Bbl'ers en trainees brengen nieuwe energie
‘Ik moest eerst wel even opzoeken wat de provincie eigenlijk allemaal doet,’ vertelt Esther Maliepaard (34), die bijna klaar is met haar bbl-traject als management assistent bij de provincie Drenthe.
Zo’n tien jaar geleden stonden werkloze jongeren in de rij om bij de overheid aan de slag te gaan. Anno 2020 hebben de publieke werkgevers juist moeite om de vacatures gevuld te krijgen. De Gemeenschappelijke Opleidingsactiviteit (GOA) voor de publieke sector in Noord-Nederland weet met beide opdrachten raad.
Succesverhaal
Aan de duizend jaar oude Grote Markt in Groningen gaat de komende jaren flink gesleuteld worden. Gert-Jan Rodenboog (26) werkt enthousiast mee aan die grootschalige herinrichting. ‘Ik ben geboren en getogen in Groningen. Om dan aan de binnenstad van mijn eigen stad te kunnen werken, dat is super.’ Gert-Jan studeerde vorig jaar af aan de Rijksuniversiteit Groningen als sociaal planoloog en begon een paar maanden later aan een traineeship bij de gemeente Groningen. Inmiddels is hij aangenomen als assistent projectleider bij de afdeling Stadsontwikkeling.
Het is één van de succesverhalen van Stichting GOA Publiek, die het traineeprogramma in opdracht van en in nauwe samenwerking met de Gemeente Groningen ontwikkelde. GOA staat voor Gemeenschappelijke Opleidingsactiviteit – een fenomeen dat bijvoorbeeld in de bouw of in het groenbeheer al bekend is, maar in de publieke sector nog ‘totaal onbekend’. Dat vertelt Jeroen Maas, de directeur van de stichting die er al vanaf de oprichting bij betrokken is geweest.
Goede voorbeeld
De raison d’être was bij de oprichting van de stichting in 2010 een hele andere dan anno 2020. Ook bestonden de traineeships nog niet. Er was in die tijd namelijk sprake van grote jeugdwerkloosheid. Actie was nodig ‘omdat er soort verloren generatie dreigde te ontstaan’, vertelt Maas. Extra aandacht was nodig voor jongeren in bbl-trajecten – de Beroepsbegeleidende Leerweg, een leerwerktraject op mbo-niveau.
‘Toen heeft de publieke sector gezegd: wij moeten het goede voorbeeld geven’, vertelt Maas verder. Want het aantal bbl’ers dat de provincies en gemeenten in Noord-Nederland destijds in dienst hadden, ‘daar raakte je niet van onder de indruk, zeg maar’. Terwijl er allerlei mbo-functies in het openbaar bestuur bestaan: van administratieve en juridische medewerkers tot hoveniers, vuilnismannen of -vrouwen en kantonniers (die wegbermen onderhouden). Zo ontstond het idee voor een GOA voor de publieke sector, die zich constant zou inspannen om bbl-trajecten op de agenda van publieke partijen te houden.
Tien jaar later
Op verzoek van de gemeente Groningen is het traineeprogramma voor starters uit het hbo en wo er een paar jaar later, in 2013, bijgekomen. Waar de GOA in eerste instantie jongeren aan werk hielp, is de taak nu verschoven naar: de publieke sector aan personeel helpen. De arbeidsmarkt is immers flink aangetrokken.
Inmiddels, bijna tien jaar na de oprichting, zijn er zo’n vierhonderd bbl’ers geplaatst bij ongeveer veertig verschillende publieke en semi-publieke organisaties. Meer dan 85 procent van hen behaalt het diploma en 80 procent vindt binnen drie maanden na afloop van het traject een betaalde baan. Aan het traineeprogramma hebben meer dan 160 jongeren meegedaan bij zeven gemeenten en een woningcorporatie.
Switch
‘Ik moest eerst wel even opzoeken wat de provincie eigenlijk allemaal doet,’ vertelt Esther Maliepaard (34), die bijna klaar is met haar bbl-traject als management assistent bij de provincie Drenthe. Ook wist ze niet zeker of het wel wat voor haar zou zijn – ze had in de kinderopvang gewerkt en veel van de taken en verantwoordelijkheden waren nieuw voor haar. Maar inmiddels voelt ze zich op haar plek en is ze zelfverzekerder geworden.
Als moeder van drie kinderen op zoek naar een carrière-switch was een bbl-traject ideaal voor Esther: ze kan leren terwijl ze ook betaald werk doet, en de uren zijn flexibel. Dat profiel komt Jeroen Maas vaker tegen. Hoewel er steeds minder jongeren vanuit de bijstand naar een bbl-traject solliciteren (‘in het begin kwam wel 80 procent vanuit een uitkering’), zijn het wel vaak jongeren ‘die in een situatie zitten waar ze uit willen’.
Impact
Zoals benoemd verschoof de focus van de GOA de afgelopen negen jaar vanwege de aantrekkende arbeidsmarkt. Waar voorheen gemeenten en provincies overtuigd moesten worden om leerwerkplekken te creëren, moeten nu ook jongeren geënthousiasmeerd worden voor een baan in het openbaar bestuur.
Jongeren zijn vandaag de dag op zoek naar een baan met ontwikkelingsmogelijkheden, een goede werk-privé balans, mogelijkheden om flexibel te werken, en kansen om impact te hebben, blijkt uit het onderzoek Jong@Gemeenten van het A&O fonds. Gebrek aan doorgroeikansen vormen, samen met de bureaucratie die het realiseren van impact in de weg zit, de belangrijkste redenen voor jonge ambtenaren om een andere baan te zoeken.
Gert-Jan Rodenboog, de jonge assistent projectleider die aan de Groningse Grote Markt werkt, heeft die bureaucratie inmiddels ook leren kennen. ‘Werken binnen de overheid, daar moet je best even aan wennen.’ Toch benadrukt Gert-Jan juist de positieve kanten van zijn baan. Het beeld van de gemeente als een saaie en stoffige organisatie klopt volgens hem niet. ‘Bij de gemeente Groningen krijg je de ruimte krijgt om mee te denken aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken. Ik leer hier het vak door samen te werken met zeer ervaren mensen.’
Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 8 van deze week (gratis inlog)
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.