Advertentie
juridisch / Column

2022: ik juich en ik huiver

Het is eind 2022 en ik kijk terug.

20 december 2022

Het is eind 2022 en ik kijk terug. Ik denk aan mijn (vaak) mannelijke cliënten die dit jaar beschuldigd werden van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Aan het feit dat het zo makkelijk en vaak ook zo begrijpelijk is om uit te gaan van de versie van de vrouw. Dat de (mannelijke) medewerker helaas vaak meteen op non-actief wordt gesteld, er niet goed nagedacht is over het narratief en het kwaad eigenlijk al is geschied. Waar rook is, is vuur, nietwaar?

En hoe moeilijk is het om dan nog onafhankelijk onderzoek te doen. De verhalen doen al de ronde en we hadden toch eigenlijk altijd al het gevoel dat er iets niet klopte? En wat als uit dat onderzoek niet onomstotelijk blijkt dat het vertelde ook daadwerkelijk gebeurd is? Hoe kan de (mannelijke) medewerker dan nog terugkeren in de organisatie, na alles wat er gebeurd is? Dat vergt veel van alle betrokkenen en resulteert helaas vaak in het vertrek van de (mannelijke) medewerker.

Het is eind 2022 en ik kijk terug. Ik denk aan mijn (vaak) vrouwelijke cliënten die dit jaar de moed bij elkaar raapten en melding maakten van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Aan het feit dat zij vaak niet geloofd wordt en zij dus niet alleen haar verhaal moet vertellen, maar ook nog met allerlei bewijzen moet komen. In al haar kwetsbaarheid. En hoe moeilijk het is om hiernaar onderzoek te doen. De cultuur in de organisatie is nu eenmaal dat wij elkaar graag aanraken. Was er niet gewoon sprake van een wederzijdse relatie? En heb je geen aanleiding gegeven tot het gedrag? En wat als uit dat onderzoek niet onomstotelijk blijkt dat het vertelde ook daadwerkelijk gebeurd is? Hoe moet de (vrouwelijke) medewerker dan omgaan met degene over wie zij melding heeft gemaakt? Dat vergt veel van alle betrokkenen en resulteert helaas vaak in een ziekmelding of het vertrek van de (vrouwelijke) medewerker.

Het is eind 2022 en ik kijk terug. Ik denk aan mijn werkgeverscliënten die dit jaar te maken kregen met een melding over (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Aan de paniek die er dan vaak ontstond. Wie geloven wij? Wat is onze positie? En hoe moeilijk het is om hiernaar onderzoek te doen. Kunnen we dit zelf of moeten we een bureau inschakelen? Maken we er een breed of een smal onderzoek van? Gaan we af op incidenten of zijn we bereid naar een patroon van gedragingen te kijken? En wat als uit dat onderzoek niet onomstotelijk blijkt dat het vertelde ook daadwerkelijk gebeurd is? Dat het zijn woord tegen het hare blijft? Hoe behartigen we dan, als goed werkgever, de belangen van álle betrokkenen? Wat leren we hiervan als organisatie? Dat vergt veel van alle betrokkenen en resulteert helaas vaak in ziekmeldingen en vertrek van medewerkers.

Het is eind 2022 en ik kijk terug. Ik denk aan een rumoerig jaar waarin naar aanleiding van de uitzending van BOOS Nederland wakker lijkt te zijn geschud. De media-aandacht lijkt te zorgen voor een hausse aan meldingen over grensoverschrijdend gedrag. In zekere zin juich ik dit toe, maar ik ben ook huiverig. De nuance lijkt namelijk met regelmaat verdwenen en ik zie dit terug in mijn praktijk. We lijken het – wie wij ook zijn of vertegenwoordigen – maar moeilijk goed te kunnen doen. De media-aandacht is hier mede debet aan. We buitelen over elkaar heen als er weer een artikel is verschenen over een prominente Nederlander die zich grensoverschrijdend zou hebben gedragen. Maar zijn wij ons ook bewust van het feit dat wij in de ene situatie het hardst schreeuwen om het belang van onafhankelijk onderzoek en in het andere geval klakkeloos uitgaan van de juistheid van hetgeen geschreven wordt (dus zónder dat onafhankelijk onderzoek heeft plaatsgevonden)? En zijn wij ons ook bewust van het effect van onze reacties op de individuele situaties waarin mensen verkeren? 

Het is eind 2022 en ik kijk vooruit. Ik hoop op een jaar waarin ik met aandacht voor alle betrokkenen, medewerkers en organisaties mag bijstaan. Ik hoop ook op een jaar waarin zelfreflectie en gesprekken mogen leiden tot minder uitval en vertrek. Waarbij aandacht is voor de structuur én de cultuur in organisaties. En waarbij er oog is voor de lastige positie van álle betrokkenen. Een verhaal heeft immers altijd meerdere kanten.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Toine Goossens
Een opinie uit het hart. Er verschijnen meer en meer dilemma's op de weg van een mens. Althans die waren er voordien ook al, maar nu zoeken we aandacht, publiciteit en excuses op. Wij voelen ons namelijk gekwetst.

Je gekwetst voelen is een hoofditem in, helaas, deze kersttijd. Het College voor de Rechten van de Mens zette dit item enkele jaren gelden prominent op ons vizier door voor discriminatie het gevoel boven de bedoeling te verheffen.

Dat is een enorme verschuiving binnen het morele denken. In het morele denken van de rechtstaat is iedereen onschuldig totdat er (definitief) een gerechtelijke veroordeling heeft plaats gevonden.

De uitspraak van het College staat daar haaks op. Vanaf nu/toen omarmen mogelijke slachtoffers deze nieuwe morele benadering vol enthousiasme.

Onze rechtsstaat met toedeling van bewijslast is daar uitdrukkelijk niet voor bedoeld of voor uitgerust. Het College voor de Rechten van de Mens heeft het morele denken van de rechtstaat op de helling gezet. Niet ons rechtsstelsel, maar de interpretatie van internationale verdragen bepaalt ons gedrag. Dat is een ontwikkeling die onze constitutie ernstig aantast.
Advertentie