Turbineconflict provincie Utrecht en gemeenten houdt aan

In de provincie Utrecht blijft voorlopig nog spanning bestaan tussen het provinciebestuur en meerdere gemeenten over de plaatsing van windturbines. Om het doel van de Regionale Energie Strategie in 2030 te behalen moesten er begin dit jaar nog zo'n veertig turbines bij. Meerdere gemeenten stapten naar voren. Maar uit een tussenbalans van de provincie blijkt nu dat nog minstens twaalf turbines nodig zijn. Daardoor hangt meerdere gemeenten die turbines weigeren een dwingend projectbesluit van de provincie boven het hoofd.

De situatie is vergelijkbaar met die in buurprovincie Overijssel, waar deze en volgende week 113 mensen inspreken op de provinciale windturbineplannen. Onder de insprekers zitten wethouders van zes Overijsselse gemeenten.

Twaalf turbines

Uit de tussenbalans blijkt dat het samenwerkingsverband van zestien Utrechtse gemeenten (U16), waarvan onder meer De Ronde Venen en Wijk bij Duurstede deel uitmaken, niet op koers ligt met de plannen voor duurzame energie. Volgens de provincie ziet het ernaar uit dat die gemeenten in 2030 samen zeker 0,25 terawattuur tekort gaan komen om het doel van 1,8 TWh aan zonne- en windenergie te halen. Twaalf windturbines zijn samen goed voor 0,25 terawattuur.

De Utrechtse gemeenten Stichtse Vecht, De Ronde Venen, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal en Renswoude willen geen turbines. Toch zijn ze nog steeds in beeld voor een projectbesluit, staat in de statenbrief bij de tussenbalans. De provincie heeft in al die gemeenten ‘kansrijke’ gebieden aangewezen, die het college van gedeputeerde staten nog niet wil schrappen. ‘Aan het einde van het jaar maken we een keuze voor welke van deze gebieden een projectbesluit vervolgd wordt’, aldus de statenbrief. Half oktober volgt er weer een statendebat.

‘Geen ruimte’

Een gemeente als Renswoude schreef afgelopen mei nog: ‘Om haar RES-bod te realiseren zijn geen grote windturbines in Renswoude nodig; het energiebeleid in Renswoude blijft ongewijzigd. Voor grote windturbines is in Renswoude, mede in het licht van toekomstige woningbouw, geen ruimte.’

De gemeente Stichtse Vecht schreef op hetzelfde moment: ‘Dat de provincie Utrecht nu op basis van de RES van mening is dat er meer windenergie moet komen binnen de provinciegrenzen verbaast ons, omdat dit nooit onderdeel is geweest van de afspraken. (...) Daarbij komt dat Stichtse Vecht al een belangrijke extra bijdrage levert in de energietransitie met de uitbreiding van het Tennet-station Breukelen Kortrijk en de plaatsing van het Tennet/Stedin-station ‘Utrecht Noord’, dat naar alle waarschijnlijkheid ook op ons grondgebied zal komen.’