‘Je mag het stevig oneens zijn’
De overheid worstelt met het behalen van haar klimaatdoelen. Wat doe je als ambtenaar als je vindt dat er een tandje bij moet?
Het mag vaker schuren tussen bestuurder en ambtenaar, vindt hoogleraar bestuurskunde Zeger van der Wal. Ambtenaren moeten weer de ruimte krijgen én pakken. ‘Het stevig oneens zijn met je baas is niet meteen career suicide.’
Zeger van der Wal maakt zich zorgen over hoe we vast lijken te lopen bij de grote opgaven van deze tijd. Als de hoogleraar bestuurskunde die hij is, maar ook als burger. Hij schreef er een essay over, ‘Ambtelijke helden gezocht’, iets activistischer naar eigen zeggen dan zijn reguliere publicaties. ‘Want het openbaar bestuur is voorzichtig, beeldvorming is belangrijk, men zwicht voor lobbygroepen. Terwijl we de deskundigheid en ideeën over deze opgaven wel degelijk in huis hebben.’
Hij doelt op de ambtenaren. Maar wordt er door bestuurders ook voldoende naar hen geluisterd? Van der Wal doet in zijn essay een oproep aan zowel ambtenaren als het politiek bestuur: laat het wat vaker schuren! Hij zegt: ‘Ambtelijk vakmanschap gaat niet over de minister uit de wind houden, maar over oplossingen voor grote vraagstukken: landbouw, klimaat, energie, asiel. Ik hoor dat er minder waardering is voor ambtenaren die zich deskundig en met moed en durf uitspreken dan tien jaar geleden. Dat is geen goede zaak.’
Topambtenaren kwamen onlangs nog tegen het kabinet in het geweer. Is dat geen ommekeer?
‘Het gaat niet van harte. Ik heb het idee dat ambtenaren nog iets te gemakkelijk schermen met zorgen om hun carrière of reputatieverlies. Maar hun baanzekerheid is hoog en er zijn veel plekken om te werken. We moeten dus niet overdrijven. Je kunt het stevig oneens zijn met je baas. Dat is niet meteen career suicide. Er is een behoefte aan tegenspreken onder ambtenaren, maar ik zie ook enige aarzeling. Vanuit het politiek bestuur zie ik geen uitgestoken hand naar meer tegenspraak. In mijn essay schrijf ik: als je in algemene zin een nieuwe bestuurscultuur aankondigt, spreek je iedereen aan, en dus niemand. Als bestuurskundige zeg ik: individuen met durf, lef en goede ideeën doen ertoe. De gewone ambtenaar, maar ook de topambtenaar.’
Individuen met durf, lef en goede ideeën doen ertoe
Hoe kijkt u naar de discussie over activistische ambtenaren?
‘Ik neem daar een wat genuanceerdere positie in. Historisch gezien is ‘activistisch’ een lastig begrip. Als het betekent: tegen de top aanschoppen en die tot actie bewegen op een onderwerp als duurzaamheid, juich ik het toe. Maar als je zelf politiek gaat bedrijven of gaat frustreren of saboteren, past dat niet bij het ethos van de ambtenaar. Je kunt een loyale ambtenaar zijn die het politieke primaat respecteert én tot het uiterste gaat in tegenspraak. Maar geen Beamtenherrschaft. Dat werkt niet. Rolzuiverheid is belangrijk. Het woord ‘activistisch’ roept in ambtelijke kringen ook weerstand op. Ik zou zeggen: geen activisme, maar wees vooral dapperder en heldhaftiger.’
Verspillend
In zijn essay benoemt Van der Wal het grote beroep dat door bestuurders wordt gedaan op externe inhuur en consultancybureaus. Ambtelijke managers ervaren dat als demotiverend en verspillend, hoort hij. ‘De ideeën en deskundigheid zijn er best. Het is meer een bestuurlijke reflex om de stamp of approval te verlangen bovenop een ambtelijk advies. Maar is dat wel nodig? In het boek The Big Con wordt de schadelijke invloed van adviesbureaus duidelijk, merkt Van der Wal op. ‘Het is goed om daarover na te denken, want het lukt niet om die adviseringsuitgaven onder controle te krijgen. Je moet soms expertise inkopen, maar het is gek dat je ook steeds naar je favoriete adviseurs loopt wanneer dat minder nodig is. Dat verflauwt scherpe adviezen en is een vertragingstactiek, terwijl we op grote dossiers nu hard moeten doorpakken. Als dat niet lukt, gaat het aanzien van ons bestuur achteruit. Let wel: het is overal lastig, maar het lukt bijvoorbeeld Scandinavische of Aziatische landen wel. Dit is steeds meer een specifiek Nederlands probleem.’
Wat is een ambtelijke held?
‘Een ambtenaar die vanuit eer en geweten, deskundigheid en rolzuiverheid handelt. Die zijn ambtelijke invloed maximeert en aanwendt om te zorgen dat er goed bestuur ontstaat en we vooruitgang boeken met de grote opgaven van deze tijd. Iemand die minder met carrière bezig is en meer met inhoud. Maar wel vanuit een democratisch mandaat en vanuit het publieke belang – niet alleen het politieke belang. Je bent misschien minder likeable, maar je adviseert rolzuiver vanuit je expertisedomein.’
