Statushouders over de gemeentegrens
Vier Achterhoekse gemeenten zochten elkaar op om statushouders te kunnen huisvesten.
Samen met Aalten, Oude IJsselstreek en Winterwijk heeft Oost Gelre in Lichtenvoorde tussenopvang georganiseerd voor 140 statushouders die vastzaten in een asielzoekerscentrum. De samenwerkende gemeenten legden zich vast voor woningen voor alle statushouders. Het opvangcentrum sluit morgen. ‘Andere gemeenten kunnen een voorbeeld aan ons nemen’, zegt wethouder Bart Porskamp (VVD) in Oost Gelre.
Oost Gelre heeft versnelde tussenopvang geregeld. Hoe?
‘We hebben met vier gemeenten voor tussenopvang gezorgd. We zijn op 1 november met de opvang begonnen voordat we wisten of we het aan de achterkant wel dicht kregen. Heeft iedere statushouder straks wel een woning en kan het financieel uit? De regelgeving was ook niet helder. Maar er zaten zoveel statushouders vast in asielzoekerscentra en je wilt ook niet dat ze op straat komen te staan. We hebben een risico genomen, maar we vonden dat we dat moesten doen. Noem het de Achterhoekse nuchterheid. En het bestuur in onze gemeente is stabiel; we konden proactief zijn.’
Nu hadden jullie wel het geluk dat er in Lichtenvoorde plek was.
‘Daar begint het mee. Een zorginstantie heeft hier voor meerdere jaren het zorgcentrum De Kievit neergezet. Daar worden de bewoners van verschillende verzorgingstehuizen in de regio gehuisvest die worden verbouwd. Ze hadden een gat van een jaar. We zijn vorig jaar gaan praten omdat wij als gemeente wel wat zagen in dat centrum als tussenvoorziening voor statushouders. We hebben de 140 statushouders die waren gekoppeld aan Aalten, Oude IJsselstreek, Winterwijk en Oost Gelre naar De Kievit gehaald, zodat ze konden beginnen met inburgering en integratie. Kinderen naar school, begeleiden naar werk. Heel belangrijk: in het centrum was altijd begeleiding. Mensen konden er met hun vragen terecht en er was een programma voor als ze nog niet met hun inburgering bezig waren of werkten. We leveren het centrum nu leeg op, waarna het vanaf 1 september weer gebruikt kan worden voor de tijdelijke huisvesting van ouderen.’
En de statushouders, waar gaan die naartoe?
‘Zij komen niet op straat te staan. Bij de start van het project zijn alle statushouders gekoppeld aan een woning in een van de vier gemeenten, op een paar statushouders na die later zijn gekomen. Zij gaan naar de permanente locatie die we gezamenlijk in Winterswijk hebben gevestigd. Alle andere statushouders hebben een woning kunnen krijgen. Tijdens de informatieavonden was dat wel een issue bij de inwoners van onze gemeente hoor. Ik draai het altijd om: juist door dit soort flexibele oplossingen toe te voegen aan de woningmarkt, komt er minder druk op de reguliere markt. Ik heb de mensen laten zien welke reguliere woningbouwplannen er zijn. De woningen die naar de statushouders gaan, gaan niet koste van de mensen die in Oost Gelre wonen of willen wonen.’
Je hoort niet vaak dat gemeenten elkaar opzoeken bij de opvang van statushouders.
‘We zijn de gemeentegrenzen overgegaan. Bij mijn weten is dat uniek. Andere gemeenten kunnen een voorbeeld aan ons nemen. En het is zo logisch. Als in gemeente A een pand leegstaat en in gemeente B niet, maar je moet wel allebei asielzoekers of statushouders huisvesten, dan is het toch mooi om dat pand gezamenlijk te gebruiken? Als je een grote opgave hebt en je wilt de reguliere woningmarkt zo min mogelijk belasten, dan moet je out-of-the box gaan denken. En dan kom je op dit soort slimme oplossingen uit. Die slimheid vraagt van het rijk ook wat. De accommodatieregeling van het rijk geldt nu voor zes maanden. Duurt het langer, dan moet je als gemeente bijbetalen. Als je gemeenten in beweging wilt krijgen, dan zal het rijk echt de regels moeten aanpassen. Nu biedt het rijk gemeenten een ontsnappingsmogelijkheid door maar voor zes maanden een vergoeding te geven.’
De tussenopvang in Lichtenvoorde duurde tien maanden. Jullie hebben er dus op toegelegd?
‘Wij komen financieel uit. We houden zelfs een heel klein bedrag over, maar dat komt alleen door de massa. Als je er niet bij in wilt schieten, maar de statushouders op sociaal gebied wel wilt begeleiden en ook een coördinator neerzet, dan zul je tussen de 120 en 140 statushouders moeten opvangen. Dan kunnen de meeste gemeenten niet. Dat kun je alleen maar samen doen. Je moet dus over de gemeentegrens heen kijken.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.