Harde kritiek Ombudsman over schuldhulpverlening
Dat vindt de Nationale Ombudsman die een kritisch rapport schreef over te lange wachttijden, te hoge drempels, te strenge toegangseisen.
De gemeentelijke schuldhulpverlening moet en kan een stuk beter. Dat concludeert de Nationale Ombudsman in een kritisch rapport. Gemeenten zorgen onvoldoende voor steun en begeleiding, er wordt geen maatwerk geleverd en de toegangseisen zijn vaak te streng.
Meer met minder
De Ombudsman erkent dat schuldhulpverlening geen eenvoudige taak is voor gemeenten. Het aantal mensen met problematische schulden groeit de laatste jaren fors en ook de aard van de schulden veranderd. Lag de oorzaak van het hebben van problematische schulden tot voor kort vaak aan het uitgavepatroon van de schuldenaar, nu is het vaak een kwestie van niet kúnnen betalen. En dat maakt het lastiger om tot een oplossing te komen. Ook zijn de budgetten niet gelijk op gegaan met het aantal mensen in de schulden en dus moet er meer gedaan worden met minder geld.
Burgers niet zo zelfredzaam
Maar dat gezegd hebbende, kraakt hij toch behoorlijk wat kritische noten. Zo wordt er bij gemeenten veel uitgegaan van de zelfredzaamheid van burgers terwijl die lang niet altijd zo zelfredzaam zijn. De Nationale ombudsman pleit ervoor burgers die niet (voldoende) zelfredzaam zijn meer en eerder ondersteuning en begeleiding te bieden gedurende het schuldhulpverleningstraject. Dat kan een vrijwilliger zijn, of een case-manager van de gemeente. Gemeenten moeten ook meer proactief zijn en meer inzetten op preventie en vroegsignalering.
Te streng
Gemeenten zijn ook te streng in de selectie wie wel of niet in aanmerking komt voor een schuldhulpverleningstraject. Gemeenten gebruiken het hebben van een eigen huis, bedrijf of een onduidelijke schuldenpositie als reden om geen trajecten aan te bieden. Heeft de burger bijvoorbeeld een fraudeschuld, dan sluiten veel gemeenten de weg naar schuldhulpverlening af, wat indruist tegen het idee dat zoveel mogelijk schuldenaren via het minnelijk traject geholpen moeten worden.
Drempels te hoog
Gemeentelijke schuldhulpverlening moet voor een zo breed mogelijk publiek toegankelijk zijn, aldus de Ombudsman. Burgers met problematische schulden mogen van de overheid verwachten dat de drempels niet zo hoog zijn dat uiteindelijk slechts een klein deel van de aanvragers hulp krijgt. Ook vindt de Ombudsman dat het aangaan van een nieuwe schuld of het niet of niet geheel nakomen van een verplichting niet op voorhand een reden mag zijn om het traject te beëindigen.
Lang wachten
Andere kritische punten van de Ombudsman zijn dat er veelal ‘aanbodgestuurd’ gewerkt wordt en niet ‘ vraaggestuurd’. In de praktijk komt het vaak voor dat de aanvrager die niet voldoet aan de voorwaarden van de minnelijke schuldregeling, geen enkele vorm van schuldhulpverlening krijgt aangeboden. Daarnaast moeten mensen vaak erg lang wachten voordat ze hulp krijgen. Het aanmeldingsgesprek vindt weliswaar binnen de wettelijk gestelde termijn plaats, maar daarna duurt het veel te lang voordat er een beoordeling is, laat staan een hulpverleningstraject gestart wordt.
Maatschappelijke kosten
Voor de gemeenten is het belangrijk zich te realiseren dat mensen met schulden niet alleen zelf een vervelende ervaring hebben, maar dat er ook een reëel risico is dat de schuldenproblematiek niet effectief en duurzaam wordt aangepakt. En als dat het geval is, nemen ook de maatschappelijke kosten toe. Hij hoopt dat staatssecretaris met het rapport in de hand de Wet gemeentelijke schuldhulp zal evalueren en met de gemeenten over deze punten in gesprek zal gaan.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.