‘Weinig vooruitgang economische en sociale mensenrechten’
In het geval van sommige groepen is de bescherming van hun economische en sociale mensenrechten zelfs achteruitgegaan.
Nederland boekt te weinig vooruitgang op het waarborgen van economische en sociale mensenrechten. Dat schrijft het College voor de Rechten van de Mens in zijn rapportage aan het VN-comité, dat toeziet op de naleving van deze rechten. Het mensenrechteninstituut vraagt onder meer aandacht voor sociale zekerheid, inburgering en fraudebestrijding.
Nederland heeft het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR) ondertekend. In dit verdrag zijn economische en sociale mensenrechten verankerd, zoals het recht op sociale zekerheid.
Complexiteit
Deze rechten zijn echter nog onvoldoende gewaarborgd in Nederland. Het College bekritiseert vooral de complexiteit van het sociale zekerheidsstelsel. Hierdoor weten rechthebbenden niet altijd of ze in aanmerking komen voor toeslagen of voorzieningen. Degenen die het wel weten worden geconfronteerd met ingewikkelde aanvraagprocedures. Vanwege een toenemend wantrouwen jegens de overheid maken sommigen bewust geen gebruik van sociale voorzieningen.
Het demissionaire kabinet erkent deze complexiteit en de noodzaak tot vereenvoudiging. Momenteel worden er enkele stappen gezet om dit te bereiken, zoals de voorgestelde herziening van de Participatiewet. Het College staat positief tegenover deze plannen, maar pleit voor een voortdurende aandacht voor de toereikendheid en toegankelijkheid van het socialezekerheidsstelsel.
Verschillende niveaus
Ook de grote verschillen tussen gemeenten zijn volgens het instituut een probleem. De regering is van plan om in het najaar te reageren op de bevindingen van de Commissie sociaal minimum. In de tussentijd moeten gemeenten maatregelen nemen om het gat tussen uitkeringen en werkelijke kosten te overbruggen. Maar elke gemeente kan zelf bepalen hoe, wat volgens het College leidt tot ‘verschillende niveaus van sociale zekerheid’.
Nieuwkomers
Het College ziet tevens dat de rechten van inburgeringsplichtigen niet altijd worden gerespecteerd. In plaats van het opleggen van boetes kunnen gemeenten de bijstandsuitkering van inburgeraars verlagen. In eerste instantie met 20 procent voor de duur van zes maanden, maar indien het gedrag ‘onvoldoende is verbeterd’, kan er een extra verlaging van nog eens 20 procent voor zes maanden worden opgelegd. Na twaalf maanden kan de bijstand zelfs met 100 procent worden verlaagd. Het mensenrechteninstituut zet vraagtekens bij dit ‘degressieve’ beleid en wil weten hoe de regering dit rechtvaardigt.
Uitkeringsfraude
Om uitkeringsfraude op te sporen maken uitvoerende instanties steeds meer gebruik van geautomatiseerde risicoprofilering. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) concludeerde in 2020 al dat sommige methoden onwettig en discriminerend zijn. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) sommeerde gemeenten om te stoppen met deze methodes.
Toch zijn enkele gemeenten doorgegaan met het gebruik van een risicoprofielmethode. In mei vroeg de AP om opheldering toen bleek dat vijf gemeenten gebruikmaken van de ‘fraudescorekaart’. Dit is een algoritme dat risico’s op fraude door mensen met een bijstandsuitkering in beeld brengt. Het College wil dat uitvoerende instanties zich meer bewust zijn van de (potentiële) discriminerende gevolgen van geautomatiseerde risicoprofilering.
Dakloosheid
Verder is het College bezorgd over de uitvoering van het Nationaal Actieplan Dakloosheid. Met de methode Housing First wil de regering dakloosheid in 2030 volledig uitbannen. Gemeenten hebben hierbij een belangrijke rol. Het mensenrechteninstituut verwelkomt dit nieuwe plan, maar stelt dat een centraal toezicht- en ondersteuningssysteem om actie op lokaal niveau te garanderen nog ontbreekt.
Wet goed verhuurderschap
Hetzelfde geldt voor de aanpak van discriminatie op de huurmarkt. Ondanks dit probleem wijdverbreid is, zijn er bij gemeenten nog veel vragen over hoe zij dit moeten handhaven. Aanvullende begeleiding vanuit de rijksoverheid is daarom noodzakelijk, stelt het instituut.
Spreidingswet
Tot slot vreest het College dat ondermaatse opvang voorlopig zal blijven bestaan. Weliswaar beoogt de Spreidingswet gemeenten te verplichten om asielzoekers onderdak te bieden, maar dit wetsvoorstel bevat geen minimumnormen voor opvangvoorzieningen die in overeenstemming zijn met EU-richtlijnen. Ook heeft het instituut kritiek op het discriminerende beleid van enkele gemeenten. Zo worden op sommige plaatsen alleenstaande mannen en personen uit veilige landen geweerd uit opvangcentra. De regering heeft deze praktijk bekritiseerd, maar niet verboden. Het college roept de overheid op om gelijke toegang tot asielopvang te garanderen voor alle personen, ongeacht sekse, nationaliteit, religie of leeftijd.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.