Raadsleden: ambt steeds minder aantrekkelijk
Veel raadsleden verwachten dat de aantrekkelijkheid van het raadswerk de komende jaren zal afnemen. Een hogere vergoeding kan het tij keren.
Een kwart van de raadsleden zou zich op dit moment niet opnieuw verkiesbaar stellen. Het ambt wordt namelijk steeds minder aantrekkelijk, aldus bijna driekwart van hen. Een hogere vergoeding wordt genoemd als voornaamste oplossing. Dat blijkt uit onderzoek dat afgelopen zomer onder 1400 raadsleden is uitgevoerd door Invior in opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden.
Aantrekkelijkheid neemt af
Een meerderheid van de raadsleden (61 procent) verwacht dat de aantrekkelijkheid van het raadswerk ook in de komende jaren zal afnemen, laat het onderzoek zien. Bij jonge raadsleden (jonger dan 40) is die verwachting het sterkst (71 procent), terwijl lager opgeleide raadsleden (55 procent) er minder negatief over zijn. Jonge raadsleden zijn het ook het vaakst eens met de stelling dat de aantrekkelijkheid van het ambt onder druk staat (82 procent).
Te hoge werkdruk
Jonge raadsleden noemen de te hoge werkdruk vaak (78 procent) in hun persoonlijke top 3 van belangrijkste aspecten die aanleiding geven om af te zien van het raadslidmaatschap. Onder alle raadsleden is dit ook het belangrijkste aspect (70 procent) in hun top 3. De te hoge werkdruk staat ook bovenaan als er om een top 1 wordt gevraagd (35 procent), gevolgd door politieke oorzaken, zoals versplintering en polarisatie of de tegenstelling tussen coalitie en oppositie (22 procent) en fysieke en verbale bedreiging (12 procent).
Te lage vergoeding
Als de raadsleden een top 3 mogen noemen, dan volgt na te hoge werkdruk ook politieke oorzaken (55 procent), gevolgd door te lage vergoeding (50 procent). Jongere raadsleden de te lage vergoeding vaker (58 procent) dan middelbare en oudere raadsleden. Die laatste groep (65 jaar en ouder) noemt juist iets vaker de beperkte invloed op het beleid in hun top 3. De te hoge werkdruk wordt ook vaker genoemd door de hoger opgeleide raadsleden in hun top 3 (72 procent) dan door de middelbare of oudere raadsleden.
Hogere vergoeding, meer ondersteuning
Meer ondersteuning voor het raadswerk (25 procent), minder rijks- en regiodeals, meer ruimte voor de raad (24 procent) en hogere vergoedingen voor het raadswerk (23 procent) worden het vaakst genoemd als het belangrijkste aspect (top 1) dat het raadslidmaatschap aantrekkelijker zou maken. In de top 3 komen dezelfde drie aspecten in een andere volgorde bovendrijven: hogere vergoeding (64 procent), meer ondersteuning (59 procent) en minder rijks- en regiodeals, meer ruimte voor de raad (56 procent). Jonge raadsleden noemen ‘hogere vergoedingen’ (70 procent) en ‘meer ondersteuning’ (67 procent) vaker in hun persoonlijke top 3, terwijl oudere raadleden vaker voor ‘minder rijks- en regiodeals, meer ruimte voor de raad’ kiezen (65 procent). Middelbaar opgeleide raadsleden noemen vaker het inzetten op betere samenwerking en/of betere sfeer tussen raadsleden in hun top 3 (50 procent).
Niet opnieuw verkiesbaar
Opvallend is dat een kwart van de raadsleden stelt zich (waarschijnlijk) niet opnieuw verkiesbaar stelt. Oudere raadsleden zeggen dit het vaakst (30 procent), maar tegelijkertijd zeggen zij ook het vaakst dat zij zich (waarschijnlijk) wel opnieuw verkiesbaar stellen (68 procent). Verder zijn het de hoger opgeleide raadsleden die vaker aangeven dat ze zich (waarschijnlijk) niet weer verkiesbaar stellen (26 procent). Op de vraag wat er zou moeten veranderen om hun mening te herzien geeft 65 procent van de ondervraagde raadsleden antwoord. Vooral de werkdruk, de vergoeding en de behoefte om (na lange tijd) plaats te maken voor opvolgers worden genoemd als redenen om zich niet opnieuw verkiesbaar te stellen.
Meer raadsleden
Het raadswerk aantrekkelijker maken, is een belangrijk speerpunt van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, stelt voorzitter Hanneke Willemstein in reactie op het onderzoek. Volgens de vereniging is een aantrekkelijk, boeiend en relevant raadslidmaatschap van cruciaal belang voor een duurzame en aantrekkelijke toekomst van de lokale democratie. ‘Wij gaan ons actief inzetten voor de afname van de werkdruk en een verhoging van de vergoeding voor raadsleden.’ Eerder dit jaar riepen onder meer de vier grootste gemeenten (G4) de minister van BZK op om met een hogere vergoeding te komen voor het raadswerk, gebaseerd op de hoeveelheid inwoners in de gemeente. De minister van BZK gaf eerder deze maand op haar beurt in een Kamerbrief nog aan om onderzoek te laten uitvoeren om er zeker van te zijn of meer raadsleden een oplossing zou kunnen zijn voor het probleem van hoge werkdruk.
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.