Decentralisaties niet in goede handen bij gemeenten
Acht op de tien burgers heeft er weinig vertrouwen in dat de uitvoering van de nieuwe taken op het gebied van jeugd, zorg en (arbeids)participatie bij gemeenten in goede handen in. Dat blijkt uit een vrijdag openbaar gemaakt representatief onderzoek van I&O Research onder ruim 9.000 Nederlanders.
Acht op de tien burgers heeft er weinig vertrouwen in dat de uitvoering van de nieuwe taken op het gebied van jeugd, zorg en (arbeids)participatie bij gemeenten in goede handen in. Van hen was 45 procent tot nu toe tevreden over de geboden zorg, maar deze mensen vrezen voor de toekomst. 34 procent was al ontevreden en heeft er geen of weinig vertrouwen in dat het met de decentralisaties beter gaat worden.
Nulmeting
Dat blijkt uit een vrijdag openbaar gemaakt representatief onderzoek van I&O Research onder ruim 9.000 Nederlanders. De nulmeting is in december uitgevoerd; aan de vooravond van de decentralisatie zorg, jeugd en participatie. In mei en december worden opnieuw metingen gehouden. I&O Research heeft hiervoor de Decentralisatie Index ontworpen, waarin zowel de tevredenheid over de situatie tot 2015 als het vertrouwen voor de toekomst zijn meegenomen.
Weinig fiducie
Uit die nulmeting blijkt dat 45 procent van de Nederlanders – dat zelf of zijn directe omgeving een vorm van zorg of ondersteuning (nodig) heeft gehad – tevreden is over de zorg of hulp die zij tot 1 januari kregen, maar geen of weinig vertrouwen hebben in de toekomst. Zij vrezen dat de wijze waarop gemeenten de nieuwe taken gaan uitvoeren, een verslechtering met zich zal meebrengen. Een op de drie mensen was al ontevreden en heeft er weinig fiducie in dat gemeenten het tij gaan keren.
Beter
Een op de vijf Nederlanders was tevreden, verwacht dat dit zo blijft of denkt dat het beter wordt nu de taken door gemeenten worden uitgevoerd. Twee procent is nu ontevreden en verwacht dat gemeenten het juist beter gaan doen dan provincie of rijk.
Reacties: 6
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Oftewel: is het vertrouwen niet eerder gekoppeld aan de bezuinigingen dan aan de overheveling?