Advertentie
sociaal / Achtergrond

Overwerken, zelfs op zaterdag

Met regelmaat vechten burgers en private partijen beleid aan. Soms zelfs strijden overheden onderling. Een serie over de meest voorkomende juridische geschillen.

19 juni 2015

Duizenden bezwaarschriften rondom de huishoudelijke hulp zijn de afgelopen maanden bij gemeenten ingediend. Om ze tijdig te kunnen afhandelen is de ambtelijke capaciteit uitgebreid of houden de bezwaarschriftencommissies meer zittingen.

Juridische zaken
Met regelmaat vechten burgers en private partijen beleid aan. Soms zelfs strijden overheden onderling. Een serie over de meest voorkomende juridische geschillen.

Dit zijn enkele conclusies van een onderzoek door Binnenlands Bestuur onder 41 gemeenten naar het aantal ingediende bezwaarschriften huishoudelijke hulp (hh1). Tot nu toe zijn er daar bijna 3.000 ingediend. Zowel inwoners van gemeenten die met de eenvoudige schoonmaakhulp zijn gestopt als gemeenten die hebben geschrapt in het aantal uren of een andere systematiek hanteren (‘schoon en veilig huis’) zijn massaal in de pen geklommen om bezwaar in te dienen.

De verschillen tussen gemeenten zijn groot, ook bij gemeenten die hetzelfde type beleid hebben ingezet. Bij 14 van de 41 gemeenten die helemaal zijn gestopt, is Oosterhout koploper met ruim 300 bezwaarschriften – vrijwel allemaal ingediend door één raadsman – terwijl er in Heerenveen slechts drie zijn ingediend. ‘We hadden wel verwacht dat deze verandering veel teweeg zou brengen onder de 1.500 mensen die huishoudelijke hulp kregen en de werknemers in de thuiszorg, maar in deze omvang niet per se’, stelt wethouder Marian Janse (Wmo, Gemeentebelangen) in een reactie.

De gemeente is op 1 januari gestopt met het aanbieden van huishoudelijke hulp als maatwerkvoorziening. De geest, of anders gezegd, de essentie van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) was voor Oosterhout de belangrijkste reden om met ‘hh1’ te stoppen. Janse: ‘Wat je zelf kunt doen, moet je zelf doen. De gemeenteraad heeft unaniem besloten dat mensen deze ondersteuning voortaan zelf moeten regelen. Als mensen dat niet kunnen, helpen we ze daarbij. Voor de minima hebben we een financieel vangnet in de vorm van bijzondere bijstand. De grens om daarop een beroep te kunnen doen, hebben we opgetrokken naar 125 procent van het minimum inkomen.’

Versoberen
Van de 24 gemeenten die de hulp op een andere leest hebben geschoeid (‘schoon huis’) of hebben gesneden in het aantal uren, voert Utrecht met 840 bezwaarschriften de ranglijst aan. ‘In aansluiting op de veranderende opvatting in de maatschappij over schoonmaken, hebben wij in Utrecht de norm voor een schoon huis gedefinieerd. Niet meer elke week of twee keer per week alles blinkend schoon poetsen, maar zorgen dat het huis op een aanvaardbaar niveau schoon blijft en vervuiling wordt voorkomen. Op basis van deze norm hebben wij een basisvoorziening voor het schoonhouden van het huis ingericht’, verduidelijkt Wmo-wethouder Margriet Jongerius (GroenLinks). Die basisvoorziening behelst 78 uur schoonmaakhulp per jaar. Als het nodig is, kunnen mensen in aanmerking komen voor aanvullende uren.



Afbeelding



‘Met de vermindering van het aantal uren konden we garanderen dat iedere cliënt schoonmaakhulp hield.’ Alle bestaande hh1-klanten behouden schoonmaakhulp. Vijftien procent van de beschikkingen leidde tot een bezwaarschrift. Het grote aantal bezwaarschriften heeft de wethouder niet verrast. ‘Wij vinden het verklaarbaar en begrijpelijk dat inwoners deze besluiten graag willen laten heroverwegen. Daarom hebben we ook huishoudcoaches ingezet die klanten actief helpen bij het zoeken naar alternatieve oplossingen om het huishouden in balans te brengen.’ De 840 bezwaarschriften zijn inmiddels bijna allemaal afgehandeld. Een aantal beroepszaken is nog in behandeling.

