Megatransformatie via een plantenbak
Schijnbaar alledaagse dingen als een hondenveldje of een plantenbak van oude stoeptegels maken voor de ambtenaren van beweging ‘Reyeroord+’ deel uit van een enorme transformatie richting een toekomstbestendige wijk én een minder bureaucratische gemeente. Waar een gewone wijk buitengewoon in kan zijn.
Burgerparticipatie
In een korte serie belicht Binnenlands Bestuur gemeentelijke initiatieven om burgers actiever mee te laten denken en doen in de samenleving. Vandaagd deel 1: Reyeroord+ in Rotterdam-Zuid.
Denken en doen tegelijk in Rotterdam Zuid
Reyeroord, een ‘supernormale’ wijk aan de rand van de gemeente Rotterdam, ligt op dik een half uur fietsen van het stadhuis aan de Cool singel. Wie de tocht onderneemt, passeert de Erasmusbrug, de Essalammoskee en de Kuip en vindt vervolgens een rustige buurt die eigenlijk bijna overal in Nederland had kunnen liggen.
Dat is een van de redenen waarom deze wijk werd gekozen als proefkonijn voor een nieuwe werkwijze van de gemeente die de wijk én de gemeentelijke organisatie moet opschudden. In 2018 startte een groepje ambtenaren de beweging ‘Reyeroord+’. De directe aanleiding was de aankomende rioolvervanging en opgaves rondom de energietransitie. Beide betekenen een ingrijpende fysieke transformatie van de wijk.
De ambtenaren achter Reyeroord+ zien die opgave als een vliegwiel voor een grotere transformatie. Reyeroord moet een toekomstbestendige en actieve ‘voorbeeldwijk’ worden waarin niet de gemeente, maar bewoners de regie voeren over de buurt. In dat proces moet ook de gemeente zelf een transformatie ondergaan: van een bureaucratische machine die plant en beheert naar een flexibele organisatie die luistert en faciliteert.
Stoeptegels
‘Wijken als Reyeroord hebben we echt gigantisch veel’, zegt Luuk van der Burgt, programmamanager Reyeroord+ bij de gemeente Rotterdam. ‘Dit is een van de wijken die in de jaren zestig- zeventig zijn gebouwd, ruim opgezet met veel groen’, vertelt hij bij de ingang van de buurtsuper. In Reyeroord zie je nauwelijks vrijstaande huizen. Naast een enkele verdwaalde woontoren lijken de meeste inwoners te verblijven in appartementencomplexen van niet meer dat een verdieping of vier hoog. En, inderdaad, geen gebrek aan groen tussen de brede blokken baksteen door. ‘In dit soort wijken hebben we grote opgaves vanuit beheer. Want die wijken zijn bijna allemaal zestig jaar oud, of worden dat binnenkort, en dan moeten wij aan de slag’, vertelt Van der Burgt. Reyeroord is dus niet de enige wijk die aan rioolvervanging toe is. De gemeente hoopt dat de aanpak daarom als voorbeeld voor andere wijken kan dienen.
Van der Burgt wijst op de stoeptegels bij de ingang van de supermarkt. Sommige tegels liggen ondersteboven, andere zijn in kleine stukken gehakt en in een nieuw patroon teruggelegd. Het zijn kleine tests die een impressie geven van hoe de straat er na de rioolvervanging uit zou kunnen zien. Op de hoek van de stoep is een plantenbak gebouwd van oude tegels. ‘Als de gemeente iets vanuit beheer doet, gaat normaal gesproken al het materiaal eruit en gaat er nieuw materiaal in. Dat vinden we zonde, want het materiaal in technisch gezien nog goed. We streven naar 100 procent circulair werken: alles moet terugkomen.’
Sommige collega’s waren sceptisch over het plan, zegt Van der Burgt. ‘De aanname was: bewoners gaan klagen, want in Hillegersberg of in Kralingen krijgen ze wel nieuw materiaal. We hebben op verschillende manieren hun mening gevraagd, via een app bijvoorbeeld, en we hebben hier met een kraampje gestaan. En de conclusie is eigenlijk: bewoners geven er niet zoveel om of het oud of nieuw materiaal is, maar veel meer of het recht ligt.’
Graafmachine
De test was vooral bedoeld om iets ‘los te maken’ bij bewoners, aldus Van der Burgt, om de buurt zo vroeg mogelijk te betrekken bij het project. Want vaak komen de reacties en de klachten van bewoners pas op het moment dat het project al is gestart. ‘Er is misschien wel een bewonersavond geweest, of er is geflyerd, maar niet iedereen heeft dat gezien. Maar een graafmachine die in de straat staat te graven, die maakt wat los. Dus wij wilden die graafmachine alvast naar voren brengen.’
Op deze manier moet een breder deel van de buurt betrokken raken. Want op inspraakavonden kom je niet de hele wijk tegen, weet Van der Burgt. ‘Hier in de buurt komen daar vooral witte 65-plussers op af. Je ziet ook meer mensen die negatief zijn dan mensen die gematigd positief zijn. De zwijgende meerderheid zie je dan niet.’ De graafmachine maakte bovendien meer los dan alleen gesprekken over de straat. Van der Burgt: ‘Ik kreeg een mailtje van een mevrouw die zei: het is wel leuk dat jullie met die stoep bezig zijn, maar het is vooral het afval dat hier het probleem is. Wij zeiden: wat fijn dat u mailt, kunnen we met u verder praten over afval? We hebben dus iets losgemaakt bij haar. En dat hadden we niet gedaan als we hier niet bezig waren.’ Terwijl Van der Burgt vertelt, komt inwoner Marjolein langs: ‘Hee Luuk, gezellig, kom je straks even een bakkie doen?!’
