Rotterdam zet ‘gebiedsmanagers’ in

Stadsdeelbestuurders en zogeheten gebiedsmanagers met ruime bevoegdheden moeten er voor zorgen dat sociale knelpunten in de Rotterdamse achterstandswijken worden aangepakt.

Halverwege de collegeperiode wil het Rotterdamse stadsbestuur het verbeteren van de leefomgeving in stadswijken, de participatie van burgers en de sociale binding van inwoners met hun omgeving stimuleren met een extra investering van driehonderd miljoen euro.

Het geld mag niet worden besteed aan kortlopende projecten. ‘We willen een gebiedsgerichte meerjarige aanpak die gericht is op een duurzame verbetering van het sociale klimaat’, zegt wethouder welzijn en maatschappelijke opvang Jantine Kriens (PvdA). Het Rotterdamse stadsbestuur neemt hiermee een deel van het advies Een kwestie van optreden van het Sociaal Platform Rotterdam (SPR) ter harte.

Volgens dit advies is er snelle actie nodig: het stadsbestuur moet binnen twee maanden tot harde afspraken komen met zogeheten frontlijnbestuurders van de deelgemeenten en maatschappelijke partners, bewoners en ondernemers om sociale knelpunten aan te pakken. De oproep is door het gemeentebestuur vertaald in de voorwaarde dat er voor het einde van het jaar wijkactieprogramma’s in alle wijken moeten zijn. ‘We willen een integrale aanpak die gericht is op een structurele verbetering van de wijken’, aldus Kriens.

Volgens de wethouder is dat een bewuste keuze waarbij voor lief wordt genomen dat er over twee jaar bij de verkiezingen nog geen aantoonbare resultaten getoond kunnen worden. ‘Het kan riskant zijn, maar dit soort opgaven kun je alleen over een periode van meerdere jaren realiseren. Het kan wel sneller, maar dan kies je voor een korte termijnaanpak met snelle slagen die niet duurzaam is.’

De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de sociale activering van stadswijken ligt bij stadsdeelbestuurders en eigen ambtenaren. De gebiedsmanagers in de deelgemeenten krijgen vergaande bevoegdheden om knelpunten op te lossen. In een aantal Rotterdamse wijken komen deze gebiedsmanagers in de plaats van een vijftal aanjagers van het SPR.

Deze zogeheten sociale stadsmariniers hebben de afgelopen anderhalf jaar geprobeerd in Pendrecht, de Afrikaanderwijk, Schiebroek en Oude Noorden de sociale binding te vergroten. Hun benaming verwijst naar de stadsmariniers die enkele jaren geleden de onveiligheid in Rotterdam op onbureaucratische wijze te lijf gingen.

De sociale mariniers zouden aanvankelijk per 1 juli stoppen maar hebben een verlenging gekregen van zes maanden. Kriens houdt de mogelijkheid open dat ze nog langer doorgaan. ‘Dat hangt af van de stevigheid van de gebiedsmanagers. We gaan geen oude schoenen weggooien voordat we nieuwe hebben.’

Invloedrijk

Uit alle onderzoeken, zoals ook uit het SPRadvies, blijkt dat leefbaarheidsen onveiligheidsproblemen in Rotterdam pas aangepakt kunnen worden als invloedrijke bewoners in de wijk er bovenop zitten en zij voldoende ruggesteun krijgen van het stads- en stadsdeelbestuur.

Volgens het SPR-advies is succes alleen mogelijk als bestuurders en ambtenaren vol enthousiasme ‘het vuur aansteken en zich met hart en ziel in te zetten voor de urgente opgaven in de wijken om zo het vertrouwen van de Rotterdammers te winnen’. Uit de vorige week gepresenteerde sociale index van Rotterdam blijkt dat 25 kwetsbare wijken in de Maasstad flinke onvoldoendes scoren voor leefomgeving, participatie van burgers en sociale binding. Stadsmariniers en gebiedsmanagers

Stadsmariniers en gebiedsmanagers

De stadsmariniers waren de - aanvankelijk succesvolle - nieuwe ambtenaren waarmee het Rotterdamse gemeentebestuur tussen 2002 en 2006 de onveiligheid in de stad te lijf ging. De stadsmariniers kregen vergaande bevoegdheden om problemen van onveiligheid en overlast aan te pakken, dwars door bestaande bureaucratische lijnen heen. Zij rapporteerden rechtstreeks aan het stadsbestuur in het stadhuis aan de Coolsingel.

Het nieuwe, in 2006 aangetreden college (waarin de PvdA de plaats innam van Leefbaar Rotterdam) zette in op sociale activering. Daardoor en met behulp van het Sociaal Platform Rotterdam, dat oud-minister Pieter Winsemius (VVD) als voorzitter heeft, werden een vijftal aanjagers aan het werk gezet om het sociale welzijnswerk in Pendrecht, Afrikaanderwijk, Schiebroek Midden- Zuid en het Oude Noorden een nieuwe impuls te geven. De sociale stadsmarinier onderscheidt zich volgens Johan Geraets, secretaris van het SPR, van de klassieke stadsmarinier door de burgers meer centraal te stellen. ‘De stadsmariniers hadden nogal de neiging om met azijn te werk te gaan. Wij proberen met honing mensen te verleiden actief te worden. Wij zijn ook meer gericht op samenwerking met nieuwe partijen in de wijken, veel meer gericht op samenwerking vanuit het perspectief van de burgers, en we willen komen tot duurzame oplossingen. Wij hebben ook gezien dat de stadsmariniers op een gegeven moment een eigen winkeltje kregen omdat ze er niet meer doorheen kwamen. Ons vertrekpunt is daarom juist dat wij proberen aan te sluiten bij de energie van de mensen in de wijken.’

Het Sociaal Platform ziet de sociale stadsmarinier als een tijdelijke functionaris. Het Rotterdamse gemeentebestuur wil hun werk voortzetten door gebiedsgerichte managers in alle stadsdelen met sociale problemen naar voren te schuiven.