Werken bij provincie is oudere, blanke mannenzaak
Vergeleken met de totale beroepsbevolking werken er zelfs meer vrouwen bij de overheid dan gemiddeld. Deze vrouwelijke ambtenaren zijn gemiddeld jonger en vaker hoger opgeleid.
Het personeelsbestand bij provincies bestaat nog steeds grotendeels uit mannen. Gemiddeld is 60 procent man, en 40 procent vrouw. Op provinciehuizen is het ambtenarenapparaat qua afkomst niet divers te noemen. Gemiddeld bestaat 7,3 procent uit westerse en 4,3 procent uit niet-westerse allochtonen. Zuid-Holland heeft meer allochtonen in dienst; alles bij elkaar zo’n 21 procent. De provincie Friesland heeft de minste. Slechts 5 procent van de provincieambtenaren is westers allochtoon en 0,5 procent niet-westers. Dat is minder dan 4 fte op een personeelsbestand van meer dan 700. Dat blijkt uit cijfers van de Personeelsmonitor Provincies van het A en O-fonds.
Provincie loopt achter
Wat betreft het vrouwelijke aandeel in de organisatie lijken de provincies flink achter te lopen. Gemiddeld gezien doet het volledige Nederlandse ambtenarenapparaat het namelijk nog niet eens zo slecht. Uit het onderzoek 'Werken in de Publieke Sector 2015' blijkt dat steeds meer managementposities bij de overheid worden ingenomen door vrouwen. Daarnaast stijgt het aantal vrouwen dat in de publieke sector werkt jaarlijks.
Meer vrouwelijke ambtenaren
Vergeleken met de totale beroepsbevolking werken er zelfs meer vrouwen bij de overheid dan gemiddeld. Deze vrouwelijke ambtenaren zijn gemiddeld jonger en vaker hoger opgeleid. In de leeftijdscategorie 30-34 jaar werken er zo'n 60 duizend vrouwen bij de overheid tegen 40 duizend mannelijke. In 2004 werkten er nog in drie sectoren meer vrouwen dan mannen. In 2014 is dat het geval in zes sectoren: vijf binnen het taakveld onderwijs en nu ook bij de Rechterlijke Macht. De provincie wijkt dus af van dit beeld.
Provincieambtenaar is 49,1 jaar
Zoals ook bij andere overheden hebben provincies te kampen met vergrijzing. De gemiddelde leeftijd is in 2015 opnieuw gestegen, de gemiddelde leeftijd ligt op 49,1 jaar. Het jaar daarvoor was dit nog 48,7 jaar. Overigens zijn de vrouwelijke ambtenaren die bij de provincie werken gemiddeld jonger namelijk 47,3 jaar terwijl hun mannelijke collega’s gemiddeld 50,6 jaar oud zijn. Overigens lijkt het leeftijdsverschil tussen mannen en vrouwen wel steeds kleiner te worden. Het aandeel jonger dan 35 jaar daalde licht van 10 naar 9 procent. Het aandeel van 50-plussers steeg van 48 naar 52 procent.
Zeeland heeft geen 60-plussers
Gemiddeld is zo’n 16 procent van alle provincieambtenaren ouder dan 60 jaar. In de provincie Gelderland ligt dat een stuk hoger; rond de 20 procent. Opvallend is dat de provincie Zeeland over slechts 1,2 procent 60-plussers beschikt. Dat komt door een omstreden VUT-regeling enkele jaren terug waarbij alle 57-plussers met een regeling naar huis werden gestuurd.
Weinig jongeren
Jongeren zijn slecht vertegenwoordigd in het personeelsbestand van provincies. Gemiddeld is slechts 8,4 procent tussen de 25 en 34. Jongeren onder de 25 zijn helemaal een zeldzaam fenomeen op provinciehuizen, niet meer dan een half procent zit in de leeftijdsgroep. Waarbij Gelderland (1201 medewerkers) én Utrecht (830 medewerkers) de kroon spannen met ieder slechts één 25-minner op de werkvloer.
Naleven van goede verhoudingen is meer dan prima, maar doe het dan ook in de goede verhoudingen. En misschien nog wel belangrijker: beoordeel de (potentiële) werknemers op hun kwaliteiten, niet op hun geslacht, afkomst of ander niet ter zake doende aspecten.