Riantere beloning ambtenaar mogelijk

Ruimere toelagen en het jaar rond extra periodieken kunnen toekennen moeten de gemeente aantrekkelijker maken als werkgever. Wel gaan ongebruikte vakantiedagen eerder vervallen.

Dat staat in de conceptarbeidsvoorwaardennota voor 2024 van de gemeentekoepel die is voorgelegd aan de leden. De nota wordt definitief na die ledenraadpleging. De arbeidsvoorwaardennota is de inzet van de werkgevers voor de onderhandelingen over de cao gemeenten 2024. Ingezet wordt op een cao met een looptijd van één jaar. De loonontwikkeling zou dusdanig moeten zijn ‘dat de gemeentelijke sector zich goed positioneert tegenover de omliggende sectoren in de overheid’.

Omdat de concurrentie op de arbeidsmarkt groot blijft en veel gemeentelijke organisaties bezettingsproblemen hebben, is het plan meer mogelijk te maken qua arbeidsvoorwaarden. Zo gaat voor de functionerings- en arbeidsmarktoelage een maximum gelden van 15 in plaats van de huidige 10 procent. En extra periodieken kunnen op alle momenten van het jaar worden gegeven. De opzegtermijn voor medewerkers wordt twee maanden in plaats van één maand. ‘We willen niet voorkomen dat medewerkers vertrekken, maar ervoor zorgen dat de werkgever en de collega’s meer tijd hebben om vervanging te zoeken’, aldus de VNG. ‘Dit vergroot de continuïteit in de organisatie van het werk en vermindert daarmee de gevolgen voor de werkdruk.’

De VNG wil in de cao ook afspraken over vitaliteitsbeleid opnemen. ‘Veel organisaties hebben beleid op dit onderdeel maar wij stellen voor om een basis voor alle organisaties af te spreken’, aldus het voorstel. Dat moet er toe leiden dat alle gemeenten beleid hebben dat vitaliteit bevordert. Werkgevers zijn vrij in hoe ze dat doen, maar het vitaliteitsbeleid moet wel voldoen aan een aantal in de cao vastgelegde criteria. Zo zullen alle werkgevers straks naast een strategische personeelsplanning ook een beleidsplan vitaliteit moeten hebben.

Onderdeel daarvan zijn een periodieke peiling naar werkdruk en zo nodig maatregelen tegen werkdruk en een periodieke bespreking van de personele bezetting en eventuele maatregelen tegen (dreigende) onderbezetting. Verder wordt eraan gedacht de vervaltermijn van wettelijke vakantie in te korten van 12 naar de wettelijke 6 maanden. Dat zou tijdige en regelmatige opname van vakantie bevorderen.