De lange weg naar klokkenluider
Een ambtenaar wil onderzoek naar ambtelijke misstanden in Rotterdam. Hij stapte naar het Huis voor Klokkenluiders.
Alle interne wegen bewandelde Öner Catalpinar om ambtelijke misstanden in Rotterdam op de agenda te krijgen. Vergeefs. Dus stapte hij naar het Huis voor Klokkenluiders. ‘Misschien is niet alles honderd procent waar van wat ik zeg, maar het moet wel honderd procent worden onderzocht.’
Als casemanager bijstand stuit Öner Catalpinar in 2016 op een in zijn ogen vreemde gang van zaken in het stadhuis van Rotterdam. Bijstandsgerechtigden moet hij bij speciale trajecten aanmelden om werk te vinden. Alle gemeentelijke casemanagers krijgen sinds 2015 die opdracht. Via dat aanbesteedde traject worden bijstandsgerechtigden begeleid naar betaalde arbeid. ‘Niet de cliënten maar degenen die trajecten runnen – voornamelijk oud-medewerkers of mensen met deelfuncties van Sociale Zaken – worden er financieel beter van’, zo vermoedt Catalpinar.
Hij maakt er melding van bij zijn direct leidinggevende, die er vervolgens ook weer melding van doet. Daar laat Catalpinar het niet bij, hij klopt ook aan bij een vertrouwenspersoon van de gemeente. Maar wat hij ook aankaart, er gebeurt niets. Catalpinar raakt zijn baan kwijt, maar is binnen anderhalve maand weer terug bij de gemeente, nu bij SZW. Daar ziet hij dat er precies hetzelfde gebeurt, maar dan met mensen met schulden.
Misstand
Intussen heeft Catalpinar contact gezocht met lobbyist Dianthus Panacho, die vertrouwenspersoon voor hem wordt, en samen kaarten ze de zaak aan bij de vakbond, de SP-fractie in de gemeenteraad, de wethouder Werk en Inkomen en de burgemeester. En bij de gemeente dienen ze twee officiële klachten in. Hij wordt gehoord door sociaal rechercheurs van de gemeente en een extern bureau doet onderzoek. Dat zou, volgens een brief van de gemeente, zijn afgerond.
Er is niet vast te stellen of onderzoek wel heeft plaatsgevonden
Conclusie: er zijn geen frauduleuze praktijken vastgesteld. Inzage in het rapport krijgt Catalpinar niet, waardoor volgens hem niet is vast te stellen of het onderzoek wel heeft plaatsgevonden. Op naar de Ombudsman dan maar. ‘Die zei: wij doen niets’, zegt Catalpinar. Ook bij de nieuwe Ombudsman vangt hij bod. [zie kader]. Bij de Rekenkamer Rotterdam, die een kritisch rapport schreef over aanbestedingen, krijgt hij zijn verzoek om een onderzoek evenmin ingewilligd. Dit omdat de Rekenkamer geen onderzoek doet op basis van een individuele casus. Dat is nu eenmaal geen taak van de Rekenkamer. Er is geen deur in Rotterdam waar Catalpinar de voorbije jaren niet op heeft geklopt. ‘Ik ben overal langs geweest’, zegt hij. ‘Ik heb het hier wel aan honderd mensen verteld.’
Ten lange leste neemt hij in november 2019 contact op met de afdeling advies van het Huis voor Klokkenluiders, waar Catalpinar melding doet van wat hij als misstand beschouwt. Het Huis voor Klokkenluiders kan helpen bij het aankaarten van een maatschappelijke misstand of inbreuk op het zogeheten Unierecht, ook op het werk als er sprake is (of was) van een werkrelatie. Bij een inbreuk op het Unierecht gaat het om een handeling of nalatigheid die onrechtmatig is of het doel ondermijnt en schadelijk is voor het algemeen belang. Bij een maatschappelijke misstand is er sprake van een wetsovertreding, gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid van personen, aantasting van het milieu of voor het goed functioneren van de organisatie als gevolg van onbehoorlijk handelen of nalaten. Het maatschappelijk belang moet in het geding zijn.
Misstanden en meer
Het Huis voor Klokkenluiders doet twee typen onderzoek. Bij een misstandsonderzoek doet het Huis onderzoek naar een door een werknemer gemeld vermoeden van een maatschappelijke misstand. Bij een bejegeningsonderzoek onderzoekt het Huis of een werkgever een werknemer heeft benadeeld vanwege een melding.In 2021 ontving het Huis voor Klokkenluiders 208 nieuwe verzoeken om advies, waarvan in ten minste elf gevallen een werkgerelateerde misstand werd vermoed.
Aanwijzigingen
Het is belangrijk dat melders de situatie niet alleen ‘van horen zeggen’ kennen. ‘U moet zelf dingen gezien of meegemaakt hebben. Of u heeft zelf stukken (papieren, e-mails, foto’s of andere bewijzen) waaruit de maatschappelijke misstand of inbreuk op het Unierecht blijkt. Een vermoeden van een misstand of informatie over een inbreuk op het Unierecht moet gebaseerd zijn op “redelijke gronden”.’
Na beoordeling van de door Catalpinar aangeleverde informatie concludeert het Huis voor Klokkenluiders begin dit jaar dat er sprake is van ‘een vermoeden van een werkgerelateerde misstand van maatschappelijk belang zoals bedoeld in artikel 1 onder de Wet Huis voor klokkenluiders.’
Daarmee komt Catalpinar, zoals het officieel heet, in aanmerking voor dienstverlening van de afdeling advies van het Huis. ‘Zij hebben aanwijzingen. Ik ben nu dus erkend klokkenluider’, zegt hij. ‘Dus kan het Huis voor Klokkenluiders een onderzoek inlassen. Misschien is niet alles honderd procent waar van wat ik zeg, maar het moet wel honderd procent worden onderzocht. Nu kan ik alleen mensen beschuldigen.’
Wederhoor
Arjen Wilbers, persvoorlichter van het Huis voor Klokkenluiders: ‘Omwille van onze (wettelijk verankerde) vertrouwelijkheid doet het Huis nooit uitspraken over zaken die al dan niet in behandeling zijn genomen, noch over het verloop daarvan. Alleen wanneer een eventueel onderzoek is afgerond treedt het Huis over een zaak in de publiciteit.’
De gemeente Rotterdam
De gemeente Rotterdam schrijft eind augustus in een memo aan het Huis voor Klokkenluiders dat er naar aanleiding van de meldingen van Catalpinar twee onderzoeken hebben plaatsgevonden: intern, door de Centrale Onderzoekseenheid (COE), en extern (door Strated Consulting). Daarin staat: ‘Uit de onderzoeken bleek dat er geen malversaties hebben plaatsgevonden. Er zijn geen ongeoorloofde dwarsverbanden tussen de gemeente en de organisaties die in de melding werden genoemd, en er zijn geen aanwijzingen gevonden dat de beweringen uit de melding op waarheid berusten.’
In de memo worden alleen algemene onderzoeksresultaten gepresenteerd. De misstand is namelijk aan namen van het management gekoppeld. ‘In een overstijgend belang van organisatie en betrokken personen worden deze onderzoeksrapporten in integriteitszaken niet ter beschikking gesteld.’ De gemeente Rotterdam/het college geeft geen aanvullende reactie op het interview. De woordvoerder van de wethouder Organisatie laat weten dat er op dit moment een proces bij het Huis voor Klokkenluiders loopt over deze casus. ‘Wij willen en kunnen, net als Het Huis voor Klokkenluiders, geen reactie geven.’
Marjolein van Asselt, directeur Rekenkamer Rotterdam: ‘Op verzoek van de gemeenteraad van Rotterdam doen wij een groot onderzoek naar ambtelijke integriteit. Onder mijn voorganger is toegezegd dat wij dat verzoekonderzoek zouden uitvoeren en dat heb ik voortgezet. Daags voor mijn aantreden is de onderzoeksopzet gepubliceerd. In ons jaarverslag over 2021 hebben wij een bijlage opgenomen waarin die onderzoeksopzet nader is uitgewerkt. Wij hebben nu een enquête lopen onder 19.000 ambtenaren, inclusief oud-ambtenaren.
We zitten nog volop in het onderzoek, dat we hopelijk in de eerste helft van 2023 zullen afronden. Wij doen nooit mededelingen over de inhoud van lopend onderzoek. En zoals al onze rapporten zal ook dit rapport openbaar zijn. In feite zijn wij in januari met het onderzoek begonnen. De doorlooptijd van een gemiddeld rekenkameronderzoek is 1 tot 1,5 jaar, dus wij streven ernaar het in de eerste helft van 2023 te publiceren.’
Marianne van den Anker, gemeentelijke ombudsman Rotterdam: ‘Ik heb als ombudsman kunnen vaststellen dat wij de dossiers hebben van de heer Öner C. Het laatste contact met hem was op 17 februari 2022. Zelf heb ik op 18 mei 2022 de heer Panacho gesproken, die aangeeft de vertrouwenspersoon van de heer C. te zijn. De heer Panacho heeft mij gevraagd de dossiers van de heer C. nog eens te beoordelen. We hebben destijds de dossiers van de heer C. beoordeeld en zien in wat de heer Panacho in mei heeft aangevoerd geen aanleiding om op die eerdere beoordeling terug te komen. De heer C. zelf heeft zich niet meer bij mij gemeld.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.