Herman Tjeenk Willink stelt voor om de Algemene Bestuursdienst maar af te schaffen, want met al dat gerouleer verdwijnt de deskundigheid. Bent u het daarmee eens?
Ik vind het goed dat de ABD er is. De meeste landen hebben zo’n dienst. Vroeger was er meer ambtelijke tegenmacht, maar ook DG’s die twintig jaar bleven zitten. Daar moeten we niet naar terug. Rotatie is op zich goed, maar de balans is doorgeslagen. Topambtenaren zitten er gemiddeld maar vier jaar. In jaar drie kijken ze al verder. Ze zijn te veel bezig met hun eigen imago en kunnen te weinig vakinhoudelijke deskundigheid ontwikkelen of hebben daar te weinig waardering voor.’ Door privatisering, het op afstand zetten van de uitvoering en het binnenhalen van de consultants is bij departementen en gemeenten volgens Van der Wal veel inhoudelijke expertise weggelekt. ‘Bij een onderwerp als landbouw zijn er te weinig topambtenaren die voeling hebben met het veld of netwerken in de industrie. Als je dat optelt bij het steeds kleurlozere, technocratische politiek bestuur, dan zijn dat wel verklaringen voor het verdwijnen van de ambtelijke held.’
Daarnaast is een grote groep deskundigen met pensioen gegaan en niet opgevolgd.
‘Er zijn steeds meer sociale wetenschappers werkzaam bij de overheid, maar weinig vakinhoudelijke mensen. En heel veel voorlichters. Is dat het juiste zwaartepunt? Ik wil niks afdoen aan de jonge ambtenaar, want daar moeten we het ook deels van hebben, maar kijk kritisch naar achtergronden. Je kunt je afvragen of er genoeg out-of-the-box en streetwise ambtenaren worden aangenomen. Abigail Norville, plaatsvervangend secretaris-generaal op het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport merkte dat in traineeprogramma’s bijna geen mensen uit minder geprivilegieerde milieus zitten. We moeten goed kijken naar wie we aannemen. Er zijn er best een aantal voor nodig om een deuk in pakje boter te slaan.’
Ambtenaren moeten niet te politiek opereren, maar politici ook niet te ambtelijk, schrijft u. Is dat niet een dunne lijn?
‘Politiek-bestuurlijke sensitiviteit staat in vacatures vaak op één. Je moet politiek snappen, handig kunnen opereren. Maar als je te sensitief bent, dan stel je niet te spannende dingen voor en houd je na kritiek snel weer je mond. Ambtenaren hebben een andere rol dan politici. Politici zouden zich minder moeten bezighouden met hoe hun departementen worden gerund of hoe adviesstromen lopen. Geef een beetje vertrouwen en credit aan de klassieke rolverdeling. Het mag schuren, maar vanuit rolzuiverheid. Blijf uit elkaars vaarwater.’
We hebben ook politieke helden nodig, schrijf je. Wat is een politieke held?
‘Een politieke held heeft een duidelijke, idealistische visie op de opgaven van deze tijd. In het Nederlandse systeem waar we bewegen in coalitieverbanden met compromissen, moet hij of zij inhoudelijk de rug recht houden. Niet bij iedere kritische opmerking in de Kamer zeggen: u hebt gelijk. Of: we nemen alles mee. Bewindspersonen zadelen het ambtenarenapparaat op met oneigenlijke werkdruk: eindeloze Kamervragen of politieke compromissen die juridisch dubieus zijn. Zeg eens niet direct alles toe. Een politiek-bestuurlijke held is ook moedig genoeg om nee-schudders om zich heen te verzamelen. Vanuit rolzuiverheid kunnen beiden zo het maximale uit hun rol halen.’
Besturen is ook hard doorpakken. Anders kom je niet verder
Wat gebeurt er als die helden niet terugkomen?
‘Dan hebben we een probleem. Publieke organisaties kunnen niet in letterlijke zin failliet gaan, maar wel in termen van legitimiteit en gezag. Ik maak mij wel zorgen over de bestuurbaarheid en het aanzien van Nederland en of we bijvoorbeeld klimaatdoelen wel gaan halen. Je komt juridisch in de knel en als je internationale afspraken niet nakomt, word je daarop aangekeken. Als ik mijn ervaring in Azië erbij pak: besturen is ook hard doorpakken. Anders kom je niet verder. Er moet een kentering komen: ambtenaren moeten stevig inhoudelijk advies durven geven, en wij burgers moeten niet steeds gecompenseerd willen worden en bang zijn voor verandering. Anders worden we een land van stilstand. Je moet ook maatschappelijke verwendheid tegenspreken. Een beetje lef hebben. Politiek en burgers spelen daarin een grote rol, maar de rol van ambtenaren wordt onderschat. Die zijn grotendeels onzichtbaar. Daarom schreef ik dit essay.’
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.