Van Rijn wil onderzoek naar giga-overschot

Gemeenten hebben heel wat uit te leggen aan staatssecretaris Martin van Rijn (VWS, PvdA). Het overschot van bijna 1,2 miljard over 2015 werpt ‘in ieder geval een totaal ander licht op de signalen van gemeenten die denken dat ze tekort komen op de Wmo en jeugd’, aldus Van Rijn in een reactie. ‘Daarmee voeren we voortaan een ander gesprek.’

Individuele gemeenten

De staatssecretaris wil niet bij voorbaat alle gemeenten over één kam scheren. Samen met gemeenten wil hij snel in het hoe en waarom van de overschotten duiken. ‘Dit overschot roept vragen op. Zijn gemeenten extra voorzichtig geweest in het eerste jaar en hoe pakt het uit voor individuele gemeenten?’

Onduidelijk

Gemeentekoepel VNG benadrukt die lokale verschillen. ‘De ene gemeente houdt geld over, de andere kampt met tekorten’, aldus de VNG in een reactie. De VNG vindt met Van Rijn een nadere analyse wenselijk. De gemeentekoepel tekent daarbij wel aan dat gemeenten ‘terecht’ behoudend hebben begroot. ‘Lange tijd was er onduidelijkheid over het budget en de aantallen cliënten. Gemeenten waren daarom voorzichtig.’

Redelijke prijs

Bij kwalitatief goede zorg voor kinderen hoort een redelijke prijs. Gemeenten die zeggen dit niet te kunnen betalen, hebben nu zeker iets uit te leggen, vindt ook Jeugdzorg Nederland. ‘Gemeenten hebben in 2015 te fors bezuinigd op de jeugdzorg: zowel op de aantallen als op de tarieven voor de verschillende jeugdzorgvormen. In 2016 is er opnieuw bezuinigd op deze tarieven en we horen dat veel gemeenten voor 2017 de tarieven nog verder willen verlagen. Dat brengt de kwaliteit van de jeugdzorg in gevaar, terwijl nu blijkt dat gemeenten geld overhouden dat bedoeld was voor de zorg voor kinderen.’

CBS

Het CBS meldde maandagmiddag dat gemeenten vorig jaar bijna 1,2 miljard euro hebben overgehouden op hun budget voor de Wmo en jeugdzorg. Op werk en inkomen komen ze bijna 400 miljoen euro tekort. Het CBS baseert zich op financiële gegevens die gemeenten over 2015 (verplicht) hebben aangeleverd.