Helft Overijsselaars voelt drempel om te melden

Ruim de helft van de Overijsselaars denkt wel twee keer na om melding te doen als zij signalen van drugscriminaliteit ontvangen. Een kwart is wel eens geconfronteerd met drugsproductie of dumping van drugsafval in zijn omgeving. En ruim de helft van de ondervraagden zegt concrete signalen te hebben herkend die kunnen duiden op drugscriminaliteit.

Diefstallen of drugs dealen

Dat blijkt uit een online peiling van de provincie Overijssel onder 1850 Overijsselaars die betrokken zijn bij het buitengebied en op verschillende wijze actief of werkzaam zijn in IJsselland, Twente of beide regio’s. Bijna twee derde van de respondenten heeft in zijn directe omgeving wel eens te maken gehad met criminaliteit. Zij werden hier zelf mee geconfronteerd of een bekende. In de meeste gevallen (34 procent) gaat het dan om diefstallen of andere vermogenscriminaliteit. Een vijfde zag drugs dealen op straat of vanuit een pand.

Afgeschermde deuren en ramen

Bij het herkennen van signalen zagen de meeste mensen activiteiten op ongebruikelijke tijdstippen, zoals ’s nachts of in het weekend (34 procent). Ook zag een kwart ‘onbekende voertuigen’, zoals een witte bestelbus of vrachtwagens. Een tiende van de ondervraagden zag afgeschermde deuren of ramen, zodat men niet naar binnen kan kijken. Het daadwerkelijk zien of ruiken van de productie van drugs komt een stuk minder voor. Verder meldt de provincie dat ruim twee derde van de mensen die de online vragenlijst invulden vindt dat drugscriminaliteit te veel schade aanricht aan het milieu en ruim de helft dat kosten voor de overheid of bedrijven te hoog oplopen.

Niemand vals beschuldigen

Om de signalen die mensen dus wel degelijk ontvangen dan ook daadwerkelijk te melden, blijkt voor velen nog een te grote stap. Iets minder dan de helft zou dat sowieso doen. Maar 23 procent is bang en vraagt zich af ‘of ik wel voldoende wordt beschermd’. Iets meer dan een vijfde wil niemand vals beschuldigen. Eenzelfde aantal twijfelt of er wel iets met de melding wordt gedaan. Verder vindt een tiende het onduidelijk waar kan worden gemeld en is 6 procent bang voor andere negatieve gevolgen, zoals de relatie met een collega of werkgever.

Twijfels wegnemen

In een reactie op de peiling zegt commissaris van de koning Andries Heidema dat de resultaten de vermoedens van de provincie bevestigen dat veel informatie nu niet op de juiste plek terecht komt. ‘Mensen ervaren een drempel om te melden terwijl hun informatie een waardevolle puzzelstuk kan zijn bij de opsporing van criminaliteit. Samen met regionale en lokale partners spannen we ons in om twijfels bij mensen weg te nemen. We investeren in de lange termijn om echt een vuist te kunnen maken tegen georganiseerde criminaliteit.’

Zorgen over anonimiteit

De peiling is de opmaat voor een nieuwe campagne van Meld Misdaad Anoniem in opdracht van de provincie Overijssel om de productie van synthetische drugs tegen te gaan. Bijna alle respondenten kennen Meld Misdaad Anoniem, maar velen twijfelen of ze er gebruik van zouden maken. Iets meer dan een kwart zou zeker melden, maar iets minder dan een kwart zou pas melden als zij zeker zijn van hun zaak. En een vijfde weet niet hoe het werkt en hoe wordt gezorgd dat zij anoniem blijven.

Toolkits en bijeenkomsten

De campagne van Meld Misdaad Anoniem zet in op de melddrempels en de bekendheid van het meldpunt. Een online advertentiecampagne, toolkits en bijeenkomsten moeten professionals, ondernemers en bewoners in Overijssel informeren over belangrijke signalen. Ook wordt uitgelegd hoe melders worden beschermd en worden gesprekken gevoerd over mogelijke melddilemma’s. Dat gebeurt in intensieve samenwerking met lokale en regionale partners, zoals de veiligheidsregio’s, gemeenten, politie, omgevingsdiensten en het Platform Veilig Ondernemen.