Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Burgemeesters verschieten van politieke kleur

Niet langer is de politieke kleur bepalend voor de benoeming van de nieuwe burgemeester. Gemeenten gaan meer op zoek naar de beste kandidaat. Het aantal vrouwelijke burgemeesters stijgt echter nauwelijks.

09 mei 2008

Sinds de raadsverkiezingen is in 62 van de 94 gemeenten waar een nieuwe burgemeester is benoemd, de politieke kleur van de burgemeester veranderd. Deventer, Wassenaar en Den Haag zijn de meest spraakmakende voorbeelden. Deventer, het 'Moskou aan de IJssel', hád altijd een PvdA-burgemeester. Regeringsstad Den Haag wás altijd voor het CDA en niemand wist beter dan dat het liberale Wassenaar een burgemeester van VVD-huize had. Sinds de laatste raadsverkiezingen van 2006 is de kleur van de burgemeester in deze traditionele PvdA-, CDA- en VVD-gemeente verschoten. Deventer werd Christenunie, Den Haag werd VVD en Wassenaar kreeg een D66-burgemeester.

 

Deze drie gemeenten vormen geen uitzondering, zo blijkt uit het onderzoek van Binnenlands Bestuur naar de burgemeestersbenoemingen sinds 2006. In tweederde van de gemeenten met een nieuwe burgemeester (62 op 94 gemeenten) is sinds de raadsverkiezingen de politieke kleur veranderd. In slechts 32 gemeenten bleef de nieuwe burgemeester van dezelfde politieke kleur: CDA (veertien keer), VVD (tien keer), PvdA (zes keer) en Christenunie (twee keer).

 

PvdA-Kamerlid Pierre Heijnen: 'Het is meer een competitie geworden. Men gaat voor de beste kandidaat en minder om in de traditie van de gemeente altijd per se een burgemeester van dezelfde politieke kleur te hebben.' CDA-Kamerlid Jan Schinkelshoek: 'De vanzelfsprekendheid waarmee vroeger de partijpolitieke kleur de doorslag gaf bij de benoeming van een burgemeester is weg. Die gewoonte is verdampt ten gunste van de persoonlijke klik tussen de vertrouwenscommissie en de kandidaat.'

 

De verklaring voor deze breuk met de traditie zit volgens Schinkelshoek in het in 2001 ingevoerde aanbevelingsrecht voor de gemeenteraad. 'Het feitelijke benoemingsrecht is daarmee gedelegeerd naar de vertrouwenscommissie van de gemeenteraad. De vertrouwenscommissie en de gemeenteraad beslissen wie er burgemeester wordt.'

 

Vrouwen

 

De beslissende stem bij de burgemeestersbenoeming voor de gemeenteraad heeft gevolgen voor de wens van het kabinet om meer vrouwelijke en allochtone burgemeesters te benoemen. De toen net aangetreden minister van Binnenlandse Zaken Ter Horst riep een jaar geleden op dat er meer vrouwen tot burgemeester benoemd moeten worden. Zo niet, dan zou zij met maatregelen komen. Uit het onderzoek van Binnenlands Bestuur blijkt dat het aantal vrouwelijke burgemeesters nauwelijks is gestegen. Het zit nog altijd net boven de twintig procent van het totaal aantal benoemingen.

 

Sinds de raadsverkiezingen zijn er 107 nieuwe burgemeesters benoemd, waaronder 25 vrouwen (23,4 procent). In de laatste twaalf maanden, de periode dus waar de Kroonbenoemingen van de burgemeester op het conto van Ter Horst staan, bleef het aantal vrouwelijke burgemeesters daar zelfs iets bij achter: van de 58 nieuw benoemde burgemeesters in de laatste twaalf maanden waren er dertien vrouwen (22,4 procent). Dat cijfer werd vlak voor Koninginnedag nog positief beïnvloed door de benoeming Yvonne van Mastrigt (PvdA, Hoogezand) en Inez Pijnenburg (VVD, Heerde).

 

Heijnen: 'Het aantal vrouwelijke burgemeesters moet echt omhoog. Als we over een jaar nog niet hoger zitten, hebben we nog anderhalf jaar in deze kabinetsperiode om daar iets aan te doen. Ik overweeg serieus om dan het recht van aanbeveling te wijzigen zodat er altijd minimaal één vrouw op de voordacht van de raad staat. Als onze fractie de top van het bedrijfsleven wil voorschrijven dat er een wettelijk minimum aantal vrouwelijke bestuurders moet zijn, moeten we dat in het openbaar bestuur zelf ook regelen. Ik geef toe dat het haaks staat op het recht van gemeenten om dat zelf uit te maken, maar met een meervoudige voordracht waarop altijd een vrouw staat kun je ervoor zorgen dat de raad wel expliciet kan kiezen.'

 

Het CDA scoort, zo blijkt uit het onderzoek van Binnenlands Bestuur, het beste met het aantal nieuwe, vrouwelijke burgemeesters. Van de 25 nieuw benoemde vrouwelijke burgemeesters op een totaal van 107 benoemingen sinds de raadsverkiezingen van 2006 zijn er elf van het CDA. De andere bestuurderspartijen, PvdA en VVD, blijven steken op vijf nieuwe, vrouwelijke burgemeesters. Ook in verhouding tot het aantal benoemde mannelijke burgemeesters komt het CDA het beste uit de bus. Het CDA haalt met elf vrouwen op 37 benoemingen een percentage van 29,7 procent. De PvdA komt met vijf vrouwen op 21 nieuwe burgemeestersposten niet verder dan 23,8 procent. De VVD blijft met vijf vrouwen op 29 binnengehaalde burgemeestersposten op 17,2 procent.

 

CDA-Kamerlid Jan Schinkelshoek verklaart de positieve vrouwelijke score voor zijn partij door de actie van de laatste jaren voor meer vrouwelijke CDA-burgemeesters. 'De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat wij een achterstand hadden in het aantal vrouwelijke burgemeesters. Het landelijke gemiddelde was één vrouwelijke burgemeester op vijf mannelijke; bij het CDA was dat 1 op 7. Onder mijn voorgangster Liesbeth Spies zijn we al begonnen om bij de rekrutering van kandidaten nadrukkelijk te letten op het aantal vrouwen. Wij zijn verheugd over deze uitkomst. Dat wij ook verhoudingsgewijs het beste scoren maakt onze prestatie nog groter.'

 

Blanke mannen

 

Meer vrouwen op het burgemeesterspluche krijgen, gaat niet vanzelf, heeft Schinkelshoek gemerkt. 'Mijn ervaring is dat de vertrouwenscommissie overwegend bestaat uit blanke mannen van boven de veertig, met een ruime bestuurlijke ervaring. Zij kiezen vaak mensen van hun eigen soort, oud-wethouders. Er is sprake van een zekere reproductie.' Desondanks wil Schinkelshoek niet tornen aan het aanbevelingsrecht van de raad, zelfs niet om het aantal vrouwelijke burgemeesters te verhogen.

 

'Terugnemen kan niet, daarvoor is dit recht te ver voortgeschreden. We hebben het in het regeerakkoord ook afgezegeld. Dit recht blijft een moeizame barrière voor politieke partijen, de minister en de commissaris van de koningin, maar het betekent ook dat politieke partijen geraffineerdere wegen moeten bewandelen en meer moeten investeren om goede, en dus ook vrouwelijke, kandidaten voor te dragen.' Heijnen: 'Sommigen twijfelen er nog aan, maar het is echt aan de gemeenteraden om uit te maken wie burgemeester wordt. Wij moeten zorgen voor goede kandidaten.'

 

Schikken naar de mores van de stad 

 

Deventer en Wassenaar verschoten afgelopen jaar van kleur. De typische PvdA-gemeente Deventer kreeg een burgemeester van de ChristenUnie. D66'er Jan Hoekema werd burgemeester in VVD-gemeente Wassenaar. 'Wij hadden vanaf 1957 al een burgemeester van de PvdA in Deventer', zegt Matthijs Nijboer, fractievoorzitter van de PvdA in Deventer. Nijboer werd vorig jaar fractievoorzitter na het opstappen van Jos Pierey. Deze sneuvelde omdat er geen PvdA'er werd gevonden als opvolger voor de vertrekkende sociaaldemocratische burgemeester James van Lith de Jeude. Er waren 35 sollicitanten onder wie zeventien PvdA-kandidaten, maar de raad gaf uiteindelijk de voorkeur aan de enige sollicitant van de ChristenUnie: Andries Heidema, burgemeester in Nederbetuwe. De PvdA Deventer vond dat 'schokkend'. 'Maar wij hebben afgesproken dat we die zaak laten rusten', zegt Nijboer.

 

De reacties, ook en met name uit de Deventer bevolking, op de voordracht van Heidema waren niet mals. De ChristenUnie-burgemeester zou de zondagsrust uiteraard in acht nemen, hij werd verdacht van mogelijk christelijk fundamentalisme en betwijfeld moest worden of Heidema zich zou schikken naar de mores van de Overijsselse stad die al vijftig jaar een PvdA-burgemeester gewend was. Nijboer: 'Het is hartstikke leuk als je een burgemeester hebt die van jouw politieke kleur is en die bij de 1-meiviering aanwezig is. In die zin heeft het een symbolische waarde naar de eigen leden toe.' Heidema kan echter weinig verweten worden door de sociaaldemocraten. Nijboer: 'Het gaat goed. De burgemeester heeft zich aardig geschikt naar de mores van de stad. Afgelopen vrijdag was hij nog aanwezig bij een debat met het COC. Ook op zondagen is hij actief. We merken er niets van dat hij van de ChristenUnie is. Hij is écht een verbinder.'

 

Verdeeldheid

 

In het VVD-bolwerk Wassenaar werd oud-D66-Kamerlid Jan Hoekema voorgedragen en benoemd tot burgemeester. Een verrassing voor de buitenstaanders, die Wassenaar kennen als een dorp waar de VVD bijna de absolute macht heeft in de raad. De verklaring dat er deze keer geen VVD'er (er waren dertien VVD-kandidaten op een totaal van zeventien sollicitanten) werd voorgedragen, vindt zijn oorzaak vermoedelijk in de verdeeldheid tussen de Wassenaarse liberalen.

 

Behalve de VVD is er de even grote liberale fractie Wat Wassenaar Wil (WWW). Hoekema: 'Ik denk dat de nieuwe verhoudingen wel hebben meegespeeld. Maar ik heb gesolliciteerd, was een serieuze kandidaat van een andere kleur en ben op kwaliteit benoemd.' Hoekema is er zich wel van bewust dat hij als D66'er in een VVD-gemeente terecht gekomen is. 'Het leidt tot voorzichtigheid. Ik sta elke dag voor de spiegel en prent mij in dat ik neutraal moet zijn en geen partijpoliticus ben. Ik probeer mij niet als D66'er te afficheren. Ik ben bij de ledenvergadering van D66 geweest, maar ook die van de VVD en WWW. Ik probeer er heel zorgvuldig in te zijn dat men mij niet ziet als die D66'er.'

 

In de politieke arena van de Wassenaarse gemeenteraad ziet Hoekema zijn D66-kleur als een voordeel. Er is veel oud zeer tussen beide liberale kampen van VVD en WWW en dat is eind vorige maand weer tot uitbarsting gekomen toen een raadsmeerderheid inclusief WWW oordeelde dat VVDfractievoorzitter Ooms ongeschikt was om plaatsvervangend raadsvoorzitter te zijn. De VVD-fractie verliet daarop de raadszaal. 'De VVD-fractie heeft mij expliciet gevraagd: burgemeester doe er wat aan. Burgers vragen dat ook. Ik moet dus een brug bouwen tussen de coalitie en de VVD. Ik denk dat het een voordeel is dat ik niet de kleur van de kemphanen heb. Ik hoop dat mijn verleden en kwaliteiten als diplomaat mij hierbij ook kunnen helpen', aldus de oud-topambtenaar van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

 

Onder de burgers van Wassenaar heeft Hoekema weinig kritiek gehoord over het feit dat hij in ruim 35 jaar de eerste niet-VVD-burgemeester is. 'De burgers kijken vooral of de burgemeester aardig is, of hij naar het voetballen of de bejaarden komt en of hij zich namen van mensen weet te herinneren. Mijn oordeel is dat de politieke kleur achteraan komt. In de supermarkt, en dat vond ik wel leuk, sprak een mevrouw mij een tijdje terug aan en die zei: "U doet mij denken aan burgemeester Geertsema [van 1961 tot 1971 burgemeester in Wassenaar, gecombineerd met het VVD-fractievoorzitterschap in de Tweede Kamer - red.]." Die had een soort bonhomie. Als mensen dat zo vinden, vind ik dat goed.'

