Advertentie
sociaal / Achtergrond

Op zoek naar wil en winst

Gemeenten zijn druk met de lokale vertaling van de Participatiewet, waarin de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), de bijstand en een groot deel van de Wajong worden samengevoegd. Om gehandicapten en anderen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen, is afgesproken dat er zogenoemde garantiebanen komen voor uitkeringsgerechtigden die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen.

25 juli 2014

Al ver voor Den Haag hadden Stedendriehoek en Noord-Veluwe een sociaal akkoord. Zo gaan ambtenaren en ondernemers als buddy’s de boer op om werkgevers warm te maken voor garantiebanen.

Gemeenten zijn druk met de lokale vertaling van de Participatiewet, waarin de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), de bijstand en een groot deel van de Wajong worden samengevoegd. Om gehandicapten en anderen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen, is afgesproken dat er zogenoemde garantiebanen komen voor uitkeringsgerechtigden die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen. Werkgevers in 35 arbeidsmarktregio’s leveren daarvoor, gefaseerd tot 2026, 100 duizend extra banen, de overheid 25 duizend. Jonggehandicapten (Wajongers) en personen met een indicatie voor de sociale werkplaats krijgen voorrang.

Het valt niet mee zaken te doen over garantiebanen, ondervinden gemeenten. In de regionale ‘werkkamers’, een overlegplatform van gemeenten en sociale partners, schuift werkgeversorganisatie VNO-NCW aan. Die kan geen toezeggingen doen over aantallen banen. Dat kunnen alleen individuele werkgevers. Maar in het ‘Stedenvierkant’ (een vooral bestuurlijk construct dat bestaat uit de Stedendriehoek Apeldoorn-Deventer-Zutphen samen met Noord-Veluwe) loopt het overleg gesmeerd. Dit ondanks de complexiteit van de regio, die sociaal en economisch geen eenheid is, zeventien gemeenten en zes sociale werkvoorzieningen telt, meerdere ROC’s heeft en drie provincies raakt.

Mismatch
Het Stedenvierkant moet tot en met 2016 bij de overheid 340 garantiebanen opleveren, en 510 in de marktsector. De getallen zijn indicatief, maar als er in de ogen van staatssecretaris Klijnsma (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, PvdA) onvoldoende van terechtkomt, kan zij boetes opleggen aan bedrijven. Werkgevers beseffen ‘dat dit aapje op hun schouder zit’, zegt Christiaan Lorist, regiomanager van VNO-NCW Midden. ‘Die aantallen vinden wij niet spannend.’ Volgens hem is er in de regio meer werk dan er mensen beschikbaar zijn. Maar er is wel een mismatch: ‘Hoogopgeleiden pendelen heen en weer naar deze arbeidsmarktregio, terwijl veel laagopgeleiden werkloos thuis zitten.’

Waarom lukt in deze regio wat elders moeizaam gaat? ‘Het idee was: als we toch aan de slag moeten, laten we dan zelf zo veel mogelijk zelf aan het stuur zitten en zo weinig mogelijk opgedrongen krijgen met betrekking tot de richting’, zegt de Apeldoornse PvdA-wethouder Johan Kruithof. De Stedendriehoek had al diverse overlegorganen en samenwerkingsverbanden op het gebied van economie en arbeidsmarkt, maar dat waren volgens hem vooral praatclubs. ‘We zagen de populatie in de bijstand omhoogschieten en kregen van het UWV signalen dat het aantal ingeschrevenen dagelijks opliep. Belangrijke signalen om te zeggen: het kan niet bij praten blijven, we moeten iets doen. Als overheid kiezen we ervoor om economie en arbeidsmarkt op een hoger level te brengen, een governance-aanpak, waarbij sprake is van gelijkwaardigheid tussen partners.’

