Noodjeugdhonk
B en W van Zeist kunnen een tijdelijke ontheffing verlenen voor een jongerenontmoetingsplek als zij aannemelijk maken dat aan die plek geen behoefte meer bestaat als de ontheffingstermijn voorbij is.
In het Zeister winkelcentrum De Clomp zorgen jongeren voor overlast. De gemeente wil die beteugelen door een ‘vaste ontmoetingsplek’ in te richten in een gebouwtje waarin nu nog buitenschoolse opvang Kind & Co zit. Kind & Co moet uiterlijk 31 augustus 2013 dit gebouw uit, maar mag blijven zitten zo lang er geen alternatief onderkomen is.
De gemeente wil alvast een noodgebouw naast Kind en Co neerzetten. Dat komt aan de rand van het zogenoemde Koppelveld, dat tussen het winkelcentrum en woonwijk Brugakker in ligt. Daar spelen veel kinderen van tussen de vier en twaalf. Bewoners van Brugakker vrezen dat de jongeren de kinderen van het veld zullen verdrijven en voor overlast zullen zorgen in hun wijk. Medio 2009 verlenen B en W - op grond van artikel 3.22 van de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) - een tijdelijke ontheffing voor het noodgebouw, dat in strijd is met het bestemmingsplan.
BewonersPlatform Brugakker wil een andere locatie en neemt de ontheffing onder vuur. De voorzieningenrechter zet er inderdaad een streep door. Want een tijdelijke ontheffing kan alleen worden verleend bij een tijdelijke behoefte, die niet meer bestaat als de ontheffingstermijn is verstreken. Maar er zal dan nog steeds behoefte bestaan aan een ontmoetingsplek voor jongeren in deze wijk.
B en W van Zeist vinden deze uitleg van de Wro te beperkend vergeleken met de tijdelijke-vrijstellingsbevoegdheid uit de oude wetgeving. De Raad van State geeft het college min of meer gelijk. Met de invoering van de tijdelijke-ontheffingsbevoegdheid heeft de wetgever de tijdelijke-vrijstellingsbevoegdheid niet willen beperken. De noodopvang voor jeugd voorziet net als een noodwinkel in een tijdelijke behoefte, in afwachting van definitieve huisvesting.
In principe is een tijdelijke ontheffing voor een ontmoetingsplek mogelijk. Toch hadden B en W de tijdelijke ontheffing volgens de Raad van State niet mogen verlenen. De Wro stelt namelijk als eis dat ‘aannemelijk’ is dat er geen behoefte meer bestaat aan de tijdelijke voorziening als de termijn is afgelopen. Het is echter onvoldoende zeker dat Kind & Co tijdig zal kunnen verhuizen. Daarom heeft het Zeister college onvoldoende gemotiveerd dat de behoefte aan het noodgebouw stopt bij afloop van de ontheffingstermijn.
De uitspraak wijkt subtiel af van het rechtbankvonnis. Maar de gemeente Zeist is juist blij dat nu duidelijk is dat je met artikel 3.22 ‘een tijdelijke vergunning mag verlenen voor een permanente behoefte’. Daarom is de uitspraak ‘van wezenlijk belang voor alle Nederlandse gemeenten’ die zich afvragen of dit mag. De bewoners van Brugakker kunnen blij zijn dat de gemeente de locatie Koppelveld gaat ‘heroverwegen’. ‘Daarin kunnen de door bewoners aangedragen alternatieven een rol spelen.’
Vindplaats: LJN BL7731
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.