Denken en doen
Reyeroord+ lijkt zich te kenmerken door een brede blik en utopische idealen in combinatie met een handen-uit-de-mouwen-mentaliteit en aandacht voor de kleinste details. De abstracte dromen van een circulaire, toekomstbestendige en actieve wijk en een organisatieverandering van de hele gemeente, moeten worden gerealiseerd door concrete experimentjes op microniveau. Vooralsnog is de grote transformatie van Reyeroord+ de wijk met name te zien in kleine, praktische aanpassingen van de leefomgeving. Zo werden rododendrons vervangen door meer insect-vriendelijke flora en werd er een hondenveldje aangelegd. Ook werden er minuscule led-lampjes geplaatst die energie uit de grond halen en een elektrische laadpaal met een accu die wordt gevoed door zonne-energie. ‘Het bijzondere van Reyeroord+ is dat het denken en het doen niet gescheiden zijn. Je leert door te doen’, aldus Luuk van der Burgt.
Niet bij alle projectjes is het duidelijk in hoeverre die bijdragen aan de grote idealen van Reyeroord+. Überhaupt is het moeilijk om te omschrijven wat Reyeroord+ precies is of doet. Het is niet zozeer een project, meer een beweging, zegt Van der Burgt. Er is ook geen omlijnd team medewerkers, Van der Burgt spreekt liever van een reisgezelschap. ‘Wij passen niet in een traditioneel organogram.’ Dat merkten ook onderzoekers van de Erasmus Universiteit Rotterdam op, die gevraagd werden om te reflecteren op de werkwijze van de gemeente in Reyeroord. ‘Ik heb best een tijd nodig gehad om een gevoel te krijgen voor: wat gebeurt hier nou?’, zegt promovendus Hans Joosse, die Reyeroord+ een jaar lang volgde, samen met hoogleraar bestuurskunde Arwin van Buuren. Uiteindelijk wist hij toch een definitie te formuleren: ‘Reyeroord+ probeert om energie van bewoners te mobiliseren om welk thema dan ook gezamenlijk op te pakken, en daarmee tegelijkertijd de gemeentelijke organisatie te prikkelen tot verandering.’
Dilemma’s
In hun verslag vragen de onderzoekers zich af of deze manier van werken ‘meer dan alleen maar leuk’ is. Draagt Reyeroord+ echt bij aan een meer ontvankelijke en flexibele gemeente? Heeft Reyeroord+ daarvoor genoeg focus, of is het vooral ongerichte energie? Ze concluderen in elk geval dat er voor duurzaam resultaat behoefte is aan samenhang tussen alle kleine stapjes die in de wijk worden gezet. ‘Alleen enthousiasme en kansen grijpen is niet genoeg’, schrijven de onderzoekers. Op de vraag of Reyeroord+ de gestelde doelen bereikt, geven ze geen antwoord – dat kan ook bijna niet, gezien de vaagheid van de doelstellingen. Wel geven ze een aantal dilemma’s aan waarmee Reyeroord+ te maken heeft.
De fluïde structuur van de beweging, die zich zo veel mogelijk onttrekt aan de gebruikelijke organisatorische bureaucratie, heeft zowel voor- als nadelen, aldus onderzoeker Joosse. ‘Het is een manier om vrijheid te behouden en onder de radar te blijven.’ Tegelijkertijd heeft Reyeroord+ de traditionele bureaucratie ook nodig om de innovaties op te schalen en te consolideren. Zeker als de hele gemeente uiteindelijk mee moet in de flexibelere werkwijze, zal de beweging zich ook gevoelig moeten tonen voor de bestaande manier van werken om binnen de organisatie voldoende steun te organiseren.
Ook is het belangrijk om bepaalde waarden die verankerd zijn in de moderne bureaucratie niet met het badwater weg te gooien, zegt Hans Joosse. ‘Die machinebureaucratie is ontstaan vanuit bepaalde maatschappelijke waarden, zoals gelijkheid en rechtmatigheid. Ik denk dat het belangrijk is om die waarden vorm te blijven geven, maar op een andere manier.’
Meestribbelen
Het meekrijgen van sommige collega’s en bewoners in de ongebruikelijke werkwijze vindt Luuk van der Burgt de grootste uitdaging in zijn werk. ‘We vragen met deze manier van werken toch iets van collega’s waar ze niet altijd in mee gaan. We hebben daar een term voor: meestribbelen. Dat ze zeggen dat ze wel meedoen maar eigenlijk continu tegenstribbelen. Dat kost heel veel energie.’ Maar ook voor bewoners is het soms even wennen. Van der Burgt vertelt over een man die ervan overtuigd was dat de gemeente allang een plan klaar had liggen toen ze om zijn mening vroegen. ‘Hij werd eerst een beetje boos omdat hij dacht dat wij al iets hadden bedacht. Toen dat niet zo bleek te zijn, stelde hij voor: als jullie nou eens een voorzet doen, kan ik daarop reageren.’
De rioolvervanging in Reyeroord begint in 2023. Tot die tijd blijft Reyeroord+ experimenteren zodat de verbouwing van de wijk op een manier gebeurt waarbij bewoners centraal staan. Wie weet is tegen die tijd de afstand – de figuurlijke afstand althans – tussen Reyeroord en de Coolsingel al wat kleiner.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.