Ook provinciale politici vaker bedreigd
Sommigen zeggen maandelijks, wekelijks of zelfs dagelijks te maken te krijgen met haatberichten en andere vormen van intimidatie.
Lange tijd opereerden Statenleden in de luwte, maar aan de vooravond van de verkiezingen wordt duidelijk dat ze veelvuldig worden lastiggevallen, blijkt uit onderzoek van Trouw.
Haatberichten
De incidenten komen voor bij alle partijen, en in iedere provincie. Van de 188 leden van de Provinciale Staten die meededen aan het onderzoek (op een totaal van 570) zegt een kleine 40 procent er de afgelopen vier jaar slachtoffer van te zijn geweest. Online haatberichten komen het vaakst voor. Ruim 30 procent van de ondervraagde Statenleden heeft op sociale media of via de mail intimiderende of zelfs ronduit bedreigende berichten ontvangen. Statenleden werden de afgelopen jaren ook op straat of tijdens werkbezoeken lastiggevallen. Ongeveer een kwart van de respondenten heeft ervaring met ‘offline’ bedreigingen en intimidatie.
Anoniem
De meeste Statenleden kregen slechts incidenteel te maken met intimidatie of bedreigingen. Voor een kleine groep (zo’n 6 procent) is het echter een terugkerend ritueel. Zij zeggen maandelijks, wekelijks of zelfs dagelijks te maken te krijgen met haatberichten en andere vormen van intimidatie. Omdat de dreigende berichten online vaak van anonieme afzenders komen, is niet altijd duidelijk uit welke hoek ze afkomstig zijn. Verschillende Statenleden zeggen geïntimideerd te zijn door boze agrariërs, of kregen haatberichten van rechts-extremisten en complotdenkers. Anderen zeggen te zijn bedreigd door milieuactivisten of geven aan dat de dreiging ‘uit islamitische hoek’ kwam.
Bron: Trouw
De politiek moet in haar redeneringen echter net een stapje terugdoen. Dat stapje is: vergunningverlening is nodig vanwege bevolkingsgroei. Zonder bevolkingsgroei is het stikstof probleem veel minder groot. Dat hebben de politici inmiddels ook bedacht. De arbeidsmigratie durft de politiek nog niet zo aan te pakken, dus men begint bij de asielmigratie. Aangezien de politicus absoluut niet in het rechtse kamp gestopt wil worden die zij zelf jarenlang hebben verguisd, bedienen zij zich van zeer interessante taalconstructies. Zo begint Rutte zijn zinnen met: “Laten we vooropstellen dat er in Nederland altijd ruimte moet zijn voor echte vluchtelingen”……om daar vervolgens achteraan de plakken: “Maar de instroom moet omlaag”. Zo worden er door politici zondebokken gedefinieerd, maar men laat toch steeds na om op een eerlijke manier naar de samenleving te kijken en erover te praten. Belangen die zich hebben genesteld zorgen daarvoor. De economische belangen die gemoeid zijn bij arbeidsmigratie, bijvoorbeeld. Of eigen electorale belangen. Zo konkelen we met z’n allen door, maar een “oplossing” is door het gebrek aan heldere probleemanalyses en probleemstellingen nog niet in zicht.