Advertentie
sociaal / Nieuws

Lokale toegang jeugdhulp blijft (nog) ongemoeid

Het kabinet gaat zich vooralsnog niet bemoeien met de gemeentelijke toegang tot de jeugdhulp. De verplichte regionale samenwerking bij de inkoop van specialistische jeugdzorg blijft wel overeind.

09 maart 2021
Jeugdhulp.jpg

Het kabinet gaat zich voorlopig niet bemoeien met de gemeentelijke toegang tot de jeugdhulp. Het wil gemeenten de tijd geven om de toegang via lokale wijkteams goed in te richten. Voorstellen tot verbeteringen van die gemeentelijke toegang zijn uit het oorspronkelijke wetsvoorstel voor aanpassing van de Jeugdwet gehaald. Het aangepaste wetsvoorstel ‘Verbetering beschikbaarheid zorg voor jeugdigen’ ligt nu voor advies bij de Raad van State.

Verplichte regionale samenwerking

In het wetsvoorstel, dat vrijdag door de ministerraad is vastgesteld, worden gemeenten nog wel steeds verplicht regionaal samen te werken bij de inkoop van specialistische jeugdzorg. Ze moeten ook een regiovisie opstellen. Daarin moet worden vastgelegd wat de regionale zorgvraag is en hoe de gemeenten die, samen met aanbieders, gaan organiseren. In die regiovisie moet onder meer worden aangegeven hoe wachtlijsten worden aangepakt en hoe complexe casuïstiek wordt opgepakt. Gemeenten moeten een regionale entiteit in het leven roepen die verantwoordelijk wordt voor de inkoop van specialistische zorg op regionaal niveau.

 

Financiële bedrijfsvoering

Het wetsvoorstel stelt ook eisen aan de financiële bedrijfsvoering van jeugdhulpaanbieders. De gedachte hierachter is dat het opdrachtnemers- en opdrachtgeversrol tussen respectievelijk jeugdhulpaanbieders en gemeenten wordt geprofessionaliseerd. Welke eisen aan die financiële bedrijfsvoering worden gesteld, wordt pas duidelijk als het wetsvoorstel na advies van de Raad van State naar de Tweede Kamer wordt gestuurd. Het toezicht op die eisen wordt uitgewerkt in een apart wetsvoorstel.

 

Alarmerende rapporten

Startsein voor forse aanpassingen van de Jeugdwet uit 2015 werd in november 2019 gegeven door de ministers Hugo de Jonge (toen nog jeugdzorg, CDA) en Sander Dekker (Rechtsbescherming, VVD), na alarmerende rapporten van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid. Beide inspecties concludeerden onder meer dat kinderen niet of veel te laat zorg krijgen die ze wel nodig hebben, waardoor zij gevaar lopen of verder ontsporen. De Inspecties adviseerden het stelsel op de schop te nemen.

 

Wet moet van tafel

In de zomer van vorig jaar lag een eerste conceptwet ter internetconsultatie. Gemeentekoepel VNG liet toen weten dat de nieuwe Jeugdwet wat haar betreft van tafel moet. Het kabinet zit te veel op de stoel van de gemeente en de verplichte regionale samenwerking stuit ze tegen de borst, zo stelde de VNG. Ook de FNV toonde zich teleurgesteld. De bond pleit onder meer voor een geoormerkt (hoger) jeugdbudget en wil af van marktwerking en standaardtarieven. Het is niet duidelijk welke opmerkingen al dan niet zijn meegenomen in het uiteindelijke wetsvoorstel. De regionale samenwerking blijft in ieder geval wel van kracht.

 

Twijfels over nut wetsvoorstel

Die verplichting daartoe ziet VVD-Kamerlid Martin Wörsdörfer niet zitten. ‘Ben niet overtuigd van het nut van dit voorstel. Beter goede samenwerking tussen gemeenten die van onderaf tot stand komt’, twitterde hij in reactie op vaststelling van het wetsvoorstel door de ministerraad. Het bevreemdt hem bovendien dat er gewerkt is aan het conceptvoorstel tot wijziging van de Jeugdwet, terwijl pas eind vorig jaar het onderzoek naar omvang en oorzaken van de gemeentelijke tekorten op het jeugdbudget bekend werd.

 

Tekorten meewegen

‘De huidige financiële tekorten kun je niet los zien van de verbeteringen die moeten worden aangebracht’, aldus Wörsdörfer. Hij doelt op het AEF-onderzoek, waaruit duidelijk werd dat gemeenten een structureel tekort van zo’n 1,7 miljard euro op de jeugdzorg hebben. Kabinet en gemeenten zijn nog volop in conclaaf hoe die tekorten kunnen worden gedicht, en bij wie de grootste rekening moet komen te liggen. Er wordt aan gewerkt aan een combinatie van extra geld en te nemen maatregelen. Een van de maatregelen waarnaar wordt gekeken, is de invoering van een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor de jeugdhulp. Dat kan leiden tot een besparing van 0,8 tot 1,2 miljard euro, zo heeft AEF berekend. 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

H. Wiersma / gepens.
Goede regionale en/of provinciale samenwerking op het gebied van de specialistische jeugdzorg is dringend noodzakelijk. Niet alleen is voor de organisatie en opvang van de desbetreffende jeugd een goed functionerende 'paraplu' nodig. Het Rijk dient daarvoor ook voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen. Aan dit laatste aspect schort het ook. Binnen de jeugdzorg heeft de specialistische jeugdzorg prioriteit nummer 1. Hopelijk realiseren bestuurders zich dat eveneens.
Advertentie