sociaal / Partnerbijdrage

Nazorg na jeugdzorg: houd ze in zicht

Nazorg na jeugdzorg: houd ze in zicht. Afzonderlijke doelgroep (16-23 jaar) verdient nieuw aanbod

22 mei 2015

Een jaar geleden hadden we het hier over Tim. Een jongeman die na verschillende (gesloten) jeugdzorginstellingen op eigen benen moest staan omdat hij 18 jaar werd. Dat valt niet mee. Wat kan de gemeente doen om Tim te ondersteunen?

Voorkomen is beter

In ons voorgaande artikel (Op eigen benen na jeugdzorg. De noodzaak van integraal werken) lag de nadruk op integraal werken rondom jongens en meiden zoals Tim. Het gaat niet louter om de criteria en richtlijnen die een nieuwe Wmo of Jeugdwet ingeven. Om op eigen benen te (kunnen) staan, moeten we niet óver Tim, maar mét en vanuit Tim denken. Anders is het risico groot dat Tim terugvalt of dat zijn situatie langzaam verergert en hij in een later stadium voor (duurdere en zwaardere) ondersteuning bij de gemeente moet aankloppen.

Afzonderlijke doelgroep verdient nieuw aanbod

Gemeenten moeten jongvolwassenen van 16-23 jaar zien als een afzonderlijke doelgroep. Zij passen vaak niet meer bij de ondersteuning binnen de jeugdhulp en zien ook geen aanknopingspunten vanuit de Wmo. Daarmee dreigen zij tussen wal en schip te vallen. Om deze doelgroep de noodzakelijke aandacht te geven is er een ingreep nodig in het systeem van contractering en aansturing van aanbieders (Wmo en jeugd). We moeten een flexibele werkwijze inrichten, gebaseerd op eigen keuzes van deze groep jongeren en hun netwerk. Gericht op de verhoging van hun motivatie en met nadruk op de inzet van de jongere zelf, outreachend en zo nodig intensief.

Regisserende gemeente

Sinds begin dit jaar hebben gemeenten ook de ruimte gekregen voor zo’n aanpak. Zij kunnen passende maatwerkarrangementen ontwikkelen voor deze doelgroep via goede kennis van basisvoorzieningen en informele steunsystemen op lokaal niveau. Door in te zetten op een duidelijk systeem van informatie-uitwisseling (signalering en melding) en registratie is het mogelijk om een beter beeld te verkrijgen van de doelgroep. Bijvoorbeeld door een medewerker binnen het sociaal (wijk)team expliciet verantwoordelijk te maken voor de ondersteuning van jongvolwassenen.

Nieuwe vormen van sturing

Maar hoe hou je deze jongeren bij de les? Het dwingend kader vanuit jeugdhulp valt na hun 18e verjaardag weg. Gemeenten moeten op zoek naar nieuwe mogelijkheden om de taal van de jongeren beter te (leren) spreken. Met een minder strak regime en meer onorthodoxe oplossingen. Durf buiten de kaders te denken en te handelen. Neem jongeren serieus en stuur bijvoorbeeld meer op deelname aan motivatietraining en/of scholing. Instrumenten zoals uitkeringsbeleid en jongerenhuisvesting kunnen een rol spelen om, onder voorwaarden, de gewenste dwang en drang te creëren. We hebben het immers om wederzijdse inspanningen, eventueel vastgelegd in een persoonlijk begeleidingscontract.

Hou ze op de radar

Niet alle jongeren willen een vervolg na een jeugdzorgtraject, terwijl ze dat soms wel nodig hebben. Deze jongeren staan weliswaar in de Verwijsindex, maar dreigen uit beeld te raken omdat geen enkele organisatie of instelling nog betrokken is. Ze sijpelen als los zand door de vingers. Probeer ze in zicht te houden, bijvoorbeeld door het sociaal (wijk)team te attenderen op jongeren waar verschillende organisaties zich zorgen over maken. Zodoende blijven ze op wijkniveau in beeld en kan wanneer nodig vroegtijdig worden ingegrepen. Bijvoorbeeld door de gerichte inzet van jongerenwerk, de koppeling van een coach of maatje of door middel van contractsturing.

Meer weten?

U kunt over de nazorg na jeugdzorg van gedachten wisselen met de auteurs door vrijblijvend contact op te nemen met Ferdinand Oortf.oort@radaradvies.nl of Marcella van Room - m.vanroom@radaradvies.nl.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.