Van Ooijen (VWS) trekt wetsvoorstel resultaatgericht beschikken in
Gemeenten vragen zich af of en hoe zij hun beleid moeten aanpassen. Vanwege inkoop- of aanbestedingsprocedures ervaren zij tijdsdruk.
Demissionair staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) heeft besloten het wetsvoorstel resultaatgericht beschikken niet in te dienen. Dat schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. Gemeenten die op deze manier indiceren zullen hun beleid moeten aanpassen.
Bij resultaatgericht beschikken noemen gemeenten in hun Wmo-toekenning niet hoeveel uren hulp een inwoner krijgt, maar uitsluitend welk resultaat een zorgaanbieder moet bereiken. Bij huishoudelijke hulp hoort een cliënt dus niet hoeveel uren hulp hij of zij krijgt toegewezen, maar alleen het resultaat: ‘een schoon en leefbaar huis’. Ongeveer 30 procent van de gemeenten gebruikt deze werkwijze (2023).
Bezuinigingen
Er is echter veel kritiek op deze manier van indiceren. Zo zijn de resultaatomschrijvingen volgens Ieder(in) vaak ‘vaag en algemeen.’ ‘De werkwijze maakt het mogelijk voor gemeenten en zorgaanbieders om minder zorg en ondersteuning te bieden’, aldus de overkoepelende organisatie voor mensen met een beperking of chronische ziekte. De belangenvereniging ziet dat resultaatgericht beschikken vrijwel overal gepaard gaat met bezuinigingen.
Rechtszekerheid
En nog belangrijker: zonder urenindicatie is de rechtspositie van cliënten onvoldoende gewaarborgd. Inwoners weten niet op hoeveel uur ondersteuning ze kunnen rekenen. Op dit punt krijgen de critici bijval van de Centrale Raad van Beroep (CRvB). De hoogste bestuursrechter in socialezekerheidszaken vindt dat resultaatgericht beschikken alleen mag als de gemeente ook in de beschikking zet hoeveel tijd een zorgaanbieder komt werken. Alleen het noemen van een resultaat is volgens de CRvB niet concreet en geeft de cliënt daarom niet genoeg rechtszekerheid.
Legaliseren
Desondanks wilde het kabinet het mogelijk maken dat gemeenten deze werkwijze in hun verordening kunnen vastleggen. Zeven landelijke cliënten-, patiënten- en ouderen-organisaties keerden zich in 2020 fel tegen dit wetsvoorstel en spraken van het ‘legaliseren’ van resultaatgericht beschikken. In datzelfde jaar bracht de Raad van State een kritisch advies uit.
Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 19. (inlog)
De oplossing is dat de minister een brief met gelijke strekking stuurt naar alle Gemeenten. Maak het in ieder geval niet lastiger/moeilijker dan het al is.