Bestuurscultuur in klinkende munt
‘Zo zijn de verhoudingen niet. Het is niet zo dat de Kamer een opdracht aan het kabinet kan geven.’ Aldus premier Rutte deze week tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer. Die opmerking herkennen we op gemeentelijk vlak in een andere vorm: ‘De raad moet niet op de stoel van het college gaan zitten.’ Het is een opvatting over de heersende bestuurscultuur.
‘Zo zijn de verhoudingen niet. Het is niet zo dat de Kamer een opdracht aan het kabinet kan geven.’ Aldus premier Rutte deze week tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer. Die opmerking herkennen we op gemeentelijk vlak in een andere vorm: ‘De raad moet niet op de stoel van het college gaan zitten.’ Het is een opvatting over de heersende bestuurscultuur.
Wat heeft bestuurscultuur met geld te maken? Nou, alles. Wie betaalt bepaalt immers. Een bestuurscultuur is de optelsom van de omgang met macht binnen én tussen bestuursorganen. Hoe gaan raad, college, burgemeester en ambtelijke organisatie met elkaar en de macht om? Wie wil weten hoe het met de bestuurscultuur staat, doet er goed aan om op te letten hoe beslissingen over geld tot stand komen. Ook bij bestuurscultuur geldt: follow the money.
Je zag het in de Tweede Kamer. Die had voor de verhoging van zorgsalarissen ook een suggestie voor financiële dekking gedaan. Premier Rutte pruttelde. Toch kreeg de Kamer zijn zin, doordat VVD-fractievoorzitter Hermans de keus maakte om zich niet naar het kabinet te voegen, maar naar de wens van de Kamer. Zonder vaste coalitie zijn de verhoudingen vloeibaar geworden. In termen van bestuurscultuur is in dat ene moment meer gebeurd dan in een half jaar praten over met wie niet met wie wil praten om een kabinet te formeren. Het ging over geld en waar dat vandaan moest komen. Het ging over hoe de ánder zich moest gedragen en hoe die dat vervolgens níet deed.
Je ziet het in de gemeentelijke persberichten bij de bekendmakingen van de ontwerpbegrotingen. Het college presenteert het document alsof het helemaal af is en de raad alleen nog maar een vinkje hoeft te zetten. De ene raad laat zich gedwee in die rol zetten en debatteert vooral over zaken – met moties en al – die níet in de begroting staan. De andere raad is zich bewuster van zijn budgetrecht en zet het amendement in als instrument om bij te sturen. In weer andere raden weten coalitiepartijen heel goed de weg binnen een begroting te vinden terwijl oppositiepartijen knarsetandend tegen de muren van de macht aanlopen. En er zijn raden waar de wethouders na afloop van de begrotingsbehandeling alle raadsleden de hand schudden om ze te feliciteren met het vaststellen van hún begroting.
Het wordt zichtbaar als het college een forse overschrijding van het budget moet melden. Doet hij dat transparant, met uitleg en open vizier? In het vertrouwen dat de raad hem de ruimte zal geven? Of verstopt hij de mededeling angstig in een voetnoot op pagina 9 van de begrotingswijziging die als bijlage bij de bestuursrapportage zit?
Waar het in een bestuurscultuur vaak om draait is de perceptie van hoeveel macht de ánder heeft en de verwachting die daaruit voortvloeit hoe zij of hij zich dient te gedragen.
Voor iedereen die worstelt met de heersende bestuurscultuur: doe het op momenten dat het om geld gaat eens ánders. Doorbreek vastgeroeste patronen, niet om chaos te genereren maar om de opening te creëren voor een goed gesprek. Wat verwachten we eigenlijk van onszelf en van elkaar in de omgang met de macht? Als dat gesprek vervolgens niet mogelijk blijkt te zijn, heb je pas écht een probleem in je bestuurscultuur. Daar kan de burgemeester van Roermond over meepraten.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.