Van Ooijen worstelt met gesloten jeugdzorg
De staatssecretaris overweegt wetswijziging om vrijheidsbeperkende maatregelen ook mogelijk te maken in kleinschalige voorzieningen.
Staatssecretaris Van Ooijen (VWS, ChristenUnie) streeft ernaar dat in 2030 geen enkele jongere nog ‘gesloten’ in de jeugdzorg zit. Tegelijkertijd onderzoekt hij mogelijkheden om ook in de nieuwe kleinschalige voorzieningen vrijheidsbeperkende maatregelen te kunnen nemen.
Nul
In een persbericht laat het ministerie van VWS vrijdag weten dat het kabinet ‘de beweging in gang wil zetten naar nul gesloten plaatsingen in 2030’. De huidige grootschalige locaties voor gesloten jeugdzorg worden vervangen door kleinschalige plekken die ‘midden in de samenleving’ liggen.
Loverboy
`Deze drastische hervormingen zijn nodig om de beste, liefdevolle en menswaardige zorg voor jeugdigen te kunnen bieden’, aldus Van Ooijen die ook aangeeft dat hij worstelt met de verandering van gesloten naar open jeugdzorg voor jongeren met zeer complexe problemen. ‘Er is ook wel sprake van een dilemma. In sommige gevallen zijn vrijheidsbeperkende maatregelen nodig. Voorbeelden zijn ernstig agressief gedrag of wegloopgedrag bij loverboyproblematiek’.’
Wetswijziging
In het persbericht houdt de staatssecretaris dan ook flink wat slagen om de arm. Zo wil hij in 2030 ‘zo dicht mogelijk’ bij het doel zijn van ‘nul plaatsingen’. Opvallend is dat hij tegelijkertijd onderzoekt of vrijheidsbeperkende maatregelen óók mogelijk zijn in de nieuwe kleinschalige, open opvangplekken - indien nodig met een wetswijziging.
Pooier
Hiermee wil hij voorkomen dat een jongeren toch weer naar volkomen gesloten instelling moet, zo laat hij vrijdag weten in de Volkskrant. ‘Als een jongere met wie het goed gaat bijvoorbeeld toch weer in contact komt met een fout type als een pooier, zou je dat contact willen voorkomen. Zo wordt de scheidslijn tussen open en gesloten minder streng.’
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.