Quotumregeling
Dat er in 2012 al een sociaal akkoord lag, dus ruim voordat het ‘Haagse circuit’ handtekeningen plaatste, heeft volgens Christiaan Lorist zeer geholpen. Aanleiding was voor werkgevers de dreigende quotumregeling. ‘Quota, daar geloven wij absoluut niet in. Het ene bedrijf kan misschien wel 50 tot 60 procent van de werkplekken laten invullen door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, terwijl een ander met pijn en moeite één plek vindt. Dat hebben we in Den Haag luid laten weten. Maar de kans dat wij als een van de 35 arbeidsmarktregio’s gehoord zouden worden, was klein. Daarom hebben we niet afgewacht en zelf het nodige neergezet, denkend op de schaal van de regio. We gingen aan de slag met bedrijven waar wil is en winst te behalen valt. De bal ligt nu bij individuele werkgevers en de overheid als werkgever. Onderweg zien we nu waar we tegenaan lopen, niet pas in 2015, als de Participatiewet van kracht wordt.’

Na een regionale conferentie tekenden tientallen partijen uit bedrijfsleven, overheid, onderwijs en onderzoek het zogenoemde ‘Akkoord van Beekbergen’. Met deze overeenkomst verplichtten ze zich voor de duur van drie jaar ‘mede-uitvoerder’ te worden van een extra inspanning op de thema’s onderwijs en arbeidsmarkt. De ambities: de laagste werkloosheid van Nederland in 2015, vacatures goed en snel vervuld, iedereen minimaal een startkwalificatie, alle mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt actief.

Losweken geld
Inmiddels is het Stedenvierkant benoemd tot voorbeeldregio. Minister Asscher (SZW) wees het gebied als eerste regio (dus niet sector, zoals uitzendbranche of bouw) middelen toe uit de regeling sectorplan arbeidsmarkt. Er vloeit ruim 5 miljoen euro extra heen van het rijk; bedrijven passen 15 miljoen bij. Apeldoorn heeft er als centrumgemeente van de regio 3 à 4 fte’s op ingezet. Een belangrijke taak van betrokken ambtenaren is het losweken van geld bij provincies, rijk en bedrijfsfondsen. Ook wordt door hen een beroep gedaan op de 114 miljoen euro die beschikbaar is voor de ondersteuning van de Participatiewet, uit het Europees Sociaal Fonds (ESF).

Een van de opdrachten van het Stedenvierkant is onderzoek naar het beste instrumentarium voor garantiebanen. ‘Zo wordt gekeken of er een eenvoudig en liefst goedkoop all inclusive pakket voor werkgevers kan worden samengesteld, waarin vaststelling van de loonwaarde in een bredere context wordt geplaatst’, legt strategisch beleidsadviseur Hans van Uden uit. Hij is secretaris bij het Regionaal Platform Arbeidsmarkt (RPA) Stedendriehoek. ‘Landelijk krijgen we te maken met gevalideerde systemen voor vaststelling van de loonwaarde. Die hebben echter geen betrekking op additionele kosten in de sfeer van begeleiding door werkgevers en werkplekaanpassing. Voor werkgevers is dat juist zeer belangrijk, want zij willen het totaalplaatje zien. Ons idee is dat we dat bij elkaar moeten betrekken. De volgende vraag is dan of je gebruikmaakt van inhouse-oplossingen of externe partijen erbij betrekt. Waar je ook voor kiest, iedere oplossing roept vragen op met betrekking tot de financiering.’

Strakke begeleiding
Een strakke begeleiding op de werkplek is essentieel voor de mensen die onder de vlag van de Participatiewet bij bedrijven worden geplaatst, ervaart de Veluwse verpakkingsfabrikant Dirk Schut. ‘Heet het officieel garantiebaan? Brrr, alleen dat woord al’, gruwt hij. ‘Daarmee jaag je iedere ondernemer op de vlucht.’ Schut geldt als een bevlogen ambassadeur voor het creëren van (leerwerk)banen voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. In zijn bedrijf SolidPack te Loenen werkt het jaar rond een ploegje van acht tot tien mensen dat is gedetacheerd door sociale werkplaats Felua. Ze doen eenvoudig verpakkingswerk dat niet honderd procent geautomatiseerd kan worden.

Vandaag blijkt weer hoe hard intensieve aansturing nodig is. Er dreigt huisuitzetting voor een SW’er. Geen dak boven het hoofd betekent: niet inzetbaar. Behalve een fysieke en/of verstandelijke beperking hebben SW’ers vaak bovengemiddeld veel privé-sores. Daar had Schut zich geen rekenschap van gegeven. Een zwak sociaal milieu, dikke schulden, loonbeslag. ‘Ik had er niet bij stilgestaan dat de zorg voor deze mensen veel meer dan bij doorsnee medewerkers het privédomein bestrijkt.’

Het kostte Schut enkele jaren voordat hij over de drempel was en SW’ers aantrok. ‘Het zijn goede, loyale medewerkers. Het model is economisch rendabel door de loonkostensubsidie die aan plaatsing gekoppeld is. Anders was ik er niet voor te porren.’ Nu interesseert hij andere ondernemers voor het plaatsen van minder courante medewerkers. Schut: ‘Zodra een ambtenaar aanklopt, denkt een werkgever: ik heb wel wat anders aan mijn kop. Niemand die een ondernemer beter overtuigt dan een andere ondernemer.’

‘Onze werkgevers zijn verlengstuk van de accountmanagers van gemeenten’, stelt Lorist. Volgens hem maakt juist dat ‘buddysysteem’ van ondernemer met ambtenaar de inspanningen succesvol. ‘Zij proberen, begeleid door een medewerker van de werkgeversdienstverlening, vacatures los te wurmen. Daar moet wel wat tegenover staan in de vorm van snelle dienstverlening. Bezorg ik jou als gemeente een lead, dan heb je wel te zorgen dat je de werkgever met desbetreffende baanopening goed en snel bedient.’

Werkgevers in het Stedenvierkant zijn fel gebeten op het eventueel ‘inpikken’ van potentiële participatiebanen, door werkzaamheden die niet tot hun kerntaken behoren ‘in te besteden’, zoals schoonmaak. ‘Het speelveld moet wel gelijk zijn’, beklemtoont Lorist van VNO-NCW Midden.

Financieel risico
Hoe goed de samenwerking in het Stedenvierkant ook verloopt, volgens Kruithof is de uitvoering van de Participatiewet a hell of a job: ‘Pijnlijke politieke keuzes zijn onontkoombaar. Zo sluit het SW-bedrijf voor nieuwe instroom vooralsnog alleen tijdelijke contracten af. Zetten we die straks om in vaste banen of komen die mensen op straat te staan? In het laatste geval kom ik de meesten in de bijstand weer tegen. Ook als ze een vast contract krijgen, heeft dat stevige consequenties, omdat er op elke arbeidsplaats een bezuiniging ligt van vijfduizend euro en gemeenten tekorten van het SW-bedrijf aanvullen. Met de huidige wachtlijst kost dat alleen Apeldoorn al 12,5 miljoen méér.’

De kans is volgens de Apeldoornse bestuurder groot dat door de voorrangspositie van nieuwe Wajongers en SW’ers straks mensen in de bijstand het kind van de rekening worden. Voor hen schiet nauwelijks tot geen reïntegratiebudget over. De Participatiewet bevat volgens de wethouder nog andere ongewenste prikkels. ‘Stuur je op financieel risico door je te richten op mensen met een kortere afstand tot de arbeidsmarkt en een hogere loonwaarde? Of ga je voor je maatschappelijke verantwoordelijkheid? Gemeenteraden zullen waarschijnlijk roepen dat er vooral financieel gestuurd moet worden. Totdat mensen op de publieke tribune zeggen: uw besluit betekent dat ik de komende jaren niet aan het werk kan. We staan voor een duivels dilemma.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie