Advertentie
juridisch / Column

Blijf kritisch op de ‘mits’

Een ambtenaar moet openheid van zaken geven in een situatie waarin gerechtvaardigde twijfel is gerezen aan zijn integriteit.

23 april 2024

Een van de veel gestelde vragen in mijn praktijk: moet ik nu wel of niet meewerken aan een onderzoek. Ik weet dat er mensen zijn die het met mij oneens zijn, maar mijn advies is eigenlijk altijd: ja, mits de (juiste) interne regelingen worden gevolgd en het onderzoek zorgvuldig uitgevoerd wordt. Ik richt mij allereerst op de ‘ja’ van mijn advies, want hierover bestaat de meeste discussie.

In mijn ogen is het doorlopen van een onderzoek óók een kans. Een kans om een andere kant van het verhaal te laten horen en een kans om ervoor te zorgen dat een melding of klacht ongegrond wordt verklaard. Maar dat is niet het enige.

In het strafrecht is een verdachte niet verplicht om mee te werken aan diens eigen veroordeling (het zogeheten nemo tenetur-beginsel). Een soortgelijk beginsel kennen we niet in het arbeidsrecht. In het arbeidsrecht is het vertrouwen de basis voor de arbeidsrelatie (het goed werkgever- en werknemerschap, artikel 7:611 BW). Als er een gerechtvaardigde reden bestaat om te twijfelen aan dat vertrouwen, dan mag naar mijn mening van een werknemer worden verwacht dat deze meewerkt aan het wegnemen van die twijfel.

Dit blijkt ook uit een uitspraak van bijvoorbeeld de rechtbank Oost-Brabant van 25 november 2021. Hierin overweegt de kantonrechter dat een werknemer zijn twijfels over de onafhankelijkheid of onpartijdigheid van een (in dit geval) klachtencommissie aan de orde mag stellen, maar dat dit los staat van het feit dat van hem mag worden verwacht dat hij inhoudelijk reageert op de klacht.  

Overigens geldt voor ambtenaren nog wel iets anders. Het is namelijk vaste rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep (de hoogste ambtenarenrechter) dat een ambtenaar – aan wiens integriteit extra hoge eisen mogen worden gesteld – openheid van zaken moet geven in een situatie waarin gerechtvaardigde twijfel is gerezen aan zijn integriteit. Doet hij dat niet, dan riskeert hij dat hem plichtsverzuim wordt verweten, hetzij omdat het nalaten om opheldering te verschaffen als zodanig als plichtsverzuim wordt aangemerkt, hetzij omdat de ambtenaar een gerechtvaardigde en ernstige twijfel niet heeft kunnen of willen wegnemen. Zie bijvoorbeeld een uitspraak van de Raad van 21 december 2023 waarin deze overweging terugkomt.

In de praktijk hoor ik dan vaak: maar hoe zat het dan met bijvoorbeeld Arib? Zij werkte toch ook niet mee met een onderzoek? Zij was echter geen werknemer of ambtenaar, maar een gekozen volksvertegenwoordiger.

Dan nog kort de ‘mits’ van mijn advies. Er kunnen namelijk omstandigheden zijn waaronder men besluit om niet (meer) mee te werken aan een onderzoek. Bijvoorbeeld omdat het proces of de procedure niet eerlijk is of niet goed wordt gevolgd (bijvoorbeeld omdat onvoldoende gelegenheid tot hoor/wederhoor wordt geboden). Daarmee neem je als beklaagde echter wel een gok, omdat het op dat moment nog niet duidelijk is of een rechter ook van oordeel is dat het proces of de procedure niet eerlijk is.  

Conclusie: better safe than sorry? Nee, dat is te gemakkelijk. Uitgangspunt is ‘ja’, maar blijf kritisch op de ‘mits’.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie