Advertentie

‘Wie afwijkt van de normpoliticus, ontvangt veel haat’

Politiek zichtbare LHBTI’ers krijgen te maken met agressie of worden gereduceerd tot hun LHBTI-zijn. Toch is Anne Louise Schotel hoopvol.

23 oktober 2023
Anne Louise Schotel
Anne Louise Schotel

Het Nederlandse poldermodel werkt averechts als het gaat om LHBTI-rechten, zegt Anne Louise Schotel. Traditioneel conservatieve landen als Duitsland streven Nederland, oorspronkelijk een voortrekkersland, inmiddels voorbij. Schotel, die onlangs aan de Universiteit van Amsterdam promoveerde op haar proefschrift Visible and vulnerable, pleit voor betere politieke vertegenwoordiging van LHBTI’ers. Daarbij kan de lokale overheid een belangrijke rol spelen.

Missie

‘Het persoonlijke is politiek’, is een bekende leus in de feministische politiek. Dat geldt ook voor LHBTI’ers, vindt Schotel. Het is haar ‘missie’ om dat te laten zien. ‘Hoe kunnen gemarginaliseerde mensen hun stem laten horen, dat vind ik interessant’. Die missie begint al op de voorkant van haar proefschrift: ‘Daar zie je iemand in een blauw pak.  Dat is wat ik me voorstel als een “normpoliticus”, een man in zo'n typisch felblauw pak. Daar voeg ik een regenboogstropdas aan toe’.

Raadsadviseur

Gemeente Dijk en Waard
Raadsadviseur

Adviseur Bestuur, Organisatie en Bedrijfsvoering

JS Consultancy in opdracht van KokxDeVoogd
Adviseur Bestuur, Organisatie en Bedrijfsvoering

‘Seksualiteit en genderidentiteit worden historisch gezien als privé of medisch, en dus niet als politiek beschouwd’

Volgens Schotel worden LHBTI’ers vergeleken met andere groepen vaak over het hoofd gezien als het gaat om vertegenwoordiging. ‘Seksualiteit en genderidentiteit worden historisch gezien als privé of medisch, en dus niet als politiek beschouwd’. Al waakt zij er wel voor om in de oppression olympics, een soort wedstrijd wie het meest achtergesteld wordt, te belanden.

Onzichtbaar

Schotel merkt dat sinds zij haar onderzoek begon, er meer wetenschappelijke aandacht is gekomen voor LHBTI-vertegenwoordiging. Terecht, vindt zij. ‘De kennis die we hebben over de politieke vertegenwoordiging van vrouwen en minderheden op internationaal, nationaal en lokaal niveau, is niet per se direct toepasbaar op LHBTI’ers.’ Waar vrouw zijn of lid zijn van een etnische minderheid vaak direct zichtbaar is, geldt dat voor LHBTI-zijn lang niet altijd. Daarnaast, benadrukt Schotel, hebben LHBTI'ers ‘een specifieke geschiedenis van criminalisering, pathologisering en stigmatisering’, die eigen aandacht vereist.

Dat gebrek aan zichtbaarheid maakt LHBTI’ers een complexe groep om te onderzoeken. Schotel: ‘Het kan heel erg lonen om onzichtbaar te zijn. Je hebt misschien helemaal geen zin om mensen te vertellen wat je seksuele oriëntatie of identiteit is, of je hebt die keuze überhaupt niet’. Tegelijkertijd, zegt Schotel, is het vaak noodzakelijk om dit wel te doen. ‘Als je beschermd wil worden, als je wil dat er rekening met je gehouden wordt, moet je eerst zichtbaar zijn. Heel vaak vereist dat een soort coming out’.

Negativiteit

Een belangrijke uitkomst van Schotels onderzoek, is dat zichtbaarheid voor LHBTI-politici niet alleen maar positieve gevolgen heeft. Ze voelen zich soms moreel verplicht om op te komen voor LHBTI-rechten, maar lopen het risico om door media en publiek te worden gereduceerd tot hun seksuele oriëntatie of identiteit.

LHBTI-politici krijgen daarnaast vaak heftige negatieve reacties op sociale media. Daardoor spreken zij zich minder snel uit of stoppen zij zelfs met sociale media. Tweede Kamerlid Lisa van Ginneken verliet Twitter eind vorig jaar. Ze noemde het ‘een plek van haat’, met name vanwege haar transgender-zijn. Ook wie over LHBTI’ers schrijft, krijgt soms met haat te maken. Op een artikel dat voor Schotels promotie verscheen, kreeg zij veel agressieve reacties.

Voorloper

Nederland heeft lange tijd de reputatie van voorloper gehad op het gebied van LHBTI-rechten. Maar dat is inmiddels niet meer terecht, ontdekte Schotel. In haar onderzoek vergelijkt ze Nederland met Duitsland. Hoewel Duitsland doorgaans als veel conservatiever dan Nederland bekendstaat, ontwikkelt het land zich de laatste tijd veel sneller op het gebied van LHBTI-rechten. Zo werd in Duitsland in korte tijd een wet ingevoerd die het mogelijk maakt om in plaats van ‘m’ of ‘v’, een ‘x’ als geslacht in het paspoort te plaatsen.

In Nederland oordeelde de rechter vorige week dat het aan de politiek is om hierin een keuze te maken. De Transgenderwet, die dit moet regelen, is na de val van het kabinet controversieel verklaard.

Polderen

Volgens Schotel zijn deze verschillen deels te verklaren door de aanpak in beide landen. Duitse LHBTI-activisten en politici zijn fel. Zij presenteren LHBTI-rechten als mensenrechten: wie geen ‘x’ in het paspoort toestaat, schendt fundamentele rechten. En dat, zegt Schotel, raakt aan het pijnlijke verleden van Duitsland. Daardoor zijn zelfs conservatievere partijen eerder geneigd om in te stemmen met verruiming van LHBTI-rechten.

In Nederland wordt veel meer gepolderd. ‘Zowel activisten als politici zeggen: “het hoeft allemaal niet zo politiek. Er zijn een aantal ongelijke rechten, dat moeten we rechttrekken, maar we hoeven er geen ideologie bij te halen. We zullen het gewoon even samen oplossen”’. Deze poldermentaliteit blijkt in de praktijk soms minder efficiënt dan de Duitse morele strijdbaarheid. Welke aanpak het beste werkt, hangt af van de achtergrond van een land en het politieke klimaat.

Maatschappelijke verwachtingen worden vaak pas zichtbaar als iemand ‘ertegen aanbotst’

Lokale overheid

Schotel ziet een belangrijke rol voor de lokale overheid bij het aanmoedigen en normaliseren van deelname van LHBTI’ers aan het politieke proces. Volgens haar is het belangrijk om je bewust te zijn van machtsstructuren, van de manier waarop maatschappelijke verwachtingen over man zijn of vrouw zijn, of over het krijgen van kinderen ons leven beïnvloeden. Die verwachtingen worden vaak pas zichtbaar als iemand ‘ertegen aanbotst’. Bijvoorbeeld wanneer LHBTI-personen willen deelnemen aan de politiek.

Naar die verwachtingen en drempels moet je als bestuurder of volksvertegenwoordiger op zoek gaan, ook als je niet LHBTI bent. Reflecteer op je denkbeelden over mannelijkheid of vrouwelijkheid, zegt Schotel. Soms is het überhaupt niet belangrijk om te benoemen wat iemands gender is. Zo kreeg het Noord-Hollandse Statenlid Ines Kostić (PvdD) bij haar benoeming in een formulier de vraag of zij als ‘meneer’ of ‘mevrouw’ wilde worden aangesproken. Kostić, die non-binair is, gaf aan te willen worden aangesproken als ‘Statenlid’. Andere volksvertegenwoordigers volgden haar voorbeeld, en de formulieren van de provincie werden aangepast.

Schotel ziet juist op lokaal niveau positieve ontwikkelingen. Zo nodigen sommige gemeenten LHBTI-inwoners uit op informatieavonden. Daaruit ontstaan vervolgens ‘clubjes’, die zich binnen de gemeente gaan bezighouden met zichtbaarheid voor LHBTI’ers. Ook vergoeden steeds meer gemeenten de kosten die transgender personen moeten maken in verband met de wijziging van hun geslacht in de BRP, zegt Schotel. Een voorstel om dit landelijk mogelijk te maken, ligt zeer gevoelig in de Tweede Kamer.

Verkiezingen

Bij de aankomende verkiezingen lijkt de positie van LHBTI’ers tot nu toe geen thema. Er staan wel LHBTI’ers op de lijsten, bijvoorbeeld Ines Kostić (nr. 2). Maar vaak staan LHBTI’ers laag op de lijst, of ze zwijgen over hun seksuele oriëntatie of identiteit, soms uit angst voor hun veiligheid. Schotel: ‘Mensen die afwijken van de normpoliticus, dat is een witte, hoogopgeleide, middenklasse tot hoge klasse cisgender man, ontvangen disproportioneel veel haat als ze zichtbaar zijn in de politiek’.

Met name bij links-progressieve partijen staan LHBTI’ers op de lijst. Volgens Schotel is het een goede zaak als ook bij rechts-conservatieve partijen LHBTI’ers beter vertegenwoordigd worden. ‘Tegelijkertijd hebben we een premierskandidaat die zegt dat “wokisme” een grote bedreiging is voor Nederland (Dilan Yeşilgöz, VVD, red.). Dus je kunt je afvragen in hoeverre LHBTI-stemmers echt hun hart kunnen ophalen bij die partij’.

Toch is Schotel optimistisch over de politieke toekomst van LBHTI-rechten. ‘Ik heb gekeken naar de partijprogramma’s van de afgelopen twintig jaar. Daarin waren LHBTI’ers eerst volkomen onzichtbaar, nu besteden alle partijen aandacht aan het thema’. Dat meerdere partijen inmiddels een ‘intersectionele blik’ hebben op LHBTI’ers, waarbij aandacht is voor specifieke onderwerpen als transitieverlof of LHBTI in de asielopvang, stemt haar ‘hoopvol’.

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

P. Smit
Per saldo zijn er alleen jongetjes en meisjes. Persoonlijk ben ik wel klaar met al die mensen die hun problemen met hun seksualiteit voortdurend onder mijn neus menen moeten te wrijven. Ik val hen ook niet lastig met de mijne.
Hielco Wiersma
Politieke invloed en vertegenwoordiging dient primair uit de eigen groep/beweging te komen. De politiek behoort/kan in hun programma's op een moderne/eigentijdse wijze in (te) spelen op de meest recente ontwikkelingen. Eventueel noodzakelijke wetgeving dient zo spoedig mogelijk te worden afgestemd.
Bert Bakker
Ik heb hoogstwaarschijnlijk ook helemaal geen behoefte om van je te horen wat je voorkeur is. Hou je onzin voor jezelf.
Dik Boogerd
In het artikel staat: "Daarnaast, benadrukt Schotel, hebben LHBTI'ers ‘een specifieke geschiedenis van criminalisering, pathologisering en stigmatisering’ ".
Uit reacties onder dit artikel wordt dat helaas wederom bevestigd.
Advertentie