Steenbakkers: ‘Wij willen geen San Francisco aan de Dommel worden’
Eindhoven moet geen stad voor de happy few worden, vindt economiewethouder Stijn Steenbakkers.
Aan economische groei geen gebrek in Brainport Regio Eindhoven. Maar bij snelle groei hoort ook groeipijn. Daarom moet niet alleen de economie, maar ook de brede welvaart centraal staan, vindt wethouder Stijn Steenbakkers.
Strak in pak
‘Zo, wat een zakenman!’, roept een jongetje vanaf het schoolplein van de Eindhovense basisschool De Driestam. Hij is duidelijk onder de indruk van de kleding van wethouder Stijn Steenbakkers, die richting de ingang van de school loopt. ‘Kan ik niet bij jullie komen werken?’, roept hij de wethouder na. ‘Kan ik ook strak in pak komen!’ Steenbakkers heeft meteen een antwoord klaar: ‘Als je goed studeert wel. Als je gewoon goed je best doet, is er overal plek.’
Happy few
Het is een spontane reactie van de economie- en onderwijswethouder, maar zegt ook iets over de visie die hij heeft voor Eindhoven en de Brainport Regio. ‘We willen een verbonden stad zijn waarin iedereen meekomt. We willen geen San Francisco aan de Dommel worden.’ Want hoewel San Francisco, net als Eindhoven, een succesvolle hightechindustrie kent, is het ook een stad van grote ongelijkheid. ‘Een stad voor de happy few, waar mensen langs elkaar heen leven’, aldus Steenbakkers. Om dat schrikbeeld te voorkomen, is het volgens de CDA-wethouder nodig om niet alleen op economische indicatoren te sturen, maar op de zogenoemde brede welvaart.
Snelle economische groei brengt ook groeipijnen met zich mee.
Ontslagen
Dat betekent overigens niet dat de economie onbelangrijk is. ‘De economie biedt veel kansen voor de stad’, zegt Steenbakkers. ‘Ten tijde van het faillissement van DAF en de bezuinigingsoperatie bij Philips kreeg Eindhoven te maken met meer dan 40.000 ontslagen in één week. De les die we daaruit hebben geleerd, is dat economische ontwikkeling cruciaal is om vitaal te blijven als regio. Maar we willen dat wel doen op een manier zodat iedereen mee kan.’
Groeipijnen
Want juist snelle groei kan ontwrichtend werken. Steenbakkers: ‘We hebben de hoogste economische groei van Nederland, over de afgelopen tien jaar gemiddeld. Maar die groei brengt ook groeipijnen met zich mee. We zien bijvoorbeeld de bevolkingssamenstelling veranderen, we zien drukte op de woningmarkt en op de wegen.’ Een florerende economie alleen is dus niet genoeg, ziet Eindhoven. Daarom zet de stad in op een breder begrip van welvaart.
Theorie
En daarin staat de gemeente niet alleen. ‘Steeds meer gemeenten willen met brede welvaart aan de slag’, constateert de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Maar hoe werkt dat in de praktijk? ‘Volgens mij is de tijd van denken over brede welvaart nu voorbij en moeten we echt wat gaan doen’, stelde Joks Janssen, praktijkhoogleraar Brede welvaart in de regio (Tilburg University), onlangs in een interview met Binnenlands Bestuur. Daar is wethouder Steenbakkers het mee eens: ‘Het is nu allemaal nog te veel theorie. Je moet het ook in de praktijk brengen.’
Onderhandelingen
Vandaar dat de wethouder graag laat zien wat er in zijn stad gebeurt om de brede welvaart tot bloei te laten komen. Hij zit wel midden in onderhandelingen over het aankomende coalitieakkoord, dus hij kan maar twee locaties laten zien. ‘Als ik een halve dag de tijd had gehad, kon ik je nog meer laten zien’, zegt hij verontschuldigend.
We willen niet alleen een aantrekkelijke stad zijn voor expats, maar we willen ook dat er harmonieus wordt samengeleefd.
Expats
De eerste stop is basisschool De Driestam – de school met de jongen die zo onder de indruk was van het pak van de wethouder. Zoals veel scholen in de regio, heeft De Driestam te maken met een grote instroom van kinderen van expats: internationale kenniswerkers die op de hightechindustrie van de Brainport Regio afkomen. ‘Wij zitten naast een wijk die zo ongeveer is opgekocht door ASML’, zegt schooldirecteur Marloes Lieftink, verwijzend naar het miljardenbedrijf dat over de hele wereld chipmachines levert. ‘Dus logischerwijs komen er veel kinderen van internationals hier naar school.’ Lieftink schat in dat ongeveer één op de drie kinderen een niet-Nederlandse achtergrond heeft.
Rijker
Eindhoven heeft er bewust voor gekozen om de kinderen van expats niet naar een aparte school te verwijzen, maar ze juist te integreren in de reguliere scholen. Daarom worden docenten extra geschoold in interculturele vaardigheden. Ook is er een speciale taalklas waar deze kinderen Nederlands leren, zodat ze zo snel mogelijk mee kunnen doen met de rest. Maar andersom krijgen ook de Nederlandse kinderen al vanaf de kleuterklas lessen Engels. Zo leert iedereen van elkaar, zegt Lieftink. ‘Ik denk dat het onderwijs er veel rijker van wordt. Door alle verschillende culturen komen kinderen met allerlei nieuwe onderwerpen in aanraking.’
Eindhovens
‘We willen niet alleen een aantrekkelijke stad zijn voor expats, maar we willen ook dat er harmonieus wordt samengeleefd’, legt Steenbakkers uit. ‘Tegen internationals zeggen we: gij zult Nederlands leren. En het liefst ook nog een beetje Eindhovens. Aan de andere kant leven we in een mondiale context en willen we dat ook onze Nederlandse kinderen daarvan profiteren. Dus we willen dat kinderen met elkaar naar school gaan. Daarom hebben we afgesproken: wij hebben maar één internationale school, waar dus alleen maar internationals naartoe gaan. Andere steden hebben er veel meer.’
Lees de rest van dit artikel in Binnenlands Bestuur nummer 14.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.