel.

Verplicht percentage

Vooruitlopend op dat gesprek heeft de VNG een (overwegend positief) position paper over de wet gepubliceerd. Vooral dat er straks vrijwel in alle gemeenten een verplicht percentage sociaal moet worden gebouwd, kan op goedkeuring rekenen. En ook dat daar alleen in regioverband (en niet door individuele gemeenten) van kan worden afgeweken. Wel betreurt de VNG dat uit het verplichte percentage weinig ambitie spreekt: het is van 30 afgezwakt tot 27, nu al het landelijk gemiddelde sociale huur.

Corporaties

De kritiek van de VNG richt zich hoofdzakelijk op de te losse band  tussen gemeenten en corporaties. De VNG ziet geregeld dat sociale huurwoningen door corporaties  worden verkocht of geliberaliseerd, terwijl de gemeente blijkens haar woonvisie juist meer sociale huur wil. ‘Wij vinden dat gemeenten meer instrumenten moeten krijgen om corporaties bij de les te houden bij sloop, verkoop of liberalisatie van sociale huurwoningen naar het middensegment.’

Afstand

Daarbij komt de vrees dat het werkgebied van de corporaties wordt vergroot doordat de nieuwe wet daar minder beperkende eisen aan stelt. ‘Dit heeft tot gevolg dat voor corporaties een werkgebied ontstaat dat zich kan uitstrekken tot wel vier provincies. Wij vinden dit een ondoordacht voorstel. ‘De afstand tussen het lokaal bestuur en de huurdersorganisaties enerzijds en de corporaties anderzijds, is nu in een aantal gevallen al te groot. En dit voorstel maakt die afstand alleen maar groter en zet de deur open naar verdergaande schaalvergroting van corporaties.’