Over hoeveel er gegrond/ ongegrond zijn verklaard wordt de raad na de zomer geïnformeerd. ‘Op dit moment is er voor ons geen aanleiding om het beleid aan te passen dat vorig jaar door de gemeenteraad is vastgesteld. Wij hebben voorafgaand aan deze beleidskeuze een zorgvuldige en inhoudelijke afweging gemaakt van mogelijke oplossingsrichtingen.’ Opvallend is dat in Den Haag en De Ronde Venen veel bezwaarschriften zijn inge diend, terwijl het beleid niet is gewijzigd. ‘We hebben daar op dit moment geen verklaring voor, maar we kijken er wel naar’, aldus de woordvoerder van de Haagse wethouder Karsten Klein (Wmo, CDA).

Overuren

Gevolg van de hausse aan bezwaarschriften is dat ze, uitgezonderd Utrecht, nog lang niet allemaal zijn afgehandeld. Een behoorlijk aantal gemeenten geeft aan dat het ambtelijk apparaat het werk niet aan kan en dat er extra (tijdelijk) personeel wordt ingezet, soms op basis van flexibele inhuur. Voorbeelden zijn Almelo, De Bilt, Emmen, Helmond, Súdwest-Fryslân en Utrecht. Almelo moet alleen al 76 bezwaarschriften rondom de huishoudelijke hulp afhandelen; een verdubbeling ten opzichte van zowel 2013 als 2014. Toen werden respectievelijk 34 en 39 bezwaarschriften ingediend. Dat betrof bovendien bezwaarschriften tegen alle Wmo-voorzieningen; niet alleen de huishoudelijke hulp. Ook Súdwest-Fryslân zag het aantal bezwaarschriften (hh1: 54) ten opzichte van 2014 verdubbelen en vergeleken met 2013 bijna verdrievoudigen. De toen ingediende bezwaarschriften (2014: 27; 2013: 13) betroffen de hele Wmo. De commissies voor bezwaar- en beroep schriften draaien in veel gemeenten overuren. In een aantal gemeenten zijn extra zittingen gepland. In onder meer Almelo en Oosterhout houden de bezwarencommissies meer zittingen.

In Oosterhout moeten de leden zelfs op zaterdag aan de bak. In Súdwest-Fryslân is zowel de commissie zelf uitgebreid om de klus te klaren als het aantal zittingen. Een aantal gemeenten stelt dat mogelijk op een later tijdstip – afhankelijk van het aantal bezwaarschriften – de ambtelijke capaciteit alsnog wordt uitgebreid of dat er meer zittingen van de commissies bezwaar- en beroepschriften zullen worden ingepland. Een aantal gemeenten doet er alles aan om het aantal bezwaarschriften dat wordt doorgezet, zo veel mogelijk te beperken, onder meer via mediation. Daarbij gaan ambtenaren met de bezwaarmaker in gesprek. In onder meer de Noordoostpolder heeft die aanpak geleid tot intrekking van een fors aantal bezwaarschriften. Daar is de huishoudelijke hulp sinds 1 maart een algemene voorziening die voor iedereen toegankelijk is, maar die (uitgezonderd minima) wel zelf moet worden betaald.

Ongerustheid
Op 1.170 beschikkingen leverde dit nieuwe beleid 43 bezwaarschiften op. Een groot aantal daarvan is inge trok ken, na een persoonlijk gesprek bij de bezwaarmaker thuis. ‘In gesprekken wordt aan mensen uitgelegd waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt. Mensen zijn er niet op uit bezwaar te maken, maar veelal spelen onduidelijkheid en ongerustheid parten, zeker bij mensen die afhankelijk zijn van zorg. In het gesprek vragen we hen wat het probleem is en waar de onduidelijkheid zit. In zo’n gesprek wordt het de mensen duidelijk waarom we de keuzes hebben gemaakt en is er ook meer begrip voor. Inwoners snappen dat veranderingen, mede door de bezuinigingen op de Wmo door het rijk, onontkoombaar zijn. Daarnaast denken we met hen mee over alternatieven. Na het gesprek mogen mensen thuis nog rustig nadenken of ze hun bezwaarschrift al dan niet doorzetten’, licht wethouder Hennie Bogaards (Wmo, CDA) toe. ‘Het is beter om eerst met elkaar in gesprek te gaan, voordat we de molen van bezwaar en beroep in gaan, al is het natuurlijk goed dat die mogelijkheid er is.’ Ook in De Bilt, Heerenveen, Roerdalen en Breda wordt mediation ingezet.

Gebrekkig onderzoek
Voor zover nu bekend zijn er besluiten genomen over 958 bezwaar schriften. Daarvan zijn er 632 gegrond verklaard en 326 ongegrond/afgewezen. Veel gemeenten kunnen nog geen duidelijke rode draad ontdekken bij de toekenning van bezwaarschriften. Diverse gemeenten laten weten dat een gebrekkig onderzoek of een onvoldoende motivering van het besluit meestal reden is waarom bezwaarschriften gegrond worden verklaard. Dat is ook de ervaring bij de koepelorganisatie van chronisch zieken en mensen met een beperking Ieder(in). ‘Sinds januari zijn er al 200 meldingen bij ons meldpunt binnengekomen van burgers die stellen dat gemeenten zich niet houden aan de wettelijke verplichting om een zorgvuldig onderzoek te doen voordat een besluit worden genomen’, vertelt directeur Illya Soffer.

‘Het is verbazingwekkend dat gemeenten, ondanks overduidelijke uitspraken van diverse voorzieningenrechters, geen beschikkingen versturen en ook geenfatsoenlijk onderzoek doen.’ In Waalwijk zijn alle bezwaarschriften door het college gegrond verklaard, nadat de bezwarencommissie de eerste tien bezwaarschriften gegrond had verklaard. ‘Ook al vanwege het voorkomen van veel overbodige en kostbare zittingen van de betreffende commissie’, laat wethouder Ronald Bakker (sociale zaken, VVD) weten. ‘De inwoners met een gegrond verklaard bezwaarschrift krijgen een Wmo-onderzoek.’ Dat was in Waalwijk niet standaard. Het nieuwe beleid – de eerste drie uur hh1 moet door de inwoners zelf worden geregeld en betaald – zal niet worden aangepast, stelt Bakker. Hij verwacht dat het overgrote deel van de nu in het gelijk gestelde bezwaarmakers alsnog de eerste drie uur zelf moet gaan regelen/bekostigen. ‘Wij menen dat het aanmerken van de eerste drie uur eenvoudige huishoudelijke hulp als algemeen voorliggende voorziening mogelijk is. Wij houden daarbij rekening met inwoners die onvoldoende inkomen of vermogen hebben om dit zelf te kunnen bekostigen. In deze situaties bieden wij financiële compensatie via de bijzondere bijstand.’ Voor Waalwijk is het dus afwachten hoeveel bezwaarschriften er straks alsnog worden ingediend.

Geen eindstand
De 2.946 bezwaarschiften zijn dus beslist geen ‘eindstand’. In veel gemeenten lopen de indicaties nog een deel of het hele jaar door. Bij weer andere gemeenten zijn de nieuwe beschikkingen pas net de deur uit en is het nog wachten op de reacties. Diverse gemeenten maken pas voor de zomer een stand van zaken op. Daarnaast worden momenteel op tal van plaatsen keukentafelgesprekken gevoerd op basis waarvan straks een besluit wordt genomen. En dan zijn er nog gemeenten die pas in de loop van dit jaar een besluit nemen over nieuw beleid ten aanzien van huishoudelijke hulp per 2016, of zetten nieuw beleid pas per 2016 in. Daarnaast weten mensen niet eens dát ze bezwaar kunnen indienen, stelt Soffer van Ieder(in). ‘Zeker niet als er geen officiële beschikking wordt verstuurd, maar wordt volstaan met een standaardbrief waarin simpelweg staat dat de gemeente stopt met huishoudelijke hulp als maatwerkvoorziening en dat inwoners de hulp voortaan zelf moeten regelen en betalen, of dat er gesneden wordt in het aantal uren hulp. Vooral oudere mensen denken dat het dan een voldongen feit is.’ Het einde aan de stortvloed aan bezwaarschriften is dus niet in zicht. De krappe 3.000 bij de 41 onderzochte gemeenten zijn mogelijk slechts het topje van de ijsberg.


Afbeelding


Verantwoording onderzoek
Voor het onderzoek werden ruim vijftig gemeenten, in alle soorten en maten, gevraagd een vragenlijst in te vullen. De 41 gemeenten die meewerkten, konden om diverse redenen niet alle vragen beantwoorden. In sommige gemeenten wordt – de afhandeling van – het aantal bezwaarschriften niet structureel bijgehouden. Bij weer andere gemeenten zijn de nieuwe beschikkingen pas net de deur uit en kon alleen een stand van zaken tot medio mei worden gegeven. Diverse gemeenten maken pas voor de zomer een tussenbalans op en maken de gegevens pas openbaar als de raad is geïnformeerd.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie