sociaal / Partnerbijdrage

Sociale teams werken

Sociale teams werken. Sociale teams lijken beter te werken dan de oude aanpak van vóór de decentralisaties.

05 december 2016

Sociale teams lijken beter te werken dan de oude aanpak van vóór de decentralisaties. Natuurlijk verloopt niet alles rimpelloos, maar op basis van twee recente onderzoeken in respectievelijk Rotterdam en Giessenlanden mogen we een eerste voorzichtige conclusie wel trekken. Beide onderzoeken zijn gebaseerd op de analyse van praktijkvoorbeelden die zijn ingebracht door sociaal werkers. Er is gekeken of de doelen gerealiseerd zijn en wat het verschil is met de vroegere aanpak, ook financieel. De inzet van sociaal werkers blijkt overwegend tot vergelijkbare en vaak betere resultaten te leiden.

Landelijke conclusies?

Het gaat hier om de uitkomsten van onderzoek in slechts twee gemeenten. Kunnen we op basis daarvan conclusies trekken voor alle wijkteams in alle gemeenten? Nee, want natuurlijk zijn er landelijk veel onderlinge verschillen. Er zijn belangrijke voorwaarden die gemeenten moeten realiseren om het goed te kunnen doen:

  • duidelijke keuze voor sociale teams en geen oude structuren aanhouden,
  • inzet van competente medewerkers met voldoende focus voor hun nieuwe werk,
  • ruimte voor sociaal werkers om domeinoverstijgend te werken en mandaat voor toekenningsbeslissingen,
  • scholing en leren van elkaar,
  • voldoende expertise en tijd (geen al te hoge werkdruk),
  • samenwerkings- en escalatieafspraken.


Werk aan de winkel

Op al deze punten zijn in veel gemeenten nog grote stappen te zetten. Het zou verstandig zijn als gemeenten het geld dat over is en waarover zo veel te doen is herinvesteren in de noodzakelijke vernieuwing en in nog meer ruimte voor maatwerk. Dat betekent ook in capaciteit en expertise. Zodat mensen de hulp krijgen die ze nodig hebben, snel en op maat.

Uitgangspunten sociaal team

In Giessenlanden zijn de uitgangspunten voor het sociaal team als volgt geformuleerd:

  • Optimaliseren nuldelijn en algemene voorzieningen
  • Lichte ondersteuning ter voorkoming zwaardere zorg of ondersteuning
  • Toegang tot ondersteuningsarrangementen
  • Bijdrage leveren aan financiële doelstellingen decentralisaties.
  • Optimaliseren eigen kracht en inzetten sociaal netwerk

Het team krijgt met name de ruimte om te ondernemen, en dat is een heel belangrijke randvoorwaarde voor succes. De gemeente kent een open, informele cultuur met de bijbehorende korte lijntjes met bestuurders en aanbieders. Bovendien zijn de sociaal werkers zelf veelal afkomstig uit de wijk, zodat ze sociale netwerken eenvoudiger weten te vinden en activeren.

De casussen: Verhalen van sociaal werkers

RadarAdvies heeft in Giessenlande gesprekken gevoerd met verschillende sociaal werkers van het team. We vroegen hoe die teamleden in de praktijk de beleidsformuleringen vormgeven. Tegelijkertijd hebben we van de gelegenheid gebruik gemaakt om te informeren of het vóór 2015 anders zou zijn gegaan en of de nieuwe aanpak inderdaad bijdraagt aan de financiële doelstellingen van de decentralisaties. We zullen hier de komende weken enkele verhalen van sociaal werkers de revue laten passeren, om te illustreren hoe de geformuleerde uitgangspunten het doen in de praktijk.


Optimaliseren nuldelijn en algemene voorzieningen

Een sociaal werker aan het woord: ”In een van de dorpen kende ik verscheidene gezinnen met kinderen tussen de 7 en 10 jaar met beperkingen. Die hadden bijna allemaal een indicatie voor individuele en/of groepsbegeleiding bij de grote regionale aanbieder, waar ze met leerlingenvervoer naartoe moesten. Het leek me logischer om de ondersteuning voor dit groepje dichterbij te organiseren.”

“Samen met de ouders en de zorgaanbieder hebben we toen in het gemeenschapshuis bij ons in het dorp de zogenoemde Speelkamer opgericht. De vereniging van bewoners (Dorpsraad) stelde de ruimte meteen gratis beschikbaar. Daar kunnen de kinderen nu eens per twee weken twee uur samen spelen, onder begeleiding van een professionele werker van de zorgaanbieder en een stagiair van het sociaal team. Het is de bedoeling dat we die stagiair op termijn vervangen door vrijwilligers, zodat ook de dorpsbewoners hun steentje kunnen bijdragen.” De sociaal werker coördineert de activiteiten in, van en rond de Speelkamer. “Op deze manier worden de ouders even ontlast van de zorg voor hun kind, kunnen de kinderen met elkaar spelen en oefenen zij al doende hun sociale vaardigheden. En samen spelen is ook nog eens gewoon leuk.”

“Maar het levert meer op. Eens per 14 dagen zie ik de kinderen samen met hun ouders en kan ze zodoende goed volgen. Bovendien leren de ouders als lotgenoten elkaar beter kennen, waardoor ze hun problemen en vragen steeds meer onderling delen en een steviger idee ontwikkelen over hoe ze hun kind willen zien opgroeien. Daarnaast hoop ik dat de kinderen met een beperking ook gaan spelen met kinderen zonder beperking. Dat ze omgaan met de bewoners van het dorp en veel meer geaccepteerd worden. Uiteindelijk moet er een inclusieve samenleving ontstaan in het dorp voor deze opgroeiende mensen. Voorbeelden daarvan kunnen we al dagelijks zien: ze worden begroet, er wordt een praatje gemaakt. Op termijn zijn ze een onmisbaar onderdeel van de dorpsgemeenschap.”

Was dit vóór 2015 ook mogelijk geweest?

“Ik vraag het me af. Syndion, overigens een prima zorginstelling, zou vanuit financieel oogpunt geen groep van maar vijf kinderen in de dorpskern kunnen starten. Nog afgezien van de constructie met een gratis dorpsruimte die niet snel tot stand gekomen zou zijn. Bovendien is het de vraag of de ouders elkaar ooit zouden hebben gevonden. Ze wonen weliswaar in hetzelfde dorp, maar lopen niet te koop met hun individuele zorgbehoefte. En omdat de zorgaanbieder groot is, met veel locaties, is er een lokale sociaal werker nodig die de bewoners kent, en de voorzieningen om dingen te laten gebeuren.”

En hoe zit het met de financiële doelstelling?

“Eerlijk gezegd ging het niet om het geld, naast het feit dat zorg aan mensen met een beperking geld mag kosten. Maar de Speelkamer zorgt in ieder geval voor besparingen op individuele begeleiding. Ieder gezin draagt, vanuit de maatwerkindicatie voor hun kind, een stukje bij aan de in te zetten begeleiding om ze samen te kunnen laten spelen. Als je dat doorrekent scheelt dat ruim €9.000 per jaar aan zorg- en vervoerskosten. Dat is ruim de helft van de kosten.”


Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Peter
Het zou fijn zijn als de nieuwe aanpak geheel zou verdwijnen het gaat hier immers weer om de praktijk voorbeelden van de teams niet van de burgers vaak gaat het hier niet om vrijwillige medewerking maar brute druk van een groep met persoonsgegevens verkregen door andere partijen.