Advertentie
sociaal / Ingezonden

‘Rijke schooldag’ dreigt bij de start al te verarmen

Pogingen om kansengelijkheid te stimuleren zorgen juist voor een scheiding tussen kinderen uit verschillende wijken, constateert Ronald Kox.

19 mei 2022

In het huidige coalitieakkoord is het begrip ‘rijke schooldag’ opgenomen als middel om de kansenongelijkheid onder kinderen en jongeren te bestrijden. Maar deze aanpak leidt eerder tot minder dan meer gelijkheid.

Op dit moment hebben kinderen van ouders met een hogere sociaal emotionele status de kans zich beter en vooral ook breder te ontwikkelen door allerlei vormen van buitenschoolse ondersteuning waarvoor betaald moet worden. Denk daarbij aan huiswerkondersteuning, pedagogische begeleiding, maar ook aan deelnemen aan een musicalopleiding of lid zijn van een sportvereniging. Activiteiten die zich niet alleen richten op schoolonderwerpen (huiswerkbegeleiding), maar juist ook op een bredere sociaal-emotionele ontwikkeling.

Veel van de voorzieningen op dit gebied zijn de afgelopen decennia van het overheidsdomein verschoven naar het particuliere domein. Activiteiten in de vrije tijd die bijdragen aan de brede ontwikkeling van kinderen zijn daardoor steeds minder een collectieve verantwoordelijkheid geworden.

Waarom is het dan een verarming als ook kinderen met risico op onderwijsachterstanden de gelegenheid krijgen via de rijke schooldag meer met sport en cultuur in aanraking te komen?

Wat vaak over het hoofd gezien wordt, is dat kinderen uit gezinnen met een hogere sociaal emotionele status door de betaalde buitenschoolse activiteiten ook een verarmd programma krijgen. Waar vroeger in de muziekvereniging kinderen (en volwassenen) van verschillende achtergronden en vanuit een verschillende financiële situatie op een gelijkwaardige manier met elkaar konden musiceren en elkaar daardoor konden ontmoeten, zien we steeds meer homogene groepen die gescheiden van elkaar hun culturele activiteit beleven. De huidige opzet van de voorlopersregeling zorgt er opnieuw niet voor dat groepen kinderen uit verschillende wijken gemengd worden, maar houdt ze juist uit elkaar.

Investeren in een brede ontwikkeling van kinderen heeft een preventieve werking op problemen als vandalisme en overmatig gebruik van de jeugdzorg.

Gelukkig zijn het nog maar voorlopers, die hopelijk nog hun koers bij kunnen stellen. Dat kan alleen wanneer het beleid op de verschillende overheidsniveaus wordt aangepast. Kinderen hebben het recht op onderwijs en een gezonde ontwikkeling zodat zij als volwassenen op alle aspecten van onze samenleving een waardevolle en constructieve bijdrage kunnen leveren. Dat vraagt om een brede ontwikkeling. In het beleid vraagt dat om het slechten van drempels tussen onderwijs, opvang en buitenschoolse activiteiten. Dat geldt voor zaken als onderwijstijden, veiligheidsvoorschriften en arbeidsomstandigheden. Maar ook om een gezonde en vitale buitenschoolse structuur voor onderwerpen als cultuur en sport.

Landelijke wetgeving voor wat er minimaal op gemeentelijk niveau aan culturele voorzieningen moet zijn, zou daarbij helpen. Maar gemeenten kunnen natuurlijk ook massaal hun verantwoordelijkheid hierin nemen. Want investeren in een gezonde en geïntegreerde brede ontwikkeling van kinderen heeft een preventieve werking op problemen als vandalisme en overmatig gebruik van de jeugdzorg. Dus ga aan de slag met je lokale voorzieningen, en wees een voorloper.

Ronald Kox, Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie