Leusden zoekt ‘noodgedwongen’ grenzen Wmo op
Inwoners uit Leusden die huishoudelijke hulp zelf kunnen betalen, moeten dat vanaf 1 april ook zelf doen. Met deze maatregel hoopt de gemeente de kosten van de Wmo betaalbaar te houden.
Inwoners die huishoudelijke hulp zelf kunnen betalen, moeten dat in Leusden vanaf 1 april ook zelf doen. Naar schatting vier op de tien inwoners die voor deze hulp bij de gemeente aankloppen, zijn volgens de gemeente financieel daadkrachtig genoeg om zelf een hulp betalen.
Afwijzing
De gemeente zegt met deze maatregel ‘noodgedwongen’ de grenzen op te zoeken. Wettelijk gezien mogen gemeenten het inkomen niet laten meewegen bij aanvragen voor een Wmo-voorziening. Leusden gaat dit toch doen. Als overduidelijk is dat de aanvrager draagkrachtig genoeg is, wordt de aanvraag afgewezen. Bij die afweging wordt ook gekeken naar andere (zorg)kosten die de aanvrager heeft, zo laat een woordvoerder van de gemeente weten. De Participatieraad Leusden en de Raad voor Cliëntenparticipatie Leusden steunen het besluit van de gemeente.
Toename aanvragen
Leusden ziet, net als veel andere gemeenten, de aanvragen voor huishoudelijke hulp flink toenemen. Belangrijkste reden is de invoering in 2019 van het inkomensonafhankelijke Wmo-abonnementstarief. Mensen die voorheen uit eigen portemonnee een hulp betaalden, doen hiervoor sinds de invoering van de gestandaardiseerde eigen bijdrage van 19 euro per maand een beroep op de gemeente. De uitgaven voor de huishoudelijk hulp zijn sindsdien voor Leusden met ruim zeven ton gestegen. De gemeente gaf vorig jaar bijna 2 miljoen euro uit aan huishoudelijke hulp. Het tekort op de huishoudelijke hulp bedroeg vorig jaar 3,5 ton. De Wmo-begroting totaal omvat bijna 4,5 miljoen euro; de totale gemeentebegroting 2020 zo'n 44 miljoen euro.
Betaalbaar
‘De gemeente kan niet voor iedere oudere de schoonmaakster betalen. Het leidt onvermijdelijk tot bezuinigingen die juist de mensen raken die de hulp het hardste nodig hebben’, stelt de gemeente in een persbericht. Eerder beknibbelde Leusden al op de huishoudelijke hulp die via een algemene voorziening wordt verstrekt. Het gemiddeld te vergoeden aantal uren binnen de algemene voorziening is verlaagd van 2,8 naar 2,3 uur per week, door het zogeheten normenkader (zeg maar: hoe vaak moet een ruimte worden schoongemaakt) aan te passen. Omdat het aantal Wmo cliënten dat gebruikmaakt van de algemene voorziening hulp bij het huishouden in 2019 met 25 procent steeg, ziet Leusden zich genoodzaakt aanvullende maatregelen te nemen. Door het inkomen te laten meewegen en op basis daarvan aanvragen af te wijzen, hoopt de gemeente de kosten van de Wmo betaalbaar te houden.
Oproep VNG
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten riep in november vorig jaar gemeenten op de grenzen van de Wmo op te zoeken. Aanleiding was de weigering van het kabinet om gemeenten voldoende te compenseren voor de aanzuigende werking van het Wmo-abonnementstarief. Een van de adviezen van de VNG aan gemeenten was om voortaan het inkomen te laten meewegen bij een Wmo-aanvraag. Hoewel de VNG na haar oproep veel vragen van gemeenten hierover binnenkreeg, heeft de gemeentekoepel geen zicht op het aantal gemeenten dat de grenzen van de wet daadwerkelijk is gaan opzoeken, of dat van plan is te gaan doen, zo laat een woordvoerder van de VNG weten.
Proefproces
Krimpen aan den IJssel liet na de oproep van de VNG direct weten inwoners geen huishoudelijke hulp meer te geven, als ze dat zelf kunnen betalen. Met de invoering van die maatregel hoopt de gemeente een proefproces uit te lokken, stelde verantwoordelijk wethouder Hugo van der Wal (sociaal domein, SGP) vorig jaar in Binnenlands Bestuur. De maatregel is nog niet doorgevoerd, zo leert navraag bij de gemeente. Er wordt momenteel de laatste hand gelegd aan een wijziging van de Wmo-verordening. Die moet voor advies naar de Adviesraad Sociaal Domein en vervolgens ter vaststelling naar de gemeenteraad. De verwachting is dit nog voor de zomer gaat gebeuren, zo laat een woordvoerder namens de wethouder weten.
De WMO is daar op dit moment heel duidelijk over. Het Rijk behoort dus voor de uitvoering van deze wetgeving gewoon met meer geld over de brug te komen (wie bepaalt: betaalt).
De uitspraak is in feite al bekend. De bestuursrechter zal zeggen: gemeente u moet op basis van de vigerende wetgeving betalen, maar het Rijk behoort aan de gemeenten voor de uitvoering van de wetgeving voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen. We zullen zien .....