 

Vijf keer zonder vrouwelijke kandidaat

 

In vijf gemeenten die sinds de raadsverkiezingen van 2006 naar een nieuwe burgemeester zochten, was er niet eens één vrouwelijke sollicitant. Dat waren Assen, Ede, Nijkerk, Valkenburg en Veldhoven. Opvallend is dat deze procedures zijn gevoerd in het afgelopen jaar (uitgezonderd Nijkerk) na de oproep van minister van Binnenlandse Zaken Ter Horst om meer vrouwen te benoemen. Slechts in een gemeente waren er evenveel vrouwelijke sollicitanten als mannelijke sollicitanten: Onderbanken in Zuid-Limburg. Mirjam Clermonts (VVD) won daar het pleit. Het aantal vrouwelijke sollicitanten blijft, zo blijkt uit het onderzoek van Binnenlands Bestuur naar de burgemeestersbenoemingen, gemiddeld fors achter bij het aantal mannelijke geïnteresseerden voor een burgemeesterspost.

 

Sinds de raadsverkiezingen waren er 1835 kandidaten, 82,2 procent van hen was man en 17,8 procent vrouwelijke sollicitanten. In het afgelopen jaar is het aantal vrouwelijke sollicitanten gestegen en bedroeg dat 18,2 procent. Twee gemeenten, Ommen en Bergeijk, scoorden met 38 kandidaten de meeste sollicitanten. Het Overijsselse VVD-Statenlid en fractievoorzitter Gerrit-Jan Kok werd in Ommen uitverkoren als de nieuwe burgemeester en daarmee de eerste VVD-burgemeester in de traditionele CDA-gemeente Ommen. Bergeijk koos na het vertrek van PvdA'er Arno Verhoeven uit 38 sollicitanten de Boekelse CDA-burgemeester Driek van de Vondervoort. Het door herindeling uitgebreide Roermond had de minste sollicitanten: twee. Daar was dan ook bekend dat de zittende burgemeester Van Beers (CDA) wilde doorgaan.

 

De PvdA is er nog niet in geslaagd de winst- en verliesrekening om te buigen. De partij is 25 burgemeestersposten kwijtgeraakt en won er dertien, een negatief saldo van twaalf. Van de verloren gegane 25 burgemeestersposten ging het grootste deel (tien) naar het CDA. Het pijnlijkste verlies was Deventer dat naar de ChristenUnie ging. De PvdA won dertien posten terug, waarvan acht ten koste van de VVD en vier van het CDA.

 

Verantwoording

 

Het onderzoek naar de burgemeestersbenoemingen is uitgevoerd in opdracht van Binnenlands Bestuur door onderzoeksbureau Peter Faber/UZ3 Onderzoek. Het onderzoek omvat alle burgemeestersbenoemingen sinds de raadsverkiezingen van 6 maart 2006 en is afgesloten op 6 mei 2008. Een gelijksoortig onderzoek is een jaar geleden ook gehouden door Binnenlands Bestuur (zie Binnenlands Bestuur nr. 22, 1 juni 2007).

 

CDA heerst in kleine gemeenten
Benoemingen naar groootte van gemeente:

 

Inwoners CDA VVD PvdA D66 CU GL Gembel SGP Geen
<20.000 19 9 5 2 2 1 1 1 1
20-50.000 14 15 9 4 2 2 1 1
50-100.000 3 3 4 1
>100.000 1 2 3 1


Nog geen kwart is vrouw
De 107 nieuwbenoemde burgemeesters:
Aantal Procent
Mannen 82 76,6
Vrouwen

29

 

23,4


107 nieuwe burgemeesters
Benoemingen naar partij
CDA VVD PvdA D66 CU GL Gembel SGP Geen
37 29 21 7 5 3 2 2 1

Cijfers 6 maart 2006 tot 6 mei 2008

 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

piet brontsema / org adviseur
eindelijk worden we volwassen
Advertentie