Advertentie
financiën / Column

Typisch Nederlands

Gemeenten krijgen voor onderhoud aan verzakte wegen, rioleringen en gebouwen extra geld: 30 procent meer geld als ze op kleigrond liggen, en 110 procent meer geld als ze op veengrond liggen. Want veen verzakt meer dan klei. Uiteraard is dat typisch Nederlands geregeld: heel gedetailleerd en ingewikkeld.

26 februari 2021

Als je het eenmaal hebt gezien, gaat het niet meer van je netvlies af. In gemeenten die op typische Nederlandse veen- en kleigrond liggen, verzakken wegen, gebouwen en rioleringen.

Dat kost extra geld voor onderhoud en vervanging. Gemeenten krijgen daarom voor die extra kosten 30 procent meer geld als ze op kleigrond liggen, en 110 procent meer geld als ze op veengrond liggen. Want veen verzakt meer dan klei.

Uiteraard is dat typisch Nederlands geregeld: heel gedetailleerd en ingewikkeld. Van elk hectare is de bodem onderzocht, met boren van acht meter lang. Daarbij is gezocht naar vijf meter aaneengesloten klei- en veenlagen. Als die boor vijf meter aaneengesloten kleien veenlagen aantrof, dan krijgt de gemeente extra geld. Die hectare telt dan als veengrond als van die vijf meter minstens vier meter veen is.

Die hectare telt als kleigrond als van die vijf meter minstens vier en een halve meter klei is. En er is – typisch Nederlands – een tussenvorm: kleiveen. Dat is geen echte bodemsoort, geen geoloog heeft daar ooit van gehoord. Een hectare telt als kleiveen als van die vijf meter een halve meter tot vier meter veen is. Daarvoor krijgen gemeenten 45 procent meer geld.

Bent u er nog? Het wordt nog ingewikkelder. De gemeenten krijgen niet compensatie per hectare met klei, kleiveen of veen, maar voor de gemiddelde bodemslechtheid. Nu denkt u: per hectare kijken of het gemiddelde nemen, dat maakt toch niet uit? Nou, nee. Dat maakt wel uit. Want bij het gemiddelde gaat het mis. De gemiddelde slechtheid van de bodem wordt namelijk berekend over de hele oppervlakte van de gemeente. Land en water. Daarbij telt water als goede grond, want op water liggen geen wegen, geen gebouwen, geen rioleringen. Dus er verzakt ook niks.

Gemeenten die op veen of klei liggen, hebben meestal veel plassen en sloten.

Bijvoorbeeld van Gouda, dat grotendeels op veen ligt, is bijna een tiende van de oppervlakte water. Dus de compensatie voor de bodem gaat ervan uit dat een tiende van de oppervlakte van Gouda goed is. Hoewel bijna alle wegen, gebouwen en rioleringen in Gouda op veengrond liggen, krijgt Gouda niet 110 procent extra maar minder dan 100 procent extra. Omdat het zo gedetailleerd en ingewikkeld is, gaat het mis. Ook dat is typisch Nederlands.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie