Nieuwe afspraken over gesloten jeugdhulp
In plaats van 2030, wordt voor de af- en ombouw ‘waar mogelijk’ gestreefd naar 2028.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het rijk en branchevereniging Jeugdzorg Nederland hebben woensdag afspraken gemaakt over de transformatie van de gesloten jeugdhulp. Voor de periode van 2024 tot 2028 is 182 miljoen euro beschikbaar gesteld. Jeugdzorgexpert Peer van der Helm vraagt zich af welk probleem er met dit geld wordt opgelost.
De afspraken richten zich op een snelle afbouw van de gesloten jeugdzorg en de opbouw naar ‘de best passende’ zorg en ondersteuning. De VNG spreekt over een belangrijke stap om de ambitie van nul gesloten plaatsingen waar te maken.
182 miljoen
De afspraken moeten de residentiële jeugdhulp transformeren naar een ‘zo thuis mogelijke’, kleinschalige vorm. Voor de periode van 2024 tot 2028 is 182 miljoen euro beschikbaar gesteld. ‘Dit geld is bedoeld voor de af- en ombouw van de gesloten jeugdhulp met waar dat mogelijk is ruimte voor de opbouw van alternatieven’, is te lezen in het document.
Noodlijdende bedrijven
Het is echter de vraag welk probleem er met dit geld wordt opgelost, zegt psycholoog Peer van der Helm. Hij is lector residentiële jeugdzorg aan de Hogeschool Leiden en bijzonder hoogleraar onderwijs en zorg aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Aanbieders van gesloten jeugdhulp zijn noodlijdende bedrijven. De grootste drie zijn de facto failliet en veel anderen kunnen financieel het hoofd niet boven water houden’, zegt Van der Helm. En daar zit de crux: aan die 45 miljoen euro per jaar is geen visie verbonden, meent de wetenschapper. ‘Het is een geldinjectie voor aanbieders, een doekje voor het bloeden. Maar de werkelijke problemen in de gesloten jeugdzorg los je er niet mee op.’
Onaangename waarheid
Volgens de jeugdzorgexpert laat tien jaar onderzoek naar de gesloten jeugdzorg zien dat niet aantoonbaar is wat wel en niet werkt. ‘Bij ernstige complexe problematiek weten we simpelweg niet goed wat we moeten doen. Dat is een belangrijk wetenschappelijk uitgangspunt, maar veel mensen geven daar geen gehoor aan. Het is blijkbaar een onaangename waarheid’, aldus Van der Helm.
Misstanden
Het idee is dat jongeren, ervaringsdeskundigen en professionals een belangrijke stem in de uitvoering krijgen. ‘Juist hun recente signalen en berichten zijn een bevestiging en aanjager om met extra energie deze transitie ter hand te nemen’, schrijft de VNG. Denk aan het rapport van ervaringsdeskundige Jason Bhugwandass, die onderzoek deed naar de ZIKOS-afdelingen (Zeer Intensieve Kortdurende Observatie en Stabilisatie) in de gesloten jeugdzorg. En de misstanden bij de Friese gesloten jeugdzorginstelling Woodbrookers, die inmiddels dicht is.
Versnelling
Beide gebeurtenissen hebben ervoor gezorgd dat de af- en ombouw wordt versneld, vertelt Van der Helm. In plaats van 2030, wordt ‘waar mogelijk’ gestreefd naar 2028. ‘Wat opvalt’, vervolgt Van der Helm, ‘is dat het gaat om de jongeren, maar dat zij niet aan tafel zitten. En dat is mijns inziens de kern van het probleem: deze afspraken zijn een oplossing voor geldnood in het stelsel, niet om de problemen daadwerkelijk op te lossen.’
Landelijke regie
Daarnaast is afgesproken dat de landelijke regie wordt versterkt. Er komt een nationaal af- en ombouwplan voor de capaciteit van de gesloten jeugdhulp, en een landelijk uitvoeringsprogramma dat gemeenten ondersteunt bij de transformatie. Dat laatste verschijnt op z’n vroegst in het najaar.
Vraagtekens kunnen worden geplaatst bij:
-het niet betrekken van de desbetreffende jongeren zelf (vooral voor sommige jongeren met sterke suicidale neigingen kan tijdelijke opname in een gesloten inrichting juist de helpende hand betekenen ). Hoe wordt daarmee omgegaan?
-lang niet iedere Gemeente beschikt over de noodzakelijke professionaliteit voor de opvang van deze jongeren.
-veel Gemeenten zullen regionaal dan wel provinciaal/landelijk op dit moeilijke beleidsterrein moeten samenwerken met vaak hoge kosten (specialisten) die nauwelijks zijn